Epilepsie Flashcards

1
Q

Epileptisch neuron

A
  1. Te weinig inactivatie van spanningsafhankelijke Na+ kanalen&raquo_space; sneller vuren
  2. Vertraagde repolarisatie door niet goed functionerend K+ knaal
  3. Verhoogde inactievatie spanningsafhankelijk Na+ kanaal in inhiberend neuron
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Epilepsie

A

Plotselinge kortdurende functiestoornis vd hersenen door acute, overmatige ontlading van hersencellen

> 2 niet geprovoceerde aanvallen (GEEN koorts, neuro, alcoholontrekking, metabool, slaapdeprivatie)

Kenmerken
+ aura
+ > 20 schokkken
+ hoofddraai
+ post ictale amnesie
+ verstijven
+ bleek, misselijk, zweten
+ cynose
+ ogen open
+ laterale tongbeet

Slap vallen pleit voor cardiaal / orthostatisch
Bekken schokken / ogen dicht > psychogeen
Pijn in de nek > orthostatisch
Tongbeet > cardiaal, OS, reflex

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Temporale of frontale insult

A

Frontaal
- Kort < 1 min
- slaap
- frequent
- geen amnesie

Temproraal
- langer
- wakker
- minder frequent
- amnesie

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Focaal insult

A

Hersengebied
- Eenvoudig
- complex
- secundair gegeneraliseerd

GEWAARWORDING INTACT

Motorisch begin
- automatisme
- hyperkinetisch
- tonisch-clonisch
- atoon

Niet-motorisch
- autonoom
- cognitief
- emotioneel
- gedragsonderbreking
- sensorisch

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Primair gegeneraliseerd

A

Tonisch (stijf) - clonisch (schok)
- GEEN GEWAARWORDING
- spierschokken, plots

Absence (wegraking)
- kinderleeftijd
- vaak seconden
- provocatie hyperventilatie
- EEG 3/sec piekgolf

Myoklonieën
- korte symmetrische spierschokken armen & schouders

Atone aanvallen
- vallen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Gegeneraliseerde syndromen

A
  • absences
  • juveniele myoklonische epilepsie
  • reflex epilepsie (lichtflitsen)

Syndroom van West
> 6mnd, sec schokken + huilen

Syndroom van Dravet
Syndroom van Lennox-Gastaut

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Behandeling epilepsie

A

A. voorkomen langdurige polarisatie

B. voorkomen hoogfrequent vuren
↓↓ prikkelbaarheid (anti-epileptica)

  1. modulatie spanningsafhankelijke ionkanalen
    a. remming [Na+]
    > Carbamazipine, fentytoïne, lamotrigine
    b. remming [Ca+]
    > ethosuximide, leveticeatam
  2. versterken inhibitie (hyperpolarisatie)
    a. ↑ GABA receptor > benzodiazepine
    b. ↑ [GABA] > vigabatrine
  • Valproaat (werking onbekend)
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Acute epilepsie aanval & status epilepticus

A

ABC
couperen bij > 5 min aanval / status epilepticus
Diazepam rectaal < 3 j 5mg >3 j 10mg
Midazolam neusspray

Status epilepticus > 30 min of 2 zonder gewaarwording
Oorzaken: meningitis, hypoglycemie, encephalopathie
» Benzodiazepine, fenytoïne

Complicaties: encephalopathie, hemiparese, hydrocephalus, epilepsie

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Bijwerkingen anti-epileptica

A

Carbamazapine > 15% rash
Lamotrigine > ernstige huidreactie
Valproaat > risico adipositas, PCOS, teratogeen (NIET meisjes)
Leveticeatam > gedragsstoornissen
Diazepam > sufheid, kwijlen, bronchiaal slijm

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly