como si fuéremos inmortales Flashcards
1
Q
como si
A
alsof
2
Q
alsof
A
como si
3
Q
el hallazgo
A
de vondst
4
Q
de vondst
A
el hallazgo
5
Q
biomédico,-a
A
biomedisch
6
Q
biomedisch
A
biomédico,-a
7
Q
la ciencia
A
de wetenschap
8
Q
de wetenschap
A
la ciencia
9
Q
Uno por el gusto
Otro por el gasto
Otro para llevar las cuernas al rastro
A
Eentje voor de smaak,zin
Otro por el gasto
Otro para llevar laos cuernos al rastro
10
Q
De ouderdom
Ouder worden
Oud
A
La vejez
Envejecer
Viejo,a
11
Q
Longevo,a
La longevidad
A
Lang leven
De levensduur
12
Q
La esperanza de vida
A
De levensverwachting
13
Q
A chaques de la vejez
A
Ouderdomskwaaltjes
14
Q
Estar bien de salud
A
Een goede gezondheid
15
Q
La alimentación
La nutrición
A
De voeding
16
Q
Perpetua
A
Eeuwig leven
17
Q
La especie
La especia
A
De soort
Specerijen, kruiden
18
Q
Aconsejar
El consejo
A
Het advies, de raad
19
Q
Mas allá
El Mas allád
A
Verderop
Het hiernamaals
20
Q
Alagar~ acortar
A
Verlengen~ verkorten
21
Q
Las recetas sencillas
A
Eenvoudige recepten
22
Q
Reemplazar = sustituir
A
Vervangen
23
Q
Las legumbres
A
Peulvruchten
24
Q
Oligoelementos
A
Sporelementen vb zink
25
La forteleza = La fuerza
De kracht
26
Luchar = combatir
Vechten, bestrijden,tegengaan
27
El propio envejicimiento
Veroudering, vergrijzing
28
Ajedrez
Schaken
29
El ser humano
| El ser vivo
Het menselijk wezen
| Het levende wezen
30
Como si
Alsof
31
Fijar
Vastleggen
32
El límite
De grens
33
Antes que
Vroeger dan
34
Dejar claro
Duidelijk maken
35
Medio,a
Gemiddeld
36
Acrecentarse
Toenemen
37
Desconocer
Niet weten, niet kennen
38
El ahogamiento
De verstikking,de verdrinking
39
El suicidio
De zelfmoord
40
La estadística
De statistiek
41
El tóxico
Het vergif, de giftige stof
42
El mal
De schade, het schadelijk effect
43
Estar relacionado,a con
Verband houden met
44
Evolutivo,a
Evolutie
45
La perpetuación
De instandhouding
46
El número
Het aantal
47
De esa forma
Op die manier
48
Por el contrario
Daarentegen
49
El estrógeno
Het oestrogeen
50
Cardioprotector
Goed voor het hart
51
Antioxidante
Antioxidant
52
Insistir en
Aanhouden, doorzetten, benadrukken
53
Programar
Plannen
54
Depender de
Afhangen van
55
Sencillo,a
Eenvoudig, gemakkelijk
56
El azúcar
De suiker
57
La grasa
Het vet
58
El complemento
De aanvulling,het supplement
59
Obtener de
Verkrijgen, halen uit
60
El ejercicio
De lichaamsbeweging
61
El músculo
De spier
62
El estado
De toestand
63
El pulmón
De long
64
El beneficio
Het nut, profijt
65
Frenar
Afremmen
66
La pérdida
Het verlies
67
Cuanto más...,mejor
Hoe meer/langer... Hoe beter
68
El comportamiento irresponsable
Het onverantwoord gedrag
69
Desahogarse
Zijn hart luchten
70
Consumir,
El consumidor
La consumención
El consumo
Verbruiken
De gebruiker
Consumptie
Het verbruik
71
Ander woord voor
| Comer
Consumir
72
Ander woord voor
| El cuerpo
El organismo
73
Ander woord voor
| El hombre
El varon
74
Ander woord voor
| Hacer más largo
Alargar
75
Ander woord voor
| La conservación de algo para siempre
La perpetuación
76
Ander woord voor
| Poner una cosa en lugar de otra
Sustituir = reemplazar
77
Ander woord voor
| Que es compartido por un grupo de personas
