H3: didactische beginsituatie Flashcards

1
Q

beginsituatie

A

geheel van persoonlijke, sociale, situationele en schoolse gegevens die ivm de te realiserende onderwijsdoelstellingen van invloed zijn op het verloop en resultaten van de onderwijsleerprocessen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

leerlinggerichte onderwijsvisie

A

voldoende aandachtspunten voor beginsituatie(bs) lln

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

gedifferentieerde bs

A

individuele leerling

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

uniforme bs

A

leerlingengroep

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

verwachte bs

A

adhv toetsten, observaties, vorige lessen,…

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

actuele bs

A

interesse door recente gebeurtenissen, actua, spel

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

dynamische bs

A

de bs veranderd voordurend

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

de zone van naaste ontwikkeling

A

afstand tussen feitelijke ontwikkelingsniveau en het potentiële ontwikkelingsniveau

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

feitelijke ontwikkelingsniveau

A

probleemoplossend denken van kind zonder hulp

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

potentiële ontwikkelingsniveau

A

probleemoplossend denken van kind met hulp

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

welbevinden

A

als er aan alle basisbehoefte is voldaan

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

betrokkenheid

A

als de lln geboeid zijn

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

w en b belangrijke wegwijzers

A

w -> bevredigende manier omgaan met de leeromgeving, indicator voor uitdagende leeromgeving
b -> leert bij, geintresserd, geconcentreerd, uitgedaagd
-> beweegt aan grens van eigen mogenlijkheden

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

3 methodes om beginsituatie te bepalen

A
  1. gesprek met individuele ll of klassikaal
  2. observeren: doelgericht, systematisch, voor beslissingen
  3. toetsen: controle voor gegeven leerinhoud
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

4 fouten bronnen

A
  1. vooroordelen
  2. self-fulfilling prophecy: vooroordelen komen uit door andere behandeling
  3. halo-effect: door 1 goed punt, allemaal goede eigenschappen ‘verzinnen’
  4. horn-effect: door 1 slecht punt, allemaal slechte eigenschappen ‘verzinnen’
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

3 persoonlijkheidsfuncties lln - componenten

A

cognitief (=2+5)
dynamisch-affectief(iets doen waar ze goed in zijn of graag doen)
psychomotorisch(afhankelijk van ontwikkeling)

17
Q

inter individuele verschillen

A

verschillen tussen lln

18
Q

intra individuele verschillen

A

verschil tussen de ontwikkeling van de 3 componenten

19
Q

autocratische onderwijsstijl

A

lkr beslist alles, lln geen inspraak

20
Q

democratiesche onderwijsstijll

A

cooperatieve houding, ze maken samen beslissingen

21
Q

laissez-faire onderwijsstijl

A

geen leiding, geen eisen, vragen dan moet je die stellen

22
Q

professioneel zelfverstaan

A

wat denkt de lkr van zichzelf

23
Q

subjectieve onderwijstheorie

A

hoe moet ik het doen en waarom?

24
Q

materiele omstandigheden

A
welke materialen heb ik tot mijn beschikking
beamer
digibord
laptop
dvd-speler