H 1 Flashcards

1
Q

Aangenaam (informeel)

A

Salut, bonjour

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Aangenaam (formeel)

A

Enchantée de faire votre connaissance

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Wij kennnen elkaar van ziens.

A

Nous nous connaissons de vue

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Hoe stel je je vriend voor op een informele manier ?

A

C’est mon copain …

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Hoe stel je je collega voor op een formele manier ?

A

-Je voudrais vous présenter mon collègue
-j’ai le plaisir de présenter
-puis-je vous présenter

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Wij hebben elkaar al ontmoet

A

Nous nous sommes déjà rencontrés

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

U komt me bekend voor .

A

Votre visage m’est familier

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Kennen jullie elkaar al ?

A

Vous vous connaissez déjà ?

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Je krijgt de groeten van mijn collega.

A

Je dois vous faire les compliments de mon collègue

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Doe uw collega de groeten

A
  • Faites le bonjour à vos collègues
  • faites mes compliments à vos collègues
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Dat zal ik zeker doen

A

je n’y manquerai pas

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Als je elkaar terug binnen enkele minuten ziet zeg je

A

À tout de suite

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Als je niet weet wanneer je elkaar terug ziet zeg je

A
  • À la prochaine
  • au revoir
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Het is een eeuwigheid dat we elkaar niet gezien hebben.

A

Ca fait une éternité qu’on ne s’est plus vu

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

Wat een toeval !

A

Quelle coïncidence

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

Wat een verrassing

A

Quelle suprise

17
Q

Ik heb al veel over u gehoord.

A

J’ai déjà beaucoup entendu parler de vous

18
Q

Ze heeft al veel goeds over u verteld

A

Elle m’a dit beaucoup de bien de vous

19
Q

Ik ga u laten

A

Je vous laisse

20
Q

U hoort nog van me

A

Je vous rencontacte

21
Q

Ik moet ervan door.

A

Il faut que j’y aille

22
Q

Prettige dag nog

A

Encore une bonne journée

23
Q

Het is leuk om je te zien !

A

Ça fait plaisir de te voir

24
Q

Tot binnenkort !

A

À bientôt

25
Q

Tot één van de volgende dagen

A

À un de ces jours

26
Q

Stel je collega op een formele manier voor

A
  • Puis-je vous présenter mon collègue
  • je voudrais vous présenter mon collègue
27
Q

De groetjes aan Mark !

A

Mes compliments à Mark