Bijeenkomst 4 H8,9 Flashcards
Conformisme, gehoorzaamheid en groepsprocessen
conformisme
het veranderen van je gedrag als gevolg van reële of ingebeelde invloed van anderen
informationeel conformisme
we conformeren omdat we denken dat anderen een betere manier hebben
injunctieve normen
normen die te maken hebben met wat we denken dat andere mensen goed- of afkeuren
psychogene groepsziekten
fysieke symptomen treden bij de groep op zonder aantoonbare fysieke oorzaak
normatief conformisme
we veranderen gedrag zodat anderen ons aardig vinden en ons accepteren
sociale impact theorie
de kans dat je reageert op iets is afhankelijk van de sterkte/status, nabijheid en aantal
descriptieve normen
onze perceptie van de manier waarop mensen zich gedragen, ongeacht of anderen dat gedrag goed- of afkeuren
Experimet van Sherif
het in een donkere kamer inschatten hoe veel licht verschuift. toonde informatoneel coformisme aan
Ash-lijnexperiment
de echte deelnemer zit in het midden en naast hem zitten twee onderzoeksmedewerkers die het verkeerde antwoord geven. toont conformisme aan
Milgram experiment
het toedienen van schokken aan leerlingen. laat grote mate van gehoorzaamheid aan autoriteit zien, maar blijkt wel contextafhankelijk
groepscohesie
eigenschappen van een groep die de leden met elkaar verbinden en die wederzijse sympathie bevorderen
sociale facilitatie
de aanwezigheid van anderen bij eenvoudige taken leidt tot betere prestaties
sociale inhibitie
aanwezigheid van anderen bij moeilijke taken leidt tot mindere prestaties
social loafing
bij aanwezigheid van anderen gaan mensen minder hun best doen, wanneer niemand hun individuele bijdrage kan beoordelen
De-individualisatie
het opgaan in een groep waarbij het gevoel van anonimiteit ontstaat, resulteert in toename van impulsief en afwijkend gedrag (Standford prison experiment van Zimbardo)
Stanford prison experiment van Zimbardo
het toekennen van Bewakers- of gevangennerol en het erg inleven daarin. Wees op de-individualisatie
conservative shift
de grotere bereidheid van groepen om veiligere beslissingen te nemen
risky shift
grotere risicobereidheid van groepen, groepspolaristie
transactief geheugen
gecombineerd geheugen van een groep is efficiënter van individu
groepspolarisatie
de neiging van groepen om beslissingen nemen die extremer zijn dan individuele beslissingen
contigentietheorie van leiderschap
effectiviteit van leiderschap hangt af van taak/persoonsgerichtheid, controle en invloed van de leider op de groep
sociaal dilemma
gunstig voor individu is schadelijk voor de rest
Prisoners dilemma
beide partijen moeten kiezen om mee te werken voor de hoogste beloning
integratieve oplossing
toegeven op punten die voor hen onbelangrijk zijn, maar voor de ander wel van belang