Betrouwbaarheid Flashcards

1
Q

Vormen van

Betrouwbaarheid

A
  • Consistent gemeten
  • Stabiliteit
  • Homogeniteit
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Consistent gemeten

A

als een onderzoek opnieuw gedaan zou worden, zou je dezelfde resultaten krijgen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Stabiliteit

A

als ik na verloop van tijd dezelfde opstellen weer beoordeel, kom ik dan tot hetzelfde oordeel

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Homogeniteit

A

als twee mensen dezelfde opstellen beoordelen, komen ze dan tot eenzelfde oordeel

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Betrouwbaarheid en validiteit

A

niet betrouwbaar = nooit valide
wel betrouwbaar = mogelijk valide (misschien is iets wel consistent gemeten, maar meette je niet het construct of gaven mensen sociaal wenselijke antwoorden

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly