Fenotypering en aanpak in de spreekkamer Flashcards
1
Q
In welke subgroepen kan je aangeboren afwijkingen onder verdelen?
A
Normale ontwikkeling, malformatie, disruptie, deformatie en dysplasie
2
Q
Wat is een malformatie?
A
Vanaf de oorsprong is de foetus vorm anders. Bijv teratogeniteit
3
Q
Wat is Disruptie?
A
Normale ontwikkeling die verstoord raakt.
4
Q
Wat is Deformatie?
A
Normale ontwikkeling die door een uitwendig mechanisme verstoord raakt. zoals bijv te weinig ruimte in de baarmoeder. Is de oorzaak voor disruptie.
5
Q
Wat is Dysplasie?
A
Andere aanleg dan normaal, al afwijkend op celniveau.
6
Q
Wat zijn kenmerken van Associate?
A
- Geen gemeenschappelijke oorzaak bekend.
- Komen vaker bij elkaar voor dan op basis van toeval logisch zou zijn.
7
Q
Wat zorgt voor afwijkingen in meerdere organen?
A
Een syndroom