H3 Laboratoriumdiagnostiek (Thema Koorts) Flashcards
Wat is belangrijk om te bedenken bij het aanvragen van labonderzoek?
Wat is de indicatie van de aanvraag?
- Bevestiging van een vermoeden
- Uitsluiten van een bepaalde diagnose
- Ziekte(activiteit) monitoren
- Prognose bepalen
Heeft een uitslag beleidsconsequenties? Zo nee, dan is het waarschijnlijk niet zinvol om de test uit te voeren.
Wanneer neem je nieuwe bloedkweken af?
Niet opnieuw binnen 48 - 72 uur na het starten van AB. Wel als de kliniek sterk is veranderd.
De drie stappen van interpretatie van labonderzoek
- Urgentiebepaling: welke waarden zijn afwijken, hoe erg zijn ze afwijkend en hoe snel moet er actie worden ondernomen?
- Klinische correlatie en context: het meenemen van VG, klachten en de laatst bekende labbepalingen. Past de afwijking in deze context? Of is er mogelijk sprake van een foute afname?
- (Patho)fysiologie: de gemeten waarden worden gekoppeld aan mogelijke oorzaken van deze waarden. Vervolgens verder differentiëren op basis van pathyfysiologische processen in het lichaam.
Wat is 24-uurs creatinine klaring?
Meest waarheidsgetrouwe weergave van de nierfunctie. Gebaseerd op het creatininegehalte in het serum, het creatininegehalte in de urine en het 24-uurs volume van de urine.
Hoe bepaal je de eGFR?
Aan de hand van de CKD-EPI. Hierbij maak je gebruik van het serumcreatinine, leeftijd, geslacht en ras (negroïde of niet). Meest nauwkeurige manier. Ook toepasbaar op 70-plussers.
Wat is een normale nierfunctie?
20 jaar oud: 120 ml/min
40 jaar oud: 100 ml/min
Vanaf het 40e levensjaar daalt de GFR met ongeveer 1 ml/min/jaar.
70 jaar oud: 70 ml/min
Als de GFR afneemt dan zal de concentratie creatinine …
Stijgen. Er wordt immers minder creatinine uit het bloed gefilterd.
Wat zijn oorzaken voor een verhoogde creatinineconcentratie?
- Een verminderde GFR
- Verhoogde spierafbraak (katabolisme)
- Postrenale obstructie
- Sterke prerenale factore (bloeddrukverlaging en shock)
Afwijkende groepen bij het bepalen van de nierfunctie aan de hand van creatinine
- Zwart persoon heeft een hogere creatinine waarde dan een wit persoon (meer spierweefsel)
- Hoog creatinine bij een bodybuilder kan passen bij een gezonde nierfunctie, maar bij een cachetische patiënt is dit sterk afwijkend
Wanneer spreken we van een significante verandering in het serumcreatinine?
Bij een verandering van **15% **. Hoe hoger het serumcreatinine, des te lager de nierfunctie.
Relatie tussen creatinineklaring en het serumcreatinine
Y-as: creatinineplasma van onder (laag) naar boven (hoog)
X-as: creatinineklaring van links (laag) naar rechts (hoog)
De lijn loopt van linksboven naar rechtsonder in een gebogen vorm.
Wat is de fractionele natriumexcretie (fENa)?
Het percentage natrium dat door de nieren wordt uitgescheiden weer. Hiermee kan je differentiëren tussen een prerenale, renale en postrenale oorzaak.
Welke fENa past bij welk probleem?
- fENa <1%: prerenaal probleem. Te weinig bloedtoevoer naar de nier, waardoor meer vocht wordt vastgehouden en dus meer natrium wordt geresorbeerd. Hierdoor bevat de urine relatief weinig natrium.
- fENa >1%: renaal probleem.
- fENa >4%: postrenaal probleem. Polyure fase na het opheffen van een obstructie van de urinewegen. De patiënt plast veel en scheidt veel natrium uit.
Wanneer spreken we van een acute nierinsufficiëntie?
Bij acute nierinsufficiëntie is er sprake van een stijging van het serumcreatinine van 50% in zeven dagen.
Parameters bij acute nierinsufficiëntie
- Hb: Normaal
- PTH: Normaal
- Fosfaat: Normaal
- Kalium: Laag/normaal/hoog
- Calcium: Normaal
- Omvang nier (met echo): Normaal
Parameters bij chronische nierinsufficiëntie
- Hb: Laag
- PTH: Normaal/hoog
- Fosfaat: Hoog
- Kalium: Normaal/hoog
- Calcium: Laag
- Omvang nier (met echo): Klein
Indicaties voor acute dialyse bij nierinsufficiëntie
- Therapieresistente overvulling
- Therapieresistente hyperkaliëmie
- Hypoxie (hartfalen, orthopneu)
- Longoedeem
- Ernstige hypofosfatemie
- Uremisch syndroom (encefalopathie, pericarditis, misselijkheid en braken)
- Acidose (pH < 7.2) waarbij intraveneuze toediening van natriumbicarbonaat niet haalbaar is (zoals bij ernstige overvulling)
Twee soorten proteïnurie
- Renale proteïnurie: ontstaat door glomerulaire beschadiging. Dit komt voor bij glomerulonefritis, SLE en een nefrotisch syndroom. Tubulaire proteïnurie (voornamelijk eiwitten aanwezig met een kleinere molecuulmassa dan die van albumine) –> komt voor bij pyelonefritis, cystenieren en jicht.
- Extrarenale proteïnurie: kan wijzen op overflow proteïnurie (als in het plasma een verhoogde concentratie van laagmoleculaire eiwitten aanwezig is), een verhoogde filtratiedruk in de glomerulaire apillairen (door stress, hartinsufficiëntie en zware spierarbeid) en orthostatische proteïnurie (door verhoging van de bloeddruk in de glomerulaire capillairen, waarbij beschadigingen te zien zijn).
Wat is nitriet en waarvoor test je het?
Verdenking van een UWI. De hoeveelheid nitriet staat in verband met de bacterieconcentratie en de verblijfsduur van urine in de blaas. Bij de ochtendurine is deze kans het grootst. Afwezigheid van nitriet sluit een UWI niet uit.
Zijn leukocyten in de urine bewijzend voor een UWI?
Leukocyten zijn op zichzelf niet bewijzend voor een UWI.
Verschillende vormen van hematurie
- Hemoglobinurie: uitscheiding van hemoglobine zonder erytrocyturie. Drempel 1.0 g/L overschreden.
- Myoglobinurie: massale spierbeschadiging kan hiervoor zorgen. Dit zorgt voor een positieve stick voor erytrocyten, zonder dat er erytrocyten aanwezig zijn in de urine. Hier is sprake van wanneer de grens van 0.15 g/L wordt overschreden.
Hematurie als eerste of enige symptoom bij …
- Urolithiasis
- Nier- en urinewegtumoren
Wat is een urinesediment en wat kan er worden gevonden in de urine?
Niet-oplosbare deeltjes in de urine zichtbaar onder de microscoop.
Bacteriën, cilinders, verschillende cellen en overige stoffen die kunnen wijzen op pathologie kunnen worden gevonden in de urine.
Wat zijn cilinders in een urinesediment en welke soorten zijn er?
Cilinders zijn geaggregeerde eiwitten die afkomstig zijn uit de distale tubuli of verzamelbuisjes. Kunnen ook voorkomen bij gezonde individuen na zware lichamelijke arbeid of koorts.
Grote hoeveelheden hyaliene cilinders duiden op ernstige nieraandoeningen. Celcilinders worden aangetroffen bij pyelonefritis (leukocytencilinder) en bij bloedingen van het nefron of na glomerulaire lekkage door glomerulonefritis (erytrocytencilinders) –> dysmorfe erytrocyten.
Aspartaataminotransferase (ASAT)
Veel aanwezig in de hartspier, skeletspieren en de lever. Indicaties: hartinfarct en leverziekten.
Na één tot vier dagen na een hartinfarct verhoogde ASAT waarden weergegeven.
Levercelbeschadiging als gevolg van alcoholmisbruik ASAT verhoogd, en dan geldt ASAT > ALAT. ASAT stijgt ook wanneer er sprake is van een vergiftiging met gecholroeerde koolwaterstoffen.
Bij een verhoogde ASAT (maar ALAT > ASAT) verwachten we een acute hepatitis of een mononucleosis infectiosa.
Enzymwaarden bij een hartinfarct
CK en LD verhoogd.
ALAT normaal
ASAT verhoogd