Col 6: Darwin Flashcards
Darwin
- theologie studie
- na bachelor reis met Beagle
- NA TERUGKEER ideeën over veranderende populaties
- natuur produceert variatie, sommige worden geselecteerd voor overleven
Robert Fitzroy
- kaptein Beagle
- vriend Henslew, Henslew van Dariwin
Lyell
Principles of Geology: observeerde dat aarde langzaam verandert
Lamarck
eerste ideeën evolutie (romantiek):
- organismen streven naar perfectie in context
- er is overerving van eigenschappen
Evolutie door natuurlijke selectie
1) er is variatie binnen een populatie
2) die variabliteit is overerfbaar
3) die variabiliteit bepaalt mate van reproductie (fitness)
- -> variatie ontstaat random (mutaties), selectie is deterministisch
Mendell
experimentne erwten kruisen –> er zijn stoffelijke dragers van erfelijke eigenschappen
–> kans op mutaties + mogelijkheid overerving
Wallace
komt onafhankelijk van Darwin óók tot theorie van evolutie door natuurlijke selectie, samen artikel publiceren
Populatiedenken
alle leden van een soort zijn uniek
- zowel dieren als mensen; dus zelfs daarin zijn wij hetzelfde als dieren
- er is geen “essentie” die de hele populatie kernmerkt
=> in BW zoeken naar algemene principes, of juist verschillen tussen individuen verklaren?
Seksuele selectie
natuurlijke selectie specifiek op eigenschappen die de KANS op reproductie vergroten
- bepaalde aantrekkelijke eigenschappen voor andere geslacht
- voordeel voor kans op reproductie niet persé ook voordelig voor eigen overleven!
Gedrag (Darwin)
- manier op relatie met omgeving aan te gaan
- functioneel voor overleven en/of reproductie
- NIET mechanische respons!
Huxley
- paste Darwin’s theorie toe –> conclusie afstamming van apen!
- stelde dat alle dieren machines zijn
Instinctief gedrag
- relatief invariabel tussen individuen van zelfde populatie
- geen ervaring voor nodig
- niet adaptief tov VERANDERENDE omgeving
- wel geadapteerd aan NORMALE omgeving
= mechanisch specifiek
=> bijv. dat worm holletje afsluit met smalle kant blad; doet hij ALTIJD
Intelligent gedrag
- flexibel in overeenstemming met omgeving
- je moet kennis hebben van jezelf en omgeving
=> afhankelijk van blad welke kant smalst is en welke kant eerst naar binnen getrokken
Functioneel specifiek
gedrag komt tot stand obv de functie voor het individu
- NIET mechanisch specifiek
- NIET stimulus specifiek
Variatieprobleem
als elk individu uniek, wat en hoe kunnen we dan onderzoek doen?
- door populatiedenken
- > tweedeling BW onderzoek
