Damage control surgery Flashcards
Polytrauma
Ernstig trauma met letsels ten gevolge van een ongeval of geweld die mogelijk levens- of ledemaat bedreigend zijn. Vaak zijn meerdere regio’s van het lichaam aangedaan.
Soorten trauma
Scherp/penetrerend trauma
- Steekwond
- Schotwond (Low Energy Transfer & High Energy Transfer)
- Explosie (fragmenten)
Stomp trauma
- Direct stomp letsel
- Beknelling
- Deceleratie trauma
- Explosie
Combinatie
Kernbegrippen thoraco-abdominaal letsel
Treat first what kills first
Do no further harm
Be aware of triad of death
- Hypothermia
- Coagulopathy
- Acidosis
Damage control surgery
Damage control surgery
DCS moet plaatsvinden bij een polytrauma patiënt. Je moet behandelen waar je het eerst aan dood gaat. Niet laten afleiden door allerlei letsels.
Indicaties DCS
Temperatuur <34
pH <7.2
Lactaat >25 mmol/L
PT >16 sec
PTT >60 sec
>10 PC
RR <90 mmHg
OK >60 min
Hoge sluitspanning
Driedelige tactiek DCS
Snelle initial control van bloeding en contaminatie
Temporary closure voor resuscitatie op de IC
Her-opereren voor definitive repair
Snelle initial control van bloeding en contaminatie
Beheersing van bloeding
Controle van besmetting
Intra-abdominale packing
Tijdelijke sluiting
Temporary closure voor resuscitatie op IC
Kerntemperatuur verhogen
Coagulopathie corrigeren
Hemodynamisch stabiliseren
Ventilatoir ondersteuning
Letsel identificatie
Her-opereren voor definitive repair
Verwijderen packing
Definitief herstel
Definitive care
Benodigdheden DCS laparotomie
Warme kamer
Verwarmende apparatuur/infusen
>20 laparotomiepakketten/sponzen
Grote spreider
Hechtingen/ligaties
Gespecialiseerde apparatuur
Minimaal 2 suctieapparaten
Autotransfusie indien beschikbaar
Take-outables
Bij ernstige bloeding kunnen organen worden uitgenomen
- Nier
- Milt
- Pancreaskop
- Long
Direct levensbedreigende letsels van de thorax
Spanningspneumothorax
Open pneumothorax
Massale hemothorax
Harttamponade
Fladderthorax
Kenmerken spanningspneumothorax
Letsels van pleura visceralis of thoraxwand
Ventielmechanisme
- Inspiratie: lucht wordt aangezogen in interpleurale ruimte
- Expiratie: lucht kan interpleurale ruimte niet verlaten
Druk-opbouw aangedane zijde thorax met mediastinale shift
Compressie veneuze inflow van het hart
Obstructieve shock
Klinische verschijnselen spanningspneumothorax
Hevige dyspnoe
Asymmetrische thorax
Gedilateerde halsvenen
Verminderd ademgeruis
Hypertympane percussie
Shift van het mediastinum naar contralaterale zijde
Hypotensie, tachycardie, lage saturatie
Behandeling spanningspneumothorax
Direct decompressie
Naald-thoraxcocentese
Thoraxdrain
Kenmerken open pneumothorax
Penetrerend letsel van thoraxwand
Opening thoraxwand >⅓ diameter trachea
Patiënt ademt dus via de wond en niet meer via de bovenste luchtwegen
- Inspiratie: lucht wordt aangezogen via wond
- Expiratie: lucht verlaat interpleurale ruimte via wond
Aangedane hemithorax ventileert niet mee
Hypoventilatie / verstikking
Klinische verschijnselen open pneumothorax
Hevige dyspnoe
Zuigende wond op de thorax
Verminderd ademgeruis
Normale of hypersonore percussie
Tachycardie, lage saturatie
Behandeling open pneumothorax
Verband 3-zijdig afplakken
Thoraxdrain
Kenmerken hematothorax
Na stomp of penetrerend letsel
Grote bloeding in de thorax (>1500 ml bloed)
Bloeding longhilus, grote vaten, intercostaal
Long gecomprimeerd door bloed
Hypovolemische shock
Hypoventilatie
Klinische verschijnselen hematothorax
Klam, zweterig, angstig, lethargisch
Verminderd ademgeruis
Gedempte percussie
Tachycardie, hypotensie
Lage O2-saturatie
Behandeling hematothorax
Thoraxdrain
Bloedtransfusie
Thoracotomie op indicatie
Kenmerken harttamponade
Meestal na penetrerend letsel
Bloed verzamelt zich tussen het pericard en het myocard
Hart komt in verdrukking en kan zich niet meer vullen
Obstructieve shock
Circulatiestilstand
Klinische verschijnselen hart tamponade
Klam, zweterig, angstig, lethargisch
Uitgezette halsvenen
Gestuwd gelaat
Zachte harttonen
Tachycardie, hypotensie
Behandeling hart tamponade
Thoracotomie: openen pericard
(naald-pericardiocentese)
Klinische verschijnselen fladder thorax
Hevige dyspnoe
Paradoxale beweging thoraxwand
Crepiteren bij palpatie
Tachycardie, cyanose
Lage O2-saturatie
Behandeling fladder thorax
Pijnstilling (epiduraal / PCA-pomp)
Intubatie en beademing
Drainage haemato-pneumothorax
Operatieve ribfixatie op indicatie