DIDACTIEK - Inleiding Flashcards

1
Q

Wat is ‘didactische poëzie’?

A

poëzie die ons iets wil aanleren bij een technisch onderwerp

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Waarom is didactische poëzie voor ons bizar?

A

omdat technische dingen niet vaak in poëzie zijn

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Waartoe behoort het didactische genre?

A

ποιησις (poëzie)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Welke kenmerken heeft ποιησις en welke genres kunnen dit zijn?

A
  • verzen: epos of didactiek
  • Aristoteles -> μιμησις (uitbeelding): epos of drama
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Waarom is didactiek geen poëzie volgens Aristoteles?

A

het heeft geen μιμησις (uitbeelding)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Wat zijn de kenmerken van het didactische genre?

A
  • verzen
  • technisch onderwerp
  • status quaestionis
  • aanwezige verteller
  • aanspreking adressant
  • bewustzijn van schrijver
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Wat is ‘status quaestionis’?

A

~ stand van het onderzoek:
een verzameling van de meest recente informatie over het onderwerp

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Wanneer kunnen we Hesiodos van Askra situeren?

A

rond 700 v. Chr. (tijdgenoot van Homeros)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Waar is Hesiodos geboren?

A

in Askra, Beotië (boerenstreek)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Wat gebeurde er in het leven van Hesiodos?

A
  • was herder op Helikon
  • Muzen inspireerden hem voor de Theogonia
  • dood van vader
  • conflict over erfenis met zijn broer Perses
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Hoelang is de Theogonia?

A

ong. 1000 verzen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Hoelang is de Werken en Dagen?

A

ong. 800 verzen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Waarover gaat Werken en Dagen?

A

= leerdicht over landbouw, voor zijn broer Perses na hun conflict
-> decadentiedenken (vroeger was het beter)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Wat weten we over de oorsprong van de Latijnse didactische poëzie?

A

zeer weinig:
- er was misschien een kookboek van Ennius
- het oudste werk is De Rerum Natura (Lucretius)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

Wat weten we over het leven van Titus Lucretius Carus?

A
  • °100-95 v. Chr.
  • +50 v. Chr.
  • christenen vinden hem knettergek door een verkeerd liefdesdrankje waarna hij zelfmoord gepleegd zou hebben
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

Wat is het doel van De rerum natura?

A

het wil de boodschap van Epikouros verspreiden, namelijk hoe je gelukkig leeft

17
Q

Hoe is De rerum natura opgebouwd?

A

6 boeken in hexameters

18
Q

Op welke drie manieren wil Lucretius ons overtuigen?

A
  • technische uiteenzetting (bv. atoomleer)
  • filosofisch
  • bespeelt onze emoties
19
Q

Wat waren de bronnen over het epicurisme?

A
  • Epikouros (IV-III v. Chr.)
  • Philodemos van Gadara (I v. Chr.)
  • Lucretius (I v. Chr.)
  • Diogenes van Oinoanda (II n. Chr.)
20
Q

Hoe zag het leven van Epikouros eruit?

A
  • geboren op Samos
  • gaat naar Athene en komt in contact met filosofie
  • sticht eigen filosofische school: κητος (de Tuin)
21
Q

Wat hebben we nog van Epikouros?

A

brieven en one-liners

22
Q

Wat weten we over Philodemos van Gadara?

A
  • epicuristisch filosoof
  • werkte als bibliothecaris in de Villa dei papiri van de rijke familie Pisones in Herculaneum (Italië)
  • we hebben enkele zwartgeblakerde papyrusrollen teruggevonden uit de bibliotheek na de Vesuviusuitbarsting
23
Q

Wat deed Diogenes van Oinoanda?

A

Hij liet inscripties maken op grote stenen

24
Q

Uit welke drie filosofische stromingen bestaat het epicurisme?

A
  • ontologie (= zijnsleer / metafysica)
  • epistemologie (= kennisleer)
  • ethiek
25
Q

Wat is de ontologie volgens het epicurisme?

A
  • atoomleer (van Demokritos)
  • kosmologie: leegte + atomen + toeval (GEEN GODEN MEER)
  • menselijke ziel: bestaat ook uit atomen
26
Q

Wat is de atoomleer van Demokritos?

A
  • er zijn atomen en leegte
  • de atomen gaan in een baan maar wijken af door toeval (= declinatie)
  • zo vormen ze materie
27
Q

Wat is de epistemologie in het epicurisme?

A

Er zijn drie wegen om tot kennis te komen:
- gewaarwording (wat je waarneemt is waar)
- geestesbeelden (je matcht iets met een beeld in je hoofd)
- affecties (wat goed smaakt / voelt / lust opwekt is goed)

28
Q

Welke drie delen zijn er in de ethiek van het epicurisme?

A
  • epicurisme als verlossing
  • epicurisme als hedonisme
  • de sociale filosofie van het epicurisme
29
Q

Van welke grote angsten is het epicurisme een verlossing?

A
  • goden: er zijn geen goden volgens Epikouros (-> atoomleer), goden zitten in superwereld met eudaimonia
  • dood: de ziel is materieel, dus de ziel valt uiteen voordat hij de dood tegemoet komt
30
Q

Waarom is het epicurisme een hedonistische leer?

A

genot (ηδονη) wekt geluk op
(! actief versus passief:
teveel geluk is slecht !)

31
Q

Wat is de hedonistische calculus?

A
  • natuurlijk (honger, dorst, seks) vs. onnatuurlijk (rijkdom, roem)
  • noodzakelijk vs. niet-noodzakelijk
  • enkel natuurlijke noodzakelijke genotsmiddelen zorgen voor geluk (eten + drinken)
32
Q

Wat is ataraxia?

A

de ‘onverstoorbaarheid’ van de ziel
= ultieme vorm van geluk

33
Q

Wat is het tetrapharmakon van het hedonisme in het epicurisme?

A

‘viervoudig medicijn’:
1. de goden doen niets
2. de dood gaat ons niet aan
3. genot is makkelijk te bereiken
4. pijn is makkelijk te negeren of te vermijden

34
Q

Wat zegt de sociale filosofie van het epicurisme over rechtvaardigheid?

A

rechtvaardigheid (regels en wetten) zijn uit egoïstisch motief ontstaan
-> λαθε βιωσας = leef verborgen, probeer niet in de media / politiek te komen

35
Q

Wat zegt de sociale filosofie van het epicurisme over vriendschap?

A

leef in een kleine gemeenschap van vrienden (nog beter: medefilosofen)