eiwitten Flashcards
conformation
de definitieve opgevouwen, drie-dimensionale structuur van een eiwit
chaperone eiwitten
maken het vouwen van eiwitten efficiënter en betrouwbaarder
coiled coil
structuur die ontstaat als twee (of drie) alpha helixen om elkaar heen wikkelen zodat de hydrofobe zijketens naar binnen gericht staan
parallel vs. antiparallel beta sheet
beta sheet waar de segmenten dezelfde kant op gaan (dus N-terminus naar C-terminus of andersom) vs. verschillende kanten
N-teminus
kant aminozuur met NH3 groep
C-terminus
kant aminozuur met COO groep
protein domain
een gedeelte van een polypeptide keten dat zelf tot een structuur kan vouwen
subunit
een polypeptide keten in een groot eiwitmolecuul met meerdere ketens
lipid bilayer
dubbele (fosfo)lipiden laag van membranen
hoe is de opbouw van een lipide
hydrofiele kop en hydrofobe staart
amphipathic
heeft hydrofiele en hydrofobe delen
scramblase
katalyseert transport van random fosfolipiden van de ene monolaag naar de andere
-> symmetrische groei van beide helften van de bilayer (synthese in eerste instantie alleen aan de kant van cytosol)
flippase
katalyseert transport van specifieke fosfolipiden van monolaag naar monolaag in Golgi systeem
-> asymetrische verdeling van fosfolipiden
transmembrane eiwitten
eiwitten die door de bilaag lopen met hydrofobe gedeelte tegen de hydrofobe staarten van de laag en de hydrofiele gedeeltes buiten het membraan
aquaporins
poriën die water doorlaten