avv week 2 betrouwbaarheid Flashcards
Wat is betrouwbaarheid
de reproduceerbaarheid van jou resultaten met dezelfde instrumenten
wat draait betrouwbaarheid rond
het voorkomen van toeval fouten
wat zijn twee manieren om fouten te voorkomen
1) door te standaardiseren
2) herhaling
welke 3 soorten vormen van betrouwbaarheid zijn er
1) interne consistentie
2)intrabeoordelaars
3)Interbeoordelaars
wat is interne consistentie
-voor vragenlijsten.
-Hoe verschillende stellingen anders van elkaar zijn maar dat ze allemaal samen het onderliggende construct meten
-wanneer de stellingen overeenkomen–) ontstaat er een correlatiecoeficient/samenhang tussen antwoorden van stellingen–) cronbach
-0/-1= negatieve samenhang
-0/1= positieve samenhang
-hoe dichter bij de nul–) hoe zwakker te samenhang
wat is een voorbeeld van interne consistentie
Een voorbeeld van interne consistentie zou bijvoorbeeld zijn dat alle items op een vragenlijst die bedoeld is om iemands angstniveau te meten, met elkaar correleren. Als iemand hoog scoort op één angst-item, dan is de kans groot dat hij ook hoog scoort op de andere angst-items. Dit suggereert een hoge mate van interne consistentie en versterkt de betrouwbaarheid van de vragenlijst.
wat is intrabeordelaars
Een onderzoeker gaat met dezelfde instrumenten op meerder momenten meten, hierdoor zal een stabiliteit over tijd ontstaan
wat is een voorbeeld van intrabeordelaars
Dit kan worden geïllustreerd in een experiment waarbij een onderzoeker herhaaldelijk dezelfde set röntgenfoto’s beoordeelt om te bepalen of er een bepaalde aandoening aanwezig is–) zelfde resultaten hoge intrabeoordelaarsbetrouwbaarheid.
wat is interbeoordelaars
wanneer er een overeenstemming tussen twee of meer beoordelaars die onafhankelijk van elkaar dezelfde metingen of observaties uitvoeren op dezelfde onderzoekseenheden.
voorbeeld interbeoordelaars
bijvoorbeeld bij het beoordelen van medische beelden, zoals röntgenfoto’s, CT-scans of MRI-scans. Verschillende radiologen of medische specialisten kunnen deze beelden onafhankelijk van elkaar beoordelen en interpreteren om een diagnose te stellen. Als de beoordelingen van de verschillende specialisten overeenkomen, dan is er sprake van hoge interbeoordelaarsbetrouwbaarheid en kan men meer vertrouwen hebben in de diagnose.
wat is validiteit
meet het instrument wat het moet meten en zijn er geen systematische fouten
wat zijn de 4 vormen van validiteit en sterkte
1 criterium validiteit -) sterk
2 begripsvaliditeit-)minder sterk
3 inhoudsvaliditeit-)matig
4 face validiteit-)zwak
leg criteriumvaliditeit uit
wanneer de uitkomsten van de metingen overeen komen met de gouden standaard, dit kan nooit gedaan worden voor vragenlijst
de twee vormen van criteriumvaliditeit
1) Concurrente: meetinstrument en referentie op zelfde moment gemeten
2) Predicatieve: nieuwe meetinstrument de uitkomst van goed standaard wilt voorspellen
voorbeeld criterium validiteit
bloeddrukmeter, om de bloeddruk van een patiënt te meten. Als de metingen van de bloeddrukmeter overeenkomen met de metingen van een betrouwbare standaardmethode
wat is begripsvaliditeit
wanneer er veel vertrouwen is literatuur
de test inderdaad meet wat men denkt te meten en of de resultaten een accurate afspiegeling zijn van het onderliggende construct.
wat zijn twee vormen van begripsvaliditeit
1) convergent
-twee instrument gericht op zelfde concept dienen–) hoog te correleren
Bijvoorbeeld, als een test is ontworpen om leesvaardigheid te meten, dan moet deze correleren met andere tests die ook leesvaardigheid meten.
2 divergent
-twee verschillende instrumenten die verschillende concepten diene–) laag correlatie
Bijvoorbeeld, als een test is ontworpen om leesvaardigheid te meten, dan mag deze geen correlatie vertonen met tests die iets heel anders meten, zoals wiskundige vaardigheden.
wat is inhoudsvaliditeit
je gaat aan experts vragen wat ze van jou meetinstrumenten vinden, dit kan soms moeilijk zijn omdat je niet weet wie een goede expert is
wat is face validity
wat zijn volgens jou goede meetinstrumenten volgens jou kennis dit is gebaseerd op oordeel
wat is interne validiteit
zijn de uitkomsten van je onderzoek correct voor alle mensen uit je onderzoekspopulatie
wat is externe validiteit
zijn de uitkomsten generaliseerbaar
wat zijn 3 soorten van externe validiteit
Van steekproef—) totale populatie
Naar andere populatie
Naar andere tijd plaats of setting
wat is een bias
het is een fout die de validiteit bedreigd
welke 3 soorten bias zijn er
1 selectie bias
2 informatiebias
3 confounding
wat is selectiebias
het is een fout betreffend de onderzoek participanten dit kan op verschillende momenten opteerde: selectie/uitnodeging/experiment
de manier waarop de steekproef wordt geselecteerd leidt tot een systematische over- of ondervertegenwoordiging van bepaalde groepen in de steekproef. Dit kan leiden tot een vertekend beeld van de populatie en tot onjuiste conclusies in het onderzoek.
welke 7 soorten selectiebias zijn er
°Healthy worker effect
-werkende mensen vaak gezond–) werkende populatie anders dan algemene populatie
2°Referral bias
-mensen die toegewezen naar specialist= ongezonder
3°Admission bias
-naar specialist niet omdat ze ongezonder zijn maar omdat ze beschikken over een bepaalde determinant
4°Incidentie prevalentie bias
-mensen die net gediagnostiseerd zijn anders dan mensen die ziekte al lang hebben
5°Non respons bias/volunteers
6°Besmetting
Contaminatie
-deelnemers uit de controlegroep de behandeling toch krijgen
-bv poster over depressie in collegezaal beiden groepen hebben hier een invloed op
Compliance bias
-deelnemers in verschillende armen van het onderzoek meer of minder therapietrouw zijn
7°Attritie
-deelnemers die uit het onderzoek vallen
-overblijvers verschillen: cohort onderzoek
-efffect anders zijn omdat mesnen uitvallen
wat is informatiebias
-fout bij meting uitkomst of determinant
Een informatiebias is een type bias dat kan optreden in onderzoeken wanneer er fouten of onnauwkeurigheden zijn in de manier waarop gegevens worden verzameld, geanalyseerd of geïnterpreteerd. Dit kan gebeuren wanneer er gebreken zijn in de meetinstrumenten die worden gebruikt om gegevens te verzamelen, of wanneer er fouten zijn in de manier waarop gegevens worden geregistreerd of geanalyseerd.
welke twee soorten informatiebias zijn er
1° recall bias
-als de participant zich niet goed kan herinneren van wat er gebeurd is in het verleden kan leiden tot onnauwkeurigheid
2° differentiële misclassificatie
-in foute groep
-antwoord afhankelijk van bepaalde eigenschap bv, antwoord van man en vrouw gaat anders zijn
wat is confounding bias
-speciale vorm van samenhang tussen onafhankelijke en afhankelijke variabelen
-2 determinant beïnvloeden de afhankelijke variabel
-bv ses overgewicht beïnvloed—) abonnement sportschool kost geld
-je weet niet zeker welke factor beïnvloed
welke 3 soorten confounding bias zijn er
1°Rijping
-bij eerste onderzoeksparticipanten gaat het onderzoek minder makkelijk routinematig waardoor de uitkomsten/determinanten van de eerste participant kunnen verschillen van latere
2°Placebo effect
-nep interventie
3°Hawthrone effect
-anders gaan gedragen omdat ze weten dat ze geobserveerd worden
aan welke 3 criteria moet een meetinstrument voldoen
1 betrouwbaarheid
2 validiteit
3 responsiviteit–) gevoeligheid, de mate waarin een meetinstrument reageert op verandering in datgene wat het meet
wat moet hetzelfde zijn bij het resultaat
1 andere onderzoeker
2 ander tijdstip
3 ander omstandigheden
wat is een selecte steekproef
Het is een steekproef waar de kans onbekend om som mee te doen
-selectief niet op toeval–) bepaalde criteria
-geen sectiebron
-open karakter
-generaliseerbaarheid is van ondergeschikt belang
-selectie op basis van theoretische overweging
voor wat gebruik je een selecte steekproef
bij kwalitatief onderzoek en wanneer je selecteert op basis van theoretische overwegingen—) bepaald onderwerp met ervaring
-wanneer er geen steekproefkader is
welke 4 methodes zijn er bij selecte steekproef
1 gelegenheidssteekproef
2 quota steekproef
3 beordelings steekproef
4 sneeuwbal steekproef
wat is een gelegenheidssteekproef
Dit is een steekproef wanneer de onderzoeker niet op voorrand selecteert wie mee doet of niet, blijven vragen voor participanten to saturatie punt geraakt word(geen nieuwe informatie)
wat is een voorbeeld van gelegenheidssteekproef en voordelen
vragen aan elke student die je ziet op campus tot dat je saturatie punt geraakt–) geen nieuwe informatie meer hoort
voordelen: snel/goedkoop/geen generalisatie mogelijk
wat is een quota steekproef
is zoals gelegenheidsteekproef, maar hier heb je een bepaalde quota voor bepaalde persoonskenmerken
wat is een voorbeeld van quota steekproef en voordeel
de onderzoeker wilt in totaal 20 mannen en 30 vrouwen onderzoeken
voordeel: goedkoop; snel
wat is beoordeling steekproef
je gaat personen selecteren op basis van ervaring
voorbeeld beoordeling steekproef en voordeel
je wilt een nieuwe ict systeem innemen maar je wilt weten wat er goed of slecht was bij de oude hiervoor ga je medewerkers vragen die ervaring hebben
voordeel: specifiek en gevoelig voor verzekering
wat is een sneeuwbal steekproef
onderzoeker begint met het selecteren van een kleine groep respondenten met een bepaalde eigenschap of kenmerk die relevant is voor de onderzoeksvraag. Vervolgens vraagt de onderzoeker aan deze geselecteerde respondenten om andere respondenten te vinden die ook aan de selectiecriteria voldoen en die deel willen nemen aan de studie.
wat is een aselecte steekproef
dit is een steekproef die zich op toeval basseert, iedereen heeft evenveel kans om onderzocht te worden dit maakt het representatief voor de populatie
-nauwkeurig
-kwantitaief
-bepaald ervoor hoeveel mensen je gaat selecteren
-niet vooraf bepalen wie in jou steekproef komt
wat zijn de 4 stappen om een aselecte steekproef te trekken
1 definer populatie: domein alle mensen waarop je onderzoek doet
2 bepaal steekproefkader: lijst, data
3 kies steekproef methode
4 bepaal steekproef grote: dit speelt een rol bij betrouwbaarheid
welke 4 soorten methodes zijn er bij aselecte steekproef
1 enkelvoudige toeval steekproef
2 systematische toeval steekproef
3 gestratificeerde toeval steekproef
4 cluster steekproef
wat is een enkelvoudige toeval steekproef
dit is wanneer je mensen direct uit steekproef kader trekt hierdoor krijgt iedereen en gelijke kans
-nadeel werkt minder goed bij subgroepen
wat is een systematisch steekproef en
zelfde zoals steekproef maar hier ga je een interval creëren in steekproefkader door bv aantal mensen STP/aantla mensen dat je wilt
wat is een gestratificeerde toeval steekproef
dit is een steekproef waar we bepaalde persoons kenmerken selecteren dit is meer nauwkeurig bv alle mensen met kanker selecteren
-hievoor heb je informatie ervoor nodig
-je deelt ze in bepaalde strata groepen=: kenmerken
wat zijn de twee vormen van gestratificeerde steekproef
1) Proportioneel: overeenstemming met de werkelijkheid mensen selecteren= grotere strata meerder mensen geïncludeerd zullen worden
2) Dispropotioneel: selecteer je evenveel mensen uit strata maakt niet uit hoe groot e de groep is
wat is een cluster steekproef
je gaat de populatie indelen in bepaalde clusters zoals scholen, steden
-geen steekproefkader
nadeel: niet representatief voor hele populatie
wat zijn de twee vormen van cluster steekproef
1 standaardsteekproef: selecteer met enkelvoudige toeval, wel of niet includeert
-bv van sommige ziekhuizen alle patiënten van andere niemand
2 tweetraps: selecteer je binnen de cluster welke mensen je wel en niet gaat selecteren met enkelvoudige toeval
wat is de algemeen principe van steekproef
lectern van kleine groep uit populatie hierdoor geeft dit info over de populatie
waarom kan je niet de hele populatie gebruiken
het duurt te lang en het is te duur–) onnodig
wanneer is het goed om de hele populatie te gebruiken
als het een kleine populatie is en de data eenvoudig toegankelijk is
welke twee soorten fouten zijn er bij foutenbronnen
-trekkingsfout: niet elke steekproefeenheid heeft dezelfde kans om in de steekproef te komen
-Schattingsfout: die maak je altijd door de toevallige opzet van de steekproef
niet steekproef fouten–) waarnemingsfouten
ontstaan door het incorrecte wijze verzamelen vastleggen en verwerken van de gegevens
welke drie soorten waarnemingsfouten zijn er
1 overdekking: metingen bij eenheden die niet in het kader hadden mogen zitten
2 meetfout: gegevens komen niet overeen met de werkelijkheid door allerlei verstoringen bij het meten
3 verwerkingsfout: verstoringen bij de verwerking van de gegevens–) wanneer je tijd al hebt
wat zijn niet waarnemingsfouten
ontstaan doordat het niet gelukt is om waarnemingen uit te voeren
elke twee soorten fouten zijn er bij niet waarnemingsfouten
1 onderdekking: eenheden die niet in het kader zitten
2 non response: nee meedoen: niet mee willen doen of niet in staat of niet thuis
-responsegraad: % in onderzoek dat daadwerkelijk deelneemt
wat zijn drie mannieren om niet waarnemingsfouten te voorkomen
1 Bereikbaarheid verhogen door:
* Meer contactpogingen: reminder, verschillende tijdstippen
* Methoden van dataverzameling combineren
2 Bereidwilligheid verhogen
* Aankondigingsbrief
* Beloningen (presentje, grotere loterij, gift goed doel)
* Ervaren, goed getrainde interviewers/onderzoekers
3 Niet in staat
* Andere benadering, dataverzamelingsmethode
bij welke soort onderzoek word statistiek gebruikt
bij kwantitatief, bij beschrijven en toetsend onderoek
wat zijn de twee redens waarvoor statistiek nodig is
1 zodat ej bepaalde vraagstukken op te kunnen lossen–) hierdoor kan je een conclusie trekken
2 om statische te onderzoek zodat je kan leren en beoordelen
welke verschillende meetniveaus heb je
nominaal:onderscheidbaarheid subgroepen
ratio:absoluut nulpunt
interval:vaste meeteenheid
ordinaal:ordening
welke 3 verschillende soorten verdeling heb je
chi2 verdeling
Normale verdeling
t verdeling
waar is een normale verdeling gebruikt en wat heb je nodig
wanneer het gem van een random steekproef normaal verdeeld is
-min/max/spreiding/gem
bij welk aantal gebruik je normaal verdeling
bij +60
wat is t verdeling
lijkt op normaal maar wordt meer gebruikt voor wanneer er een onbekend aantal is–) onzekerheid
wat is de vrijheidsgraad bij t verdeling
aantal mensen in steekproef-1
wat gebruik je als je de standaarddeviatie niet weet
t verdeling
wat gebruik je als je een grote populatie en de std weet
normale verdeling
welke 3 soorten toetsen heb je
z toets–) normale verdeling
t toests–) t verdeling
chi kwadraadtoets–) chi verdeling
wat zijn de 5 stappen van toetsen
1 bepaal de verdeling en de toets:
-normale verdeling/chi/t
2 bepaal de hypotheses over de populatie en grenswaarde
-h0 en HA en daarbij de grenswaarde alpha
3 bepaal de toetsingsgrootheid-) hoe ver legt de dat van H0
-bereken de toetsingsgrootheid met juise toets
4 bepaal de p waarde en verglijk deze met de grenswaarde
-zoek de p waarde op die hoort bij de toetsingsgrooteheid en vergelijk met alpha
5 formuleer een conclusie in woorden
-vergelijk statisch en klinisch
wat is the law of large nr
nr: gem van een sample zal dicht bij werkelijke gem liggen
wat is de betrouwheidsinterval
-het is een maat om te zien hoe zeker we zijn over onze uitspraken
-het gaat niet over de kans maar wel of niet
wat gebeurd er als je meer zekerheid hebt
dan heb je grotere samples en kleinere betrouwbaarheidsinterval
naar welke twee punten moet je kijken bij interpretatie van toetsen en bi
1) je meot verder kijken dan alleen statische conclusie
2)significantie niet gelijk a
naar welke twee punten moet je kijken bij interpretatie van toetsen en bi
1) je meot verder kijken dan alleen statische conclusie
2)significantie niet gelijk aan relevantie
wat is een type 1 fout
Een type 1 fout treedt op wanneer de nulhypothese wordt verworpen terwijl deze eigenlijk waar is
wat is een type 2 fout
Een type 2 fout treedt op wanneer de nulhypothese niet wordt verworpen terwijl deze eigenlijk onwaar is.
hoe zie je welk het hoogst gem is
kijken op de x as waar het hoogst getal ligt
hoe ziek je welke std het kleins is
hey smaller je verdeling is
wat zegt 95% BI
Dat de methode die we gebruiken om betrouwbaarheidsintervallen te berekenen in 95% van alle gevallen een interval oplevert waar het populatiegemiddelde in ligt.
voorbeeld type 1 fout
nulhypothese is dat een persoon niet besmet is met de ziekte. Als de test aangeeft dat de persoon positief is, terwijl hij eigenlijk niet besmet is, dan is dit een type 1-fout.
voorbeeld type 2 fout
ulhypothese “de behandeling heeft geen effect op het verbeteren van de symptomen”. Als de onderzoeker na het uitvoeren van de studie de nulhypothese accepteert en concludeert dat de behandeling geen effect heeft, terwijl de behandeling eigenlijk wel effectief is,
wat is nominaal verdeling en hoe meet je die
-je meet die met een chi2 verdeling
-onderscheidbaare subgroepen
-je hebt: gem/min/max/spreiding nodig
-bv geslacht
ordinaal
-je meet die met chi2 verdeling
-orden: bv van groot naar klein
-
ratio
interval
-t of normaal verdeling