Atriumflutter Flashcards
Epidemiologie
overall 0.09%. 58% heeft AF in voorgeschiedenis. I
Etiologie: precipicating factors
caffeine, alcohol, nicotine, drugs, hyerthyreoidie, stress, menstruatie, elektrolyte stns, koorts, hypovolemie, slaaptekort
Etiologie: 3 soorten onset
1) specifc event: 60%(OK, CAP/HAP, ACS)
2) chronic ill (38%) HF, HTN
3) Lone AF 2%
Pathofysiologie
macro-reentry tach. in RA, cavotricale istmus. atriale ritme 300/min.
Sx
palpitaties, POB, pre syncope. POLYURIE
ECG DD
focale atriale tachycardieen.
ECG morf
Arit: 300/min. Vrit 150/min (2:1 blok). pos P-toppen in V1. neg zaagtand III, aVF.
Verhoogde AV blokkade door?
vagale stim, adenosine, BB.
Tx: nonfarma
DC-syncrhoon: 50 joules. Succes rate 98%. RFA 100% in eerste lijn.
Tx: farma voor conversie
matige resultaten: IV BB/CA –> langz maar geen conv. Ibutilide 30-70%, (bw: VT’s).
Tx Farma prev + antistoling
dofetilide (73% 1 jaar), flecanidie (50%). Matige evidence. stolling zelfde als AF
Timing conversie: eisen tav trombus
<48 van onset mag je cardioverteren, >4 w ontstolling. TEE ter uitsluiting.