Unánime
78
Que no es mortal
Inmortal
79
Ander woord voor
| Simple, fácil
Sencillo
80
Ander woord voor
| Subir, aumentar
Acrecentar
81
Tener un efecto negativo
Afectar
82
Uno por el gusto
Otro por el gasto
Otro para llevar las cuernas al rastro
Eentje voor de smaak,zin
Otro por el gasto
Otro para llevar laos cuernos al rastro
83
De ouderdom
Ouder worden
Oud
La vejez
Envejecer
Viejo,a
84
Longevo,a
| La longevidad
Lang leven
| De levensduur
85
La esperanza de vida
De levensverwachting
86
A chaques de la vejez
Ouderdomskwaaltjes
87
Estar bien de salud
Een goede gezondheid
88
La alimentación
| La nutrición
De voeding
89
Perpetua
Eeuwig leven
90
La especie
| La especia
De soort
| Specerijen, kruiden
91
Aconsejar
| El consejo
Het advies, de raad
92
Mas allá
| El Mas allád
Verderop
| Het hiernamaals
93
Alagar~ acortar
Verlengen~ verkorten
94
Las recetas sencillas
Eenvoudige recepten
95
Reemplazar = sustituir
Vervangen
96
Las legumbres
Peulvruchten
97
Oligoelementos
Sporelementen vb zink
98
La forteleza = La fuerza
De kracht
99
Luchar = combatir
Vechten, bestrijden,tegengaan
100
El propio envejicimiento
Veroudering, vergrijzing
101
Ajedrez
Schaken
102
El ser humano
| El ser vivo
Het menselijk wezen
| Het levende wezen
103
Como si
Alsof
104
Fijar
Vastleggen
105
El límite
De grens
106
Antes que
Vroeger dan
107
Dejar claro
Duidelijk maken
108
Medio,a
Gemiddeld
109
Acrecentarse
Toenemen
110
Desconocer
Niet weten, niet kennen
111
El ahogamiento
De verstikking,de verdrinking
112
El suicidio
De zelfmoord
113
La estadística
De statistiek
114
El tóxico
Het vergif, de giftige stof
115
El mal
De schade, het schadelijk effect
116
Estar relacionado,a con
Verband houden met
116
Uno por el gusto
Otro por el gasto
Otro para llevar las cuernas al rastro
Eentje voor de smaak,zin
Otro por el gasto
Otro para llevar laos cuernos al rastro
117
Evolutivo,a
Evolutie
117
De ouderdom
Ouder worden
Oud
La vejez
Envejecer
Viejo,a
118
La perpetuación
De instandhouding
118
Longevo,a
| La longevidad
Lang leven
| De levensduur
119
El número
Het aantal
119
La esperanza de vida
De levensverwachting
120
De esa forma
Op die manier
120
A chaques de la vejez
Ouderdomskwaaltjes
121
Por el contrario
Daarentegen
121
Estar bien de salud
Een goede gezondheid
122
La alimentación
| La nutrición
De voeding
122
El estrógeno
Het oestrogeen
123
Perpetua
Eeuwig leven
123
Cardioprotector
Goed voor het hart
124
La especie
| La especia
De soort
| Specerijen, kruiden
124
Antioxidante
Antioxidant
125
Insistir en
Aanhouden, doorzetten, benadrukken
125
Aconsejar
| El consejo
Het advies, de raad
126
Programar
Plannen
126
Mas allá
| El Mas allád
Verderop
| Het hiernamaals
127
Depender de
Afhangen van
127
Alagar~ acortar
Verlengen~ verkorten
128
Sencillo,a
Eenvoudig, gemakkelijk
129
Las recetas sencillas
Eenvoudige recepten
129
El azúcar
De suiker
130
Reemplazar = sustituir
Vervangen
130
La grasa
Het vet
131
Las legumbres
Peulvruchten
131
El complemento
De aanvulling,het supplement
132
Oligoelementos
Sporelementen vb zink
132
Obtener de
Verkrijgen, halen uit
133
El ejercicio
De lichaamsbeweging
133
La forteleza = La fuerza
De kracht
134
El músculo
De spier
134
Luchar = combatir
Vechten, bestrijden,tegengaan
135
El estado
De toestand
135
El propio envejicimiento
Veroudering, vergrijzing
136
El pulmón
De long
136
Ajedrez
Schaken
137
El beneficio
Het nut, profijt
137
El ser humano
| El ser vivo
Het menselijk wezen
| Het levende wezen
138
Frenar
Afremmen
138
Como si
Alsof
139
La pérdida
Het verlies
139
Fijar
Vastleggen
140
Cuanto más...,mejor
Hoe meer/langer... Hoe beter
140
El límite
De grens
141
El comportamiento irresponsable
Het onverantwoord gedrag
141
Antes que
Vroeger dan
142
Desahogarse
Zijn hart luchten
142
Dejar claro
Duidelijk maken
143
Consumir,
El consumidor
La consumención
El consumo
Verbruiken
De gebruiker
Consumptie
Het verbruik
143
Medio,a
Gemiddeld
144
Ander woord voor
| Comer
Consumir
144
Acrecentarse
Toenemen
144
Uno por el gusto
Otro por el gasto
Otro para llevar las cuernas al rastro
Eentje voor de smaak,zin
Otro por el gasto
Otro para llevar laos cuernos al rastro
145
Ander woord voor
| El cuerpo
El organismo
145
Desconocer
Niet weten, niet kennen
145
De ouderdom
Ouder worden
Oud
La vejez
Envejecer
Viejo,a
146
Ander woord voor
| El hombre
El varon
147
Ander woord voor
| Hacer más largo
Alargar
147
El ahogamiento
De verstikking,de verdrinking
147
Longevo,a
| La longevidad
Lang leven
| De levensduur
148
El suicidio
De zelfmoord
149
La esperanza de vida
De levensverwachting
149
La estadística
De statistiek
149
Ander woord voor
| La conservación de algo para siempre
La perpetuación
150
El tóxico
Het vergif, de giftige stof
150
A chaques de la vejez
Ouderdomskwaaltjes
150
Ander woord voor
| Poner una cosa en lugar de otra
Sustituir = reemplazar
151
Estar bien de salud
Een goede gezondheid
151
El mal
De schade, het schadelijk effect
151
Ander woord voor
| Que es compartido por un grupo de personas
Unánime
152
La alimentación
| La nutrición
De voeding
152
Estar relacionado,a con
Verband houden met
153
Evolutivo,a
Evolutie
153
Que no es mortal
Inmortal
153
Perpetua
Eeuwig leven
154
Ander woord voor
| Simple, fácil
Sencillo
154
La perpetuación
De instandhouding
155
Ander woord voor
| Subir, aumentar
Acrecentar
156
El número
Het aantal
156
Tener un efecto negativo
Afectar
156
La especie
| La especia
De soort
| Specerijen, kruiden
157
De esa forma
Op die manier
158
Por el contrario
Daarentegen
158
Aconsejar
| El consejo
Het advies, de raad
159
El estrógeno
Het oestrogeen
159
Mas allá
| El Mas allád
Verderop
| Het hiernamaals
160
Cardioprotector
Goed voor het hart
160
Alagar~ acortar
Verlengen~ verkorten
161
Antioxidante
Antioxidant
161
Las recetas sencillas
Eenvoudige recepten
162
Reemplazar = sustituir
Vervangen
162
Insistir en
Aanhouden, doorzetten, benadrukken
163
Programar
Plannen
163
Las legumbres
Peulvruchten
164
Depender de
Afhangen van
164
Oligoelementos
Sporelementen vb zink
165
La forteleza = La fuerza
De kracht
165
Sencillo,a
Eenvoudig, gemakkelijk
166
Luchar = combatir
Vechten, bestrijden,tegengaan
166
El azúcar
De suiker
167
El propio envejicimiento
Veroudering, vergrijzing
167
La grasa
Het vet
168
Ajedrez
Schaken
168
El complemento
De aanvulling,het supplement
169
El ser humano
| El ser vivo
Het menselijk wezen
| Het levende wezen
169
Obtener de
Verkrijgen, halen uit
170
Como si
Alsof
170
El ejercicio
De lichaamsbeweging
171
Fijar
Vastleggen
171
El músculo
De spier
172
El límite
De grens
172
El estado
De toestand
173
Antes que
Vroeger dan
173
El pulmón
De long
174
Dejar claro
Duidelijk maken
174
El beneficio
Het nut, profijt
175
Frenar
Afremmen
175
Medio,a
Gemiddeld
176
La pérdida
Het verlies
176
Acrecentarse
Toenemen
177
Cuanto más...,mejor
Hoe meer/langer... Hoe beter
177
Desconocer
Niet weten, niet kennen
178
El comportamiento irresponsable
Het onverantwoord gedrag
178
El ahogamiento
De verstikking,de verdrinking
179
Desahogarse
Zijn hart luchten
180
Consumir,
El consumidor
La consumención
El consumo
Verbruiken
De gebruiker
Consumptie
Het verbruik
180
El suicidio
De zelfmoord
181
Ander woord voor
| Comer
Consumir
181
La estadística
De statistiek
182
Ander woord voor
| El cuerpo
El organismo
182
El tóxico
Het vergif, de giftige stof
183
Ander woord voor
| El hombre
El varon
183
El mal
De schade, het schadelijk effect
184
Ander woord voor
| Hacer más largo
Alargar
184
Estar relacionado,a con
Verband houden met
185
Ander woord voor
| La conservación de algo para siempre
La perpetuación
185
Evolutivo,a
Evolutie
186
Ander woord voor
| Poner una cosa en lugar de otra
Sustituir = reemplazar
186
La perpetuación
De instandhouding
187
Ander woord voor
| Que es compartido por un grupo de personas
Unánime
187
El número
Het aantal
188
Que no es mortal
Inmortal
188
De esa forma
Op die manier
189
Por el contrario
Daarentegen
189
Ander woord voor
| Simple, fácil
Sencillo
190
El estrógeno
Het oestrogeen
191
Cardioprotector
Goed voor het hart
191
Ander woord voor
| Subir, aumentar
Acrecentar
192
Antioxidante
Antioxidant
192
Tener un efecto negativo
Afectar
193
Insistir en
Aanhouden, doorzetten, benadrukken
194
Programar
Plannen
195
Depender de
Afhangen van
196
Sencillo,a
Eenvoudig, gemakkelijk
197
El azúcar
De suiker
198
La grasa
Het vet
199
El complemento
De aanvulling,het supplement
200
Obtener de
Verkrijgen, halen uit
201
El ejercicio
De lichaamsbeweging
202
El músculo
De spier
203
El estado
De toestand
204
El pulmón
De long
205
El beneficio
Het nut, profijt
206
Frenar
Afremmen
207
La pérdida
Het verlies
208
Cuanto más...,mejor
Hoe meer/langer... Hoe beter
209
El comportamiento irresponsable
Het onverantwoord gedrag
210
Desahogarse
Zijn hart luchten
211
Consumir,
El consumidor
La consumención
El consumo
Verbruiken
De gebruiker
Consumptie
Het verbruik
212
Ander woord voor
| Comer
Consumir
213
Ander woord voor
| El cuerpo
El organismo
214
Ander woord voor
| El hombre
El varon
215
Ander woord voor
| Hacer más largo
Alargar
216
Ander woord voor
| La conservación de algo para siempre
La perpetuación
217
Ander woord voor
| Poner una cosa en lugar de otra
Sustituir = reemplazar
218
Ander woord voor
| Que es compartido por un grupo de personas
Unánime
219
Que no es mortal
Inmortal
220
Ander woord voor
| Simple, fácil
Sencillo
221
Ander woord voor
| Subir, aumentar
Acrecentar
222
Tener un efecto negativo
Afectar
