AOP Flashcards
Attitude
Een houding tegenover dingen mensen en gebeurtenissen
Componenten in attitudes
Cognitief (kennis)
Affectief (Gevoel)
Gedrag
Cognitieve dissonantie
Als gedrag niet voortkomt uit een attitude (matcht niet met elkaar)
In welke mate attitude invloed heeft op gedrag is afhankelijk van
Belang, mate van specