Diuretica Flashcards
Carboanhydraseremmers
Werken thv proximale tubulus (70-80% Na-resorptie)
Zorgen voor verlies van bicarbonaat en protonen –> minder protonen kunnen uitgewisseld worden tov Na (dus Na en H2O stijgen in de urine).
Acetazolamide
Zelflimiterend effect, want door excretie van Na en HCO3- ontstaat er een metabole acidose waardoor H+ beschikbaar wordt.
Door uitwisseling van Na en K kan je hypokaliemie krijgen, maar dit is ook limiterend.
Indicaties: glaucoom.
Lisdiuretica
Furosemide, torasemide = 1e keus.
Lisdiuretica schakelen de Na, 2Cl, K symporter uit.
Bijkomende effecten:
- Kans op hypokaliemie
- Stimulatie PG vorming thv juxtaglomerulair apparaat –> VD –> gaat nierinsufficiëntie tegen
Indicaties:
- Gegeneraliseerd oedeem, hartfalen
- Lokaal oedeem
- Hypertensie
- Intoxicaties: snellere renale eliminatie van toxine
- Oligurie/anurie (+ mannitol)
Thiazides
Werken thv de distale tubulus
Hydrochlorothiazide = 2e keus bij gegeneraliseerd oedeem.
Inhibitie van Na-Cl symporter.
Bijkomende effecten:
- Hypokaliëmie: verhoogd aanbod van Na thv ductus colligens stimuleert reabsorptie van Na met K excretie.
- Hypochloremie: door inhibitie Na-Cl symporter; Cl-verlies stimuleert de H+ excretie –> metabole alkalose.
- Hyperglycemie en glucosurie bij (pre)diabetes door inhibitie van de omzetting van pro-insuline naar insuline.
- Om onbekende reden verminderen thiazides de urineproductie bij diabetes insipidus.
Indicaties:
- Hartinsufficiëntie
- Ca-oxalaat kristallurie (Ca reabsorptie wordt gestimuleerd)
Kaliumsparende diuretica
Thv ductus colligens
Kan mogelijks hyper(!)kaliemie veroorzaken.
Spironolactone inhibeert de binding van aldosteron op de cytoplasmareceptor.
Triamterene inhibeert rechtstreeks de K+ efflux.
Osmotische diuretica
Mannitol, glycerine
IV –> filtratie, geen reabsorptie –> aantrekken van water in het lumen.
Indicaties:
- Intoxicatie
- Acuut nierfalen met oligurie, anurie: als adjuncttherapie met furosemide
- Hersenoedeem
- Evt. voor glaucoom
- NIET BIJ GEGENERALISEERD OEDEEM OF LONGOEDEEM TGV HARTINSUFFICIËNTIE, want in het bloed gaat de osmotische druk ook toenemen!