Chapter 7 - Policy dynamics: learning, change and innovation Flashcards

1
Q

Niveaus waarop je kan leren

A
  1. Individueel
  2. Organisatie
  3. Beleidssectoren
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Verschillende soorten leren in sociale wetenschappen

A
  1. First order learning: verbeteren beleidsinstrumenten, vooral HOE instrumenten worden gebruikt
  2. Second order learning: de keuze en selectie van beleidsinstrumenten
  3. Third order learning: doelen en prioriteiten
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Idealtypen van beleidsleren

A
  1. Reflectief leren: open proces van leren. Lage handelbaarheid en lage machtspositie van actoren
  2. Epistemisch leren: lage handelbaarheid, hoge machtspositie
  3. Leren door onderhandeling: hoge haalbaarheid, slechte machtspositie
  4. Leren in de schaduw van hiërarchie: hoge haalbaarheid, hoge machtspositie
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Leren bij het rationele perspectief

A

Kennis en informatie. Cybernetic learning: inbouwen van feedback mechanismes die gegevens bijhouden

  1. Single loop learning: simpel feedback mechanisme als beleidsresultaten zijn gemeten in beleidsdoelen
  2. Double loop learning: ook aanpassen van doelen en normen indien nodig
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Science of muddling through en incrementalism

A

Niet alleen kennis en informatie zijn drijfveer achter beleidsverandering. Complexiteit van beleidsproblemen. Kleine veranderingen. Kennis en informatie zijn altijd incompleet

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

3 kenmerken evidence-based beleid

A
  1. Verkrijgen kennis met als doel: oplossen beleidsproblemen, verantwoordelijk houden en legitimiteit van beleid
  2. Apolitiek en pragmatisch
  3. Kwantitatieve methoden
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Leren bij het politieke perspectief

A

Policy subsystems: afgebakende netwerken van actoren in relatie tot specifiek beleid
Policy belief systems: waarden, percepties van belangrijke causale relaties, percepties van de wereld
Niveaus binnen belief systems:
- Deep core: fundamentele overtuigingen en normen die tegen verandering kunnen
- Policy core: overtuigingen specifiek voor een beleidsprobleem
- Secondary aspects: instrumenteel karakter, keuze van instrumenten

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Culturele perspectief op leren

A

Kijken naar hoe ideeën verspreiden i.p.v. leren want dat is cognitief. Leren is proces van constructie, sociale activiteit. Ontwikkelen gemeenschappelijke taal. Geen objectieve manier van ideeën definiëren.
Epistemicshe gemeenschappen: benadert rationele perspectief met de nadruk op de rol van kennis en overtuigingen in beleidsproces, politiek persp. aangezien dat verspreid word door gemeenschappen. Maar kennis is niet objectief!

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Critical frame reflection

A

Frame shift heeft grote verandering. Voorkomen van relativiteitsgat. Samenhang tussen frame zoeken

  1. Open staan voor een open dialoog
  2. In iemand anders schoenen kunnen verplaatsen
  3. Bewust zijn van eigen frames
  4. Bereidheid voor het aanpassen van frame
  5. Enige mate van vertrouwen tussen actoren
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly