Emotie Regulatie & Emotionele Intelligentie

Question 1

Wat is ‘situatie aanpassing’?

Answer 1

Situatie aanpassen om emotionele impact te veranderen.
- Kan niet elke emotionele situatie aanpassen.

Question 2

Wat is een aanname bij emotionele intelligentie (EI)?

Answer 2

Mensen met hoge emotionele intelligentie zijn beter is het reguleren van emoties dan mensen met lage EI.

Question 3

Uit welke vormen bestaan de ER processen?

Answer 3

• Situatie selectie: confrontatie, vermijding.
• Situatie aanpassing: directe situatieaanpassing, zoeken van hulp/steun, conflictoplossing.
• Attentional deployment: afleiding, rumination (piekeren), mindfulness.
• Cognitieve verandering: self-efficacy appraisal (=zelfverzekerd in kunnen omgaan met situatie), challenge appraisal (=concentreren op winsten in lastige situatie), threat appraisal (=richten op verliezen in lastige situatie), positieve appraisal, acceptatie.
• Respons modulatie: delen van emoties, verbale/fysieke agressie (vermindert spanning), substantie gebruik, expressieve onderdrukking.

Question 4

Welke 2 modellen bij EI zijn er en hoe verschillen deze?

Answer 4

• Bar-On mixed model: ziet EI als niet-cognitief –> beïnvloedt iemands aanpassende succes door interpretatie en reactie op omgeving te vormen.
  –> D.m.v. self-report (niet zo betrouwbaar).
• Mayer and Salovey’s integrative model: ziet EI als emotionele bekwaamheid –> staat mensen toe accuraat te redeneren over emoties en om emoties te gebruiken.
  –> D.m.v. prestatie-gebaseerde test (beter, want dit meet max. prestatie objectief i.p.v. subjectief).

Question 5

Wat zijn voordelen van emoties?

Answer 5

Vergemakkelijken aanpassing –> optimaliseren sensorische input, verbeteren dreiging detectie, maken gedragsreacties klaar, assisteren in besluitvorming, versterken geheugen.

Question 6

Wat is ‘respons modulatie’?

Answer 6

Fysiologische en gedragscomponenten van emotionele reactie.

Question 7

Hoe kan TEI academische prestatie bevorderen?

Answer 7

Promoot adequaat leren, zorgt voor nastreven van lange-termijn doelen en helpt in samenwerken.

Question 8

Wat is ‘attentional deployment’?

Answer 8

Het veranderen hoe we ons voelen bij selecteren van info waar we aandacht aan besteden.

Question 9

Wat voor impact heeft hogere EI op situatie aanpassing?

Answer 9

• Gebruiken meer stappen om nadelige situaties aan te passen.
• Waarschijnlijker om hulp te zoeken.
• Drukken emoties beter uit.
• Gebruiken meer problem-focused coping.

Question 10

Wat voor impact heeft hogere EI op respons modulatie?

Answer 10

• Onderdrukken emoties minder.
• Hoeven reappraisal en suppression minder te gebruiken.
• Hoeven geen self-harm/substantie gebruik te gebruiken.

Question 11

Wat is ‘cognitieve verandering’?

Answer 11

De manier waarop we denken veranderen om manieren hoe we ons voelen te veranderen.

Question 12

Welke hersengebieden zijn betrokken bij reguleren van emoties van zelf en anderen?

Answer 12

Amygdala, VMPFC, VLPFC.

Question 13

Hoe kan TEI academische prestatie hinderen?

Answer 13

• Prosociale disposities kunnen ervoor zorgen dat mensen sociale activiteiten willen uitvoeren i.p.v. studeren.
• Neigingen om andermans emoties te controleren kan blootstelling aan sociale stressoren verhogen.

Question 14

Wat voor impact heeft hogere EI op situatie selectie?

Answer 14

• Beter in voorspellen.
• Gebruiken minder avoidant coping –> confrontatie is beter voor lange-termijn doelen bereiken.
• Worden niet gedemotiveerd door obstakels.

Question 15

Wat voor impact heeft hogere EI op attentional deployment?

Answer 15

• Minder rumination.
• Focussen meer op positieve dingen (mindful, positieve reappraisal).

Question 16

Uit welke processen bestaat ER?

Answer 16

Situatie selectie, situatie aanpassing, attentional deployment, cognitieve verandering, respons modulatie.

Question 17

Welke hersengebieden zijn betrokken bij gebruiken van emoties om gedrag en gedachten te vergemakkelijken?

Answer 17

• Empathie en prosociaal gedrag: VLPFC, insula.
• Emotioneel geheugen: amygdala.

Question 18

Wat is ‘situatie selectie’?

Answer 18

Het kiezen/vermijden van activiteiten, mensen of plaatsen door verwachte emotionele impact.
- Kan efficiënt zijn, maar kan niet altijd negatieve emoties vermijden.

Question 19

Welke hersengebieden zijn betrokken bij herkennen van emotionele staten van zelf en anderen?

Answer 19

• Emotioneel bewustzijn: insula, ACC, VMPFC.
• Emotie herkenning: amygdala, VMPFC, insula, ACC.

Question 20

Welke 3 verklaringen zijn er voor relatie tussen TEI en academische prestatie?

Answer 20

• Cognitieve processen: reguleren emoties en ervaren positieve emoties –> promoten adequaat leren.
• Motivatie processen: helpen in nastreven van lange-termijn doelen i.p.v. instant gratification, aandachtregulatie (focus op academische prestatie), meer toewijding.
• Interpersoonlijke processen: helpen individuen om effectief samen te werken in academische settings.

Question 21

Welke hersengebieden zijn betrokken bij begrijpen hoe emoties gedrag van zelf en anderen vormen?

Answer 21

ToM: VMPFC, amygdala.

Question 22

Wat is emotieregulatie (ER)?

Answer 22

Het aanpassen aan een of meerdere delen van een emotionele reactie (soort, intensiteit, duur, kwaliteit).

Question 23

Wat voor impact heeft hogere EI op cognitieve verandering?

Answer 23

• Hoge self-efficacy.
• Zien gebeurtenissen als uitdaging i.p.v. dreiging.
• Minder ontkenning, meer humor.

Question 24

Wat zijn nadelen van emoties?

Answer 24

Kan situatie verslechteren (maladaptive) wanneer ze de verkeerde soort zijn, op verkeerde moment of in verkeerde intensiteit ontstaan.
- Dan proberen we emoties te reguleren.