H3 cel interacties Flashcards

1
Q

Integrinen

A

-Transmembranair
-Extracellulair: binden glycoproteïnen van de matrix (fibronectine)
-Intracellulair: bindt op actinefilamenten of intermediaire filamenten via koppelproteinen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Locatie basale membranen (BM)

A

Tussen epitheel en bindweefsel, rond spiercellen, rond steuncellen van de perifere zenuwvezels, rond vetcellen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Basale lamina

A

Bestaande uit lamina lucida en lamina densa

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Lamina lucida

A

Doorzichtige laag onder epitheelcellen bestaande uit collageen IV en integrinen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Lamina densa

A

Laag onder lamina lucida, bevat collageen type IV bekleed met perlecan

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Reticulaire lamina

A

Onder lamina densa, bevat fibronectine waaraan de bovenlagen binden

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Functie basale membraan

A

-Cellen organiseren in weefsels (steun en hechting)
-Moleculaire zeef (scheidingsfunctie)
-Coördinatie celfunctie, organisatie en differentiatie

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Tight junction

A

Strengen van integrale membraanproteïnen, zeer strak en ondoordringbaar (hechtingen?), behoud celpolariteit

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Zonula adhaerens

A

-Dwarslopende fijne filamenten
-Smalle intercellulaire ruimte (20nm)
-Intercellulair: transmembranaire cadherinen die met elkaar verbonden zijn
-Intracytoplasmatisch: cateninen die actinefilamenten verbinden met cadherinen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Desmosoom

A

-Vlek
-Cadherinen
-Intracytoplasmatisch: desmosoomplaat voor verbinding cadherinen met intermediare filamenten

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Functie desmosoomplaat

A

Door de plaat worden rekkende krachten niet geplaatst op het zwakke membraan, maar op het sterke cytoskelet

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Nexus (gap junction)

A

-Vlek
-Bedoeld voor communicatie tussen cellen
-Connexon bestaande uit 6 subeenheden conexinen
-Vormt intercytoplasmatische kanalen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly