Bevoegdheid Flashcards
Wat is de betekenis van het begrip “rechtsmacht” in de context van de Belgische gerechtelijke procedures?
In de context van Belgische gerechtelijke procedures verwijst het begrip “rechtsmacht” naar de bevoegdheid of het gezag van de rechter om kennis te nemen van een bepaalde zaak of vordering. Het omvat zowel de materiële bevoegdheid, wat aangeeft welke rechterlijke instantie (zoals een ondernemingsrechtbank of arbeidsrechtbank) bevoegd is om over een zaak te beslissen, als de territoriale bevoegdheid, wat bepaalt in welk geografisch rechtsgebied de zaak moet worden behandeld.
Wat is het verschil tussen materiële bevoegdheid en territoriale bevoegdheid van een rechter?
Materiële bevoegdheid: Dit verwijst naar de bevoegdheid van een rechter om kennis te nemen van een zaak op basis van het onderwerp, de waarde, het spoedeisend karakter van de vordering of de hoedanigheid van de partijen. Het bepaalt bij welke specifieke rechterlijke instantie een zaak moet worden aangebracht, bijvoorbeeld een ondernemingsrechtbank of een arbeidsrechtbank.
Territoriale bevoegdheid: Dit verwijst naar de bevoegdheid van een rechter om kennis te nemen van een zaak binnen een bepaald geografisch rechtsgebied. Het bepaalt in welke gerechtelijke kring of arrondissement de zaak moet worden behandeld, afhankelijk van de regels die de wet voorschrijft.
g: Wat is het verschil tussen volstrekte bevoegdheid en territoriale bevoegdheid?
Volstrekte bevoegdheid: Dit verwijst naar de bevoegdheid van een rechter die wordt bepaald op basis van het onderwerp van de zaak, de waarde van de vordering, het spoedeisend karakter of de hoedanigheid van de partijen. Het geeft aan welke specifieke rechterlijke instantie bevoegd is om over een zaak te beslissen, ongeacht waar de zaak zich geografisch bevindt.
Territoriale bevoegdheid: Dit verwijst naar de bevoegdheid van een rechter om kennis te nemen van een zaak binnen een bepaald geografisch rechtsgebied, zoals een gerechtelijke kring of arrondissement. Het bepaalt waar de zaak moet worden behandeld op basis van geografische regels die de wet voorschrijft.
Kunnen rechters in België hun rechtsmacht overdragen aan andere rechters?
: Nee, rechters in België kunnen hun rechtsmacht niet overdragen aan andere rechters. Dit wordt expliciet verboden door artikel 11 van het Gerechtelijk Wetboek. Elke rechterlijke instantie moet binnen zijn eigen bevoegdheidsgebied blijven en mag geen zaken doorverwijzen naar andere rechters, tenzij er specifieke wettelijke bepalingen of uitzonderingen van toepassing zijn.
In welke twee gevallen heeft de Belgische rechter geen rechtsmacht om een zaak te behandelen?
De Belgische rechter heeft geen rechtsmacht in de volgende twee gevallen:
Wanneer de partijen een arbitragebeding zijn overeengekomen, kan de rechter zich zonder rechtsmacht verklaren op verzoek van een van de partijen. Dit staat vermeld in artikel 1682, § 1 van het Gerechtelijk Wetboek. Wanneer het geschil moet worden voorgelegd aan een buitenlandse rechter op basis van het internationaal privaatrecht (IPR), bijvoorbeeld in gevallen waarin het ongeval in het buitenland heeft plaatsgevonden en het geschil onderworpen is aan de jurisdictie van een buitenlandse rechtbank.
Wat is arbitrage in de context van verzekeringen en welke voordelen en nadelen heeft het?
Arbitrage in verzekeringen verwijst naar een proces waarbij geschillen tussen verzekerden en verzekeraars worden opgelost door onafhankelijke arbiters of scheidsrechters in plaats van door reguliere rechtbanken. Het is een soort private rechtspraak waarbij beide partijen op voorhand overeenkomen om geschillen voor te leggen aan arbiters.
Voordelen van arbitrage: Snelheid: Arbitrageprocedures kunnen sneller zijn dan gerechtelijke procedures. Expertise van arbiters: Arbiters hebben vaak specifieke kennis van verzekeringskwesties. Vertrouwelijkheid: Arbitrageprocedures en uitkomsten worden meestal vertrouwelijk gehouden. Nadelen van arbitrage: Kostprijs: De kosten van arbitrage kunnen hoog zijn, en de partij die wint, draagt mogelijk niet alle kosten. Complexiteit: Arbitrageprocedures kunnen complex zijn en vereisen juridische expertise.
Wat is de wettelijke regeling in België met betrekking tot arbitrage in verzekeringen?
In België is er een wettelijke regeling met betrekking tot arbitrage in verzekeringen. Artikel 90 van de Wet op de Verzekeringen (W.Verz.) verbiedt partijen om vooraf overeen te komen om geschillen die uit de verzekeringsovereenkomst zouden kunnen voortvloeien, voor te leggen aan arbiters. Deze regel is dwingend en geldt als sanctie voor dergelijke bedingen. Partijen kunnen echter wel arbitrage gebruiken als er al een geschil is ontstaan (d.w.z. er is al een discussie gaande). Er zijn echter uitzonderingen op dit verbod, zoals bepaald door de Koning voor specifieke risico’s. De uitzonderingen omvatten onder andere transportverzekeringen en herverzekeringen, waarin arbitrage wel is toegestaan.
Wat is internationale rechtsmacht in de context van verzekeringen, en waar wordt dit geregeld?
Internationale rechtsmacht in de context van verzekeringen verwijst naar de vraag welke rechter bevoegd is om een geschil te behandelen wanneer er sprake is van een buitenlands element in het geschil. Dit kan zich voordoen wanneer een van de partijen in het buitenland gevestigd is of wanneer het schadegeval zich in het buitenland heeft voorgedaan. Deze kwestie wordt geregeld door verschillende wettelijke en internationale instrumenten, waaronder:
Brussel Ibis-verordening (1215/2012): Deze verordening is van toepassing als de verweerder zijn woonplaats heeft op het grondgebied van een lidstaat van de Europese Unie. Het bepaalt de bevoegdheid van de rechtbanken in grensoverschrijdende geschillen binnen de EU, inclusief geschillen met verzekeraars. Artikel 24 van de Wet op de Verzekeringen (W.Verz.): Dit artikel verklaart nietig alle clausules en overeenkomsten die de bevoegdheid van buitenlandse rechtbanken toewijzen om geschillen met betrekking tot verzekeringscontracten te behandelen, met uitsluiting van de Belgische rechter. Dit betekent dat als een geschil buiten het toepassingsgebied van de Brussel Ibis-verordening valt, het altijd voor de Belgische rechter kan worden gebracht.
3 / 3
Wat zijn de bijzondere regels in de Brussel Ibis-verordening met betrekking tot verzekeringsgeschillen en wie hebben de keuze in rechtsbevoegdheid?
De Brussel Ibis-verordening bevat bijzondere regels met betrekking tot verzekeringsgeschillen, met het algemene doel om de zwakkere partijen in deze geschillen, zoals verzekeringnemers, verzekerden, begunstigden en benadeelden, te beschermen. In verzekeringsgeschillen hebben de partijen de volgende keuzemogelijkheden met betrekking tot rechtsbevoegdheid:
De partijen kunnen de rechter kiezen op basis van de woonplaats of het filiaal van de verzekeraar. De eiser kan de verzekeraar dagvaarden in zijn eigen woonplaats, wat bekend staat als het "forum actoris". Dit kan echter onvoorspelbaar zijn voor de verzekeraar, vooral als de woonplaats van de eiser in een andere lidstaat is dan die van de verzekeraar. Bij aansprakelijkheidsverzekeringen of verzekeringen van onroerend goed is er een extra mogelijkheid, namelijk de plaats van het schadebrengende feit als rechtsbevoegdheidsgrond.
Deze regels zijn echter niet van toepassing op herverzekeringsgeschillen, vrijwarings- of subrogatoire vorderingen tussen verzekeraars.
Welke keuzemogelijkheden hebben verzekeraars met betrekking tot rechtsbevoegdheid in verzekeringsgeschillen?
Verzekeraars hebben beperkte keuzemogelijkheden met betrekking tot rechtsbevoegdheid in verzekeringsgeschillen. Ze kunnen de verzekeringnemer, verzekerde of begunstigde dagvaarden voor de rechter van het land waar deze partij zijn woonplaats heeft. De rechtsbevoegdheidsregels voor verzekeraars zijn voornamelijk gebaseerd op de woonplaats van de verzekerde of de verzekeringnemer.
: Onder welke omstandigheden zijn bedingen met betrekking tot rechtsmacht toelaatbaar in verzekeringsgeschillen volgens de Brussel Ibis-verordening?
Bedingen met betrekking tot rechtsmacht zijn in verzekeringsgeschillen alleen toelaatbaar als aan een van de volgende voorwaarden is voldaan:
Het beding is gesloten na het ontstaan van het geschil. Het beding breidt de rechten van de verzekeringnemer, verzekerde of begunstigde uit. Zowel de verzekeraar als de verzekeringnemer, verzekerde of begunstigde hebben hun woonplaats in dezelfde lidstaat en hebben in geval van schadeverwekkende feiten in een andere lidstaat uitsluitend rechtsmacht verleend aan de rechter van hun eigen lidstaat. De verzekeringnemer heeft geen woonplaats in een lidstaat.
Er zijn echter enkele bijzondere risico’s, zoals vervoer en scheepvaart, en “grote risico’s” zoals gedefinieerd in de Solvency II-richtlijn, waarvoor andere regels gelden met betrekking tot rechtsmacht in verzekeringsgeschillen.
Wat zijn enkele voorbeelden van bijzondere risico’s waarvoor andere rechtsmachtregels gelden in verzekeringsgeschillen volgens de Brussel Ibis-verordening?
Enkele voorbeelden van bijzondere risico’s waarvoor andere rechtsmachtregels gelden in verzekeringsgeschillen volgens de Brussel Ibis-verordening zijn:
Vervoer en scheepvaart: Voor verzekeringsgeschillen met betrekking tot vervoer en scheepvaart gelden specifieke rechtsmachtregels die afwijken van de algemene regels. "Grote risico's" zoals gedefinieerd in de Solvency II-richtlijn: Bepaalde takken van verzekeringen die worden beschouwd als "grote risico's" volgens de Solvency II-richtlijn vallen onder andere rechtsmachtregels dan de algemene regels voor verzekeringsgeschillen.
Welke Europese verordening regelt welk recht van toepassing is in verzekeringsgeschillen en welke regels zijn er met betrekking tot de keuze van toepasselijk recht?
De Rome I-Verordening (593/2008) regelt welk recht van toepassing is in verzekeringsgeschillen. In het geval van “grote risico’s” hebben partijen contractsvrijheid en kunnen ze bepalen welk recht van toepassing is. Als er geen keuze is gemaakt, is het recht van het land van de gewone verblijfplaats van de verzekeraar in principe van toepassing. Voor “kleine risico’s” zijn er beperkte keuzemogelijkheden, afhankelijk van factoren zoals de locatie van het risico, de gewone verblijfplaats van de polishouder en het recht van de lidstaat waarvan de polishouder onderdaan is. Als er geen keuze is gemaakt, is het recht van de plaats waar het risico is gelegen op het moment van het sluiten van de overeenkomst van toepassing. Voor verplichte verzekeringen heeft het recht van het land dat de verplichting heeft ingesteld voorrang boven het recht van het land waar het risico is gelegen.
Welke factoren worden gebruikt om te bepalen waar een risico gelegen is volgens de Rome I-Verordening in het kader van toepasselijk recht in verzekeringsgeschillen?
De Rome I-Verordening (593/2008) hanteert de volgende factoren om te bepalen waar een risico gelegen is in het kader van toepasselijk recht in verzekeringsgeschillen:
De lidstaat waar het onroerend goed is gelegen, indien het risico betrekking heeft op onroerende goederen. De lidstaat waar het voertuig of vaartuig is geregistreerd, indien het risico betrekking heeft op een voertuig of vaartuig. De lidstaat waar de reisverzekering is gesloten, indien de reisverzekering minder dan vier maanden beslaat. De gewone verblijfplaats van de verzekeringnemer, ook in het geval van levensverzekeringen. In het geval van een rechtspersoon, de lidstaat waar de vestiging is gelegen waarop de overeenkomst betrekking heeft, ook in het geval van levensverzekeringen.
Deze factoren worden gebruikt om te bepalen welk recht van toepassing is op verzekeringsgeschillen op basis van de locatie van het risico.
Welke bijzondere regel van territoriale bevoegdheid geldt in het voordeel van de verzekeringnemer in verzekeringsgeschillen volgens het Belgische Gerechtelijk Wetboek?
Volgens artikel 628, 10° van het Belgische Gerechtelijk Wetboek is de rechter van de woonplaats van de verzekeringnemer exclusief bevoegd voor geschillen over verzekeringscontracten. Dit betekent dat de verzekeringnemer de verzekeraar in zijn eigen streek kan dagvaarden. Er kan echter worden afgeweken van deze regel door middel van een overeenkomst achteraf (artikel 630 Ger.W.).