Grammatica - Part 3 Flashcards
Manners of giving instructions
Indirect instructions;
Direct instructions; and imperatief instructie
Direct instructions
Je moet jouw handen wassen
Which instructions has no trace of politeness (can be rude)
Imperatief instructie
Imperatief instructie (Always starts with verbs)
Wash your hands
Was je handen
Wil je mij vanavond bellen ?
Make it imperative
Bel mij vanavond
Wil je het huiswerk maken ?
Make it direct
Je moet het huiswerk maken
Kun je het huiswerk maken ?
Make it imperative
Bel je de huisarts
Schrijf jouw naam ope dit formulier
Make it direct
Je moet jouw naam op dit formulier schrijven
Jullie moeten naarde de vergadering gaan
Make it imperative
Gaan (Jullie) naar de vergadering
Kook de pasta vanavond
Make it direct
Je moet vanavond de pasta koken
Je moet zachter praten
Make it imperative
Praat Zachter
Negative words
Nee (No)
Niet (Not)
Geen (No or Not a)
Negation of een is
Geen
Rule 1 for Geen
Geen stands before uncountable nouns (Ex: Suiker)
Geen bier, water, tijd, idea
Geen geld and probleem (bcz these are taken as abstract thing and hence considered as uncountable)
Rule 2 for geen
If a sentence have both an adjective and followed by a noun, there will be geen
Ex: Vandaag is geen mooi weer
Hij is geen rijke man
Note: Position of geen always before adjetive