Bijeenkomst 6 H12,13 Flashcards
Agressie en vooroordelen
uitdagingshypothesen
het verband tussen testosteron en agressief gedrag bestaan alleen als de kansen op voortplanting groot zijn
duale hormoonhypothese
testosteron en dominant/agressief gedrag houdt alleen verband als cortisol laag is
sociaal-cognitieve leertheorie
sociaal gedrag leren we voornamelijk aan door te observeren en te imiteren
frustratie-agressie theorie
als iemand gedwarsboomd wordt bij het bereiken van een doel is er meer kant op een agressieve reactie
relatieve deprivatie
relatieve ongelijkheid
vooroordelen
negatieve attitudes tegenover een groep mensen op basis van hun lidmaatschap aan die groep (met emotie)
stereotype
groep over één kamp scheren (cognitief)
discriminatie
onrechtvaardig negatief of schadelijk handelen vanuit je vooroordelen en stereotypen
sociale identiteitsbedreiging
anderen zien jou in het licht van negatieve stereotypen over jouw groep
in-group bias
mensen voortrekken uit je eigen groep
out-group homogeniteitsbias
‘zij’ zijn allemaal hetzelfde (aziaten lijken op elkaar)
realistische conflicttheorie
beperkte middelen leiden tot conflicten tussen groepen, mondt uit in sterke vooroordelen en discriminatie
contacthypothese
contact tussen verschillende etnische groepen doen vooroordelen en discriminatie verdwijnen
uitgebreide contacteffect
vooroordelen verminderen wanneer je iemand kent in de wij-groep die bevriend is met mensen in een zij-groep
wederzijdse afhankelijkheid
2 groepen die elkaar nodig hebben om iets te bereiken wat voor beide kampen belangrijk is