Fenotypering en aanpak in de spreekkamer Flashcards

1
Q

In welke subgroepen kan je aangeboren afwijkingen onder verdelen?

A

Normale ontwikkeling, malformatie, disruptie, deformatie en dysplasie

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Wat is een malformatie?

A

Vanaf de oorsprong is de foetus vorm anders. Bijv teratogeniteit

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Wat is Disruptie?

A

Normale ontwikkeling die verstoord raakt.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Wat is Deformatie?

A

Normale ontwikkeling die door een uitwendig mechanisme verstoord raakt. zoals bijv te weinig ruimte in de baarmoeder. Is de oorzaak voor disruptie.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Wat is Dysplasie?

A

Andere aanleg dan normaal, al afwijkend op celniveau.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Wat zijn kenmerken van Associate?

A
  1. Geen gemeenschappelijke oorzaak bekend.
  2. Komen vaker bij elkaar voor dan op basis van toeval logisch zou zijn.
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Wat zorgt voor afwijkingen in meerdere organen?

A

Een syndroom

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly