College 5 Flashcards
affect
overkoepelende term die alle emotionele ervaringen dekt (emotie, stemming, gevoel) Vaak benoemd als positief of negatief
emotie
een vrij korte en intense affectieve reactie. Subcomponenten bv. gevoel en arousal. Focust op specifiek object (bv. een esthetisch artefact)
Stemming (mood)
affectieve staat die minder intens is dan emotie, niet gefocust is op een specifiek object en langer duurt dan emotie.
gevoel
subjectieve ervaring van een emotie of stemming. meetbaar.
Arousal
de fysieke activatie van het autonome zenuwstelsel. Een van de componenten van een emotionele respons, maar kan ook los van emotie voorkomen
Voorkeur
lange-termijn affectieve evaluatie van een object of persoon, met een lage intensiteit (bijv. liking)
Esthetisch oordeel
subjectieve evaluatie van een esthetisch artefact gebaseerd op gehanteerde criteria dan wel verschillende verwerkingsstadia
de werkvelden van de empirische esthetiek
- Input= het artefact met perceptuele, cognitieve of emotionele input
- Verwerking= esthetische verwerkingssysteem met perceptuele en cognitieve verwerking
- output= mentaal met cognitieve evaluatie (begrip, classificatie) > esthetisch oordeel en affectieve evaluatie (plezier, satisfactie) > esthetische emotie
mere exposure
mensen vinden objecten en afbeeldingen mooier wanneer de frequentie waarop ze eraan worden blootgesteld groter word.
relatie frequentie en liking (mere exposure)
- aanvankelijk toename liking met frequentie
- na bepaald punt draait de relatie om: afname
arousal potential (berlyne, 1971)
plezier is een kwestie van de mate van opwinding van de kijker tijdens het bekijken van een afbeelding
prototype theorie
mensen geven misschien de voorkeur aan prototypische voorbeelden van categorieën boven niet-prototypische.
fluency theorie
mensen geven de voorkeur aan visuele weergaven naarmate ze gemakkelijker (of vloeiender) worden verwerkt
SEMCEA
- Schrikreflex
- Evaluatieve conditionering
- Emotionele Conatagion (besmetting)
- Mentale beelden
- Syntactische Expectancy (verwachting)
- Externe Appraisal (Beoordeling)
esthetisch criteria (filtering)
- Schoonheid > is het mooi?
- Vaardigheid > vakmanschap maker?
- Nieuwigheid > is het nieuw/ typisch?
- Stijl > (herkenbare) stijl
- Bericht > boodschap helder?
- Uitdrukking > is het expressief?
- Emotie