Begrippen LE 2 Flashcards
Acquis communautaire
Dit zijn de gemeenschappelijke verworvenheden, die de hele verzameling van Europese verdragen, geldende secundaire en tertiaire rechtshandelingen, relevante rechtspraak en het bijbehorende ongeschreven recht omvatten die de lidstaten en instellingen van de EU in de loop der tijd hebben voortgebracht. Deze verworvenheden vormen het fundament voor verdere integratie en de basis waaraan staten, die lid van de EU willen worden, moeten voldoen (Eijsbouts e.a., p. 67).
Europese instellingen
De in artikel 13 VEU genoemde zeven instellingen van de EU, te weten: het Europees Parlement, de Europese Raad, de Raad, de Europese Commissie, het Hof van Justitie van de Europese Unie, de Europese Centrale Bank en de Europese Rekenkamer.
Primair recht
De oprichtingsverdragen, de verdragen waarbij de oprichtingsverdragen zijn aangevuld/gewijzigd, de toetredingsverdragen en het Handvest van de grondrechten van de EU (Eijsbouts e.a., p. 59 e.v.).
Rechtsbronnen
Alle bronnen van waaruit het (geldende) recht kan worden gekend. Eijsbouts omschrijft deze voor het Unierecht als het primaire, secundaire, tertiaire en ‘in-between’ recht (Eijsbouts e.a., p. 58-59).
Secundair recht
Het van het primaire recht afgeleide recht dat (tegenwoordig) bestaat uit verordeningen, richtlijnen en besluiten (Eijsbouts e.a., p. 60-64).
Soft law
Het tertiaire recht bestaande uit de beleidsinstrumenten die in de EU worden gebruikt. Dit recht is juridisch niet verbindend, maar heeft vaak wel indirect juridisch effect (Eijsbouts e.a., p. 68).
Voorzitterschap
- de Europese Raad, die tegenwoordig voor periodes van 2,5 jaar zijn vaste voorzitter kiest, waarmee als het ware de Unie een gezicht wordt gegeven (Eijsbouts e.a., p. 40)
- het Europees Parlement, waarmee als het ware de volksvertegenwoordiging een gezicht wordt gegeven;
- de Commissie, waarmee de uitvoering als het ware een gezicht wordt gegeven (Eijsbouts e.a., p. 52). De voorzitter van de Commissie wordt gekozen door het Europees Parlement na voordracht van een zogenoemde Spitzenkandidat door de Europese Raad (Eijsbouts e.a., p. 53). (NB Het politiek idee van een Spitzenkandidaat (boegbeeld, lijsttrekker) op basis van de uitslag van de verkiezingen voor het EP is er althans sinds de laatste verdragswijziging en de vorige EP-verkiezingen in 2014 onderhouden; in 2019 heeft de Europese Raad daar in de praktijk weer een streep doorgehaald met het voorstel van de eerder niet in beeld gekomen Ursula von der Leyen).