D. Antidiabetica Flashcards
Verschillenden soorten bloedglucose verlagende middelen
Orale bloedglucose verlagende middelen
- Metformine
- SU-derivaten (tolbutamide, glimepiride, gliclazide)
- SGLT2-remmers (dapagliflozine)
Insulinen
Metformine
Werking
Remt de glucoseproductie in de lever en verhoogt de perifere gevoeligheid voor insuline
Indicaties
Metformine
- Diabetes Mellitus type 2 indien met voedingsadvies en stimuleren van lichaamsbeweging geen goede bloedglucoseregulatie wordt bereikt.
Kinetiek
Metformine
- Uitscheiding: geheel via de nieren
– Risico op stapeling wat leidt tot een lactaatacidose
Bij nierfunctiestoornissen lager doseren
Bijwerkingen
Metformine
- Misselijkheid
- Braken
- Diarree
- Lactaatacidose
Contra-indicaties
Metformine
- Nier- of leverfunctiestoornissen
- Hartfalen
- Ernstige hypoxemie (COPD of sepsis)
- Onderzoeken met jodiumhoudend contrast
- Electieve operaties onder algehele anesthesie
Werking
Sulfonylureumderivaten (SU-derivaten)
Stimuleren onafhankelijk van de glucoseconcentratie de afgifte van insuline uit bètacellen.
Kortwerkende SU-derivaten
- Tolbutamide
- Gliclazide
Langwerkende SU-derivaten
- Glibenclamide
- Glimepiride
Eerste keus SU-derivaat
Gliclazide, omdat de kans op een hypoglycemie bij dit middel het kleinst is
Indicaties SU-derivaten
Wanneer metformine niet (meer) voldoende werkt, wordt overgegaan op combinatietherapie van metformine en een SU-derivaat
Bijwerkingen
SU-derivaten
- Hypoglycemie
Risico’s voor het krijgen van een hypoglycemie bij SU-derivaten
- Ouderen
- Lever- of nierfunctiestoornissen
- Ongewone lichamelijke belasting
- Onregelmatige voeding
- Verminderde intake
Interacties SU-derivaten
Hypoglycemie
- B-blokkers
– Kunnen de beginsymptomen maskeren, ook kunnen ze het herstel van de glucosespiegel na hypoglycemie vertragen
Vooral bij niet-selectieve B-blokkers
Werking
SGLT2 remmers
Blokkeren selectief en reversibel de natriumglucose-cotransporter 2 in de nieren. Hierdoor wordt de renale glucose reabsorptie geremd, wat leidt tot uitscheiding van glucose met de urine en een verlaging van het bloedglucose gehalte.
Indicaties
SGLT2-remmers
Aanvulling op dieet en lichaamsbeweging bij volwassenen met DMII
- Geschikt als monotherapie
Gunstig effect SGLT2-remmers
Op hart- en vaatziekten en chronische nierschade
Bijwerkingen SGLT2-remmers
- Euglycemische diabetische ketoacidose (EDKA)
Euglycemische diabetische ketoacidose (EDKA)
Eigenschappen
Treedt op bij patiënten die een koolhydraatarm dieet volgen. Bij deze voor van ketoacidose is de glucose waarden lager dan gebruikelijk, waardoor de diagnose ook gemist kan worden
Indicaties
Insulinen
- Diabetes Mellitus type 1
- Diabetes Mellitus type 2 (indien onvoldoende effect op orale bloedglucose verlagende middelen)
Verschillende preparaten
Insulinen
- Kortwerkende insuline
- Snelwerkende insuline (aspart (novorapid))
- (Middel) langwerkende NPH-insuline
- Langwerkende insuline (glargine (lantus))
Kortwerkende insuline
Eigenschappen
- 30 minuten voor de maaltijd inspuiten
- Piekwerking: 2-3 uur na injectie
- Werkingsduur: 6-8 uur
Snelwerkende insuline
Eigenschappen
- Direct voor, tijdens of na de maaltijd inspuiten
- Piekwerking: 45-90 minuten na injectie
- Werkingsduur: 4-5 uur
(Middel) langwerkende NPH-insuline
- Tussen het avondeten en net voor het slapen inspuiten
- Piekwerking: 4-8 uur na injectie
- Werkingsduur: 12-16 uur
Langwerkende insuline
Eigenschappen
- Tussen het avondeten en net voor het slapen inspuiten
- Werkingsduur: circa 24 uur of langer
Interacties insulinen
Hypoglycemie
- B-blokkers
Bijwerkingen
Insulinen
- Hypoglycemie