College 5 & 6 - Heidegger Flashcards

1
Q

Vertel iets over Heidegger.

A
  • Leefde in de 20ste eeuw
  • Identificeert zichzelf als een zijnsdenker en ontwikkelt een nieuwe vorm van metafysica
  • Stijl: gebruikt bijna geen technische of wetenschappelijke woorden, maar geeft veel gewone Duitse woorden een filosofische lading –> daardoor voor groot publiek
  • Bekendste werk is Sein und Zeit, met de vraag naar het zijn
  • Om de vraag naar het zijn te kunnen beantwoorden moet eerst het zijn van de mens worden geanalyseerd, omdat de mens die vraag stelt (zijnsbesef heeft) –> daardoor is het resultaat toch ook een ontologische antropologie
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Welke kritieken uit Heidegger op de geschiedenis van de metafysica?

A
  1. ) De vraag naar het zijnde lijkt een soort ontotheologie: het is een zoektocht naar het hoogste zijnde: God?
  2. ) De vraag naar het zijn van dingen/dieren/mensen die deel nemen aan het bestaan/het zijnde, is gebaseerd op een verkeerde veronderstellingen van alles reduceren tot materie, waardoor dualisme in stand gehouden wordt.

Aristoteles substantie metafysica - Descartes res extenca / res cogitans - Kant’s subject metafysica: zijn een voorhandenheidsontologie (dingontologie) die ontologisch niet correct is.

De mens is niet een ding met een bewustzijn erin –> Body/Mind problem.

Hierdoor ontstaat er een epistemologische schijnvraag: hoe een subject kennis kan nemen van een wereld van objecten, die van hem met een kloof gescheiden is.

De enige oplossing is om de dingontologische wortels van het dualisme aan te pakken.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Met welke 2 bronnen van verhullingen moeten we volgens Heidegger rekening houden?

En wat is een oplossing?

A

Er zijn verschillende brillen waardoor we de wereld om ons heen zien:

  1. ) De dagelijkse blik of instelling: onze default modus is druk zijn met van alles en nog wat, waardoor sommige verschijnselen niet goed zichtbaar voor ons zijn.
  2. ) De wetenschappelijke blik of instelling: we bekijken dingen en mensen als objecten, abstraherend en generaliserend.

We moeten deze vertekeningen serieus nemen, zodat we die brillen ook af en toe af kunnen zetten om niet beperkt te worden. Dat is de fenomenologische methode. Dingen beschrijven zoals ze aan je verschijnen, terug naar de zaken zelf.

De grondlegger van de fenomenologie, Husserl, was de leermeester van Heidegger.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Welk ontologisch verschil maakt Heidegger tussen het zijn van dingen en het zijn van mensen?

A

Dingen zijn:

  • vanuit een wetenschappelijk perspectief objecten die ‘voorhanden’ zijn.
  • vanuit het dagelijks levens perspectief gebruiksvoorwerpen (Zeug) die ‘terhanden’ (Zuhanden) zijn.

Menselijk zijn valt in tegenstelling tot dingen, niet met zichzelf samen en is ook niet gesloten net als dingen, maar:

  • open/ontsloten (erschlossen), buiten zichzelf, betrokken op de wereld en hun eigen zijn (zijnsbesef - Seinsverständnis in actieve ontwerpende zin).
  • een geworpen ontwerp (geworfen Entwurf): ongevraagd in het lichaam/familie/situatie geworpen met een leven waar je maar mee te doen hebt

“Dasein” = ER zijn

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Wat is het antwoord op de wie-vraag van het zijn volgens de voorgangers van Heidegger?

Wat is zijn kritiek hierop?

Wat voor alternatief stelt hij voor?

A
  1. ) Het antwoord dat gegeven wordt op de wie-vraag is: ik/subject/het zelf (ontisch/existentiël)
  2. ) Dat is een ontoereikend antwoord, want het zegt nog niets over het ZIJN (ontologisch/existentiale) van het wie.
  3. ) Er is geen geïsoleerd IK zonder wereld (anderen) –> In-der-Welt-sein = Dasein = Mit-dasein

Je kunt pas een WIE zijn als je een eigenlijkheid (een zelf) hebt.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Welk misverstand bestaat er volgens Heidegger over de verhouding tussen het ik en de anderen in de traditionele zienswijze (i.e. de dingontologie)?

Hoe ziet hij zelf die verhouding?

A

In het dagelijks leven gaan we er van uit dat IK een entiteit is met grenzen, een binnen en een buiten (dingontologie). Er moet dus een brug geslagen worden als we met anderen of de wereld contact willen leggen.

Je kunt beter denken dat we een netwerk zijn door ruimte en tijd. Je bent alle interacties in het verleden en in de toekomst (temporeel uitgespreid) en je hebt een connectie met verschillende plaatsen (ruimtelijk uitgespreid). We zijn niet mee-voorhanden met andere entiteiten, maar we leven in een wereld die we met anderen delen.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Wie is volgens Heidegger het WIE van het Dasein?

A

1.) het Men (oneigenlijkheid).

Dagelijkse modus met anderen, dankzij afleiding op de vlucht van de confrontatie met je eigen zijn.

2.) ons eigen zijn (eigenlijkheid).

Wanneer je vooruitloopt op je uiterste mogelijkheid (je dood) en niet uit angst vlucht, wordt je geconfronteerd met het ‘niets’ (het wegglijden van de concrete zijnden in het dagelijks leven): je realiseert de contingentie en eindigheid van je bestaan, en daarmee ook de mogelijkheid om je geworpenheid te overstijgen en jezelf te ontwerpen.

Wanneer je die verantwoordelijkheid op je neemt en zelf beslissingen maakt met betrekking tot het ontwerp van het eigen bestaan (Entschlossenheit), dan maak je je potentie waar om een WIE te zijn (het echte mens zijn).

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Wat is de betekenis van het menselijk zijn volgens Heidegger?

A

Om antwoord te kunnen geven op die vraag onderzoekt Heidegger eerst de zijnstructuren (existentialen) van de mens.

1.) in-de-wereld-zijn: we zijn altijd buiten onszelf in dagelijkse interactie met dingen (besorgen) en mensen (Fürsorge) om ons heen.

= dus ook:

2.) zijn-met (Mitsein)

De betekenis van het menselijk zijn is dus zorg (Sorge).

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Welke verschillende vormen van Fürsorge bespreekt Heidegger?

A

1.) Inspringend beheersend

De zorg voor een ander waarbij de plaats van de ander ingenomen wordt. Het is een vorm van goedbedoelde beheersing: de ander wordt afhankelijk.

  • Zorg afnemen (de ene uiterste kant)
    2. ) De deficiënte of indifferente modus (afwezigheid van Fürsorge)

In het dagelijks leven, leven we vaak langs elkaar heen en zijn we onverschillig naar elkaar toe.

3.) Vooruitspringend bevrijdend

Je kijkt naar de mogelijkheid van iemand en probeert deze te faciliteren. Het is bevrijdend omdat je zorgt dat iemand zijn potentie realiseert, een eigen leven leid en voor zichzelf kan zorgen.

  • Zorg terug geven (andere uiterste kant)
  • Eigenlijke zorg (normatief)
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Welke zijnswijzen van het men (oneigenlijkheid) brengt Heidegger in kaart?

En in welk opzicht ontlasten de zijnswijzen van het men het dagelijkse bestaan?

A
  1. ) Afstandelijkheid (Abständigkeit)
  2. ) Middelmatigheid (Durchschnittlichkeit)
  3. ) Nivellering (Einebnung)

We zijn altijd bezig met de kleine verschillen (afstand) tussen elkaar (competitie/jaloezie). Het uitzonderlijke of afwijkende wordt gladgestreken (doen maar normaal, dan doe je al gek genoeg). We laten ons leiden door de algemene normen van de massa, laten ons vormen door het men. We geven onze macht om onze zijnsmogelijkheden te bepalen af aan anderen.

–> We geven onze verantwoordelijkheid af aan het men, wat betekent dat niemand echt verantwoordelijk is.Op deze manier ontlast het men ons van onze taak om zichzelf te ontwerpen (daar de verantwoordelijkheid voor te nemen).

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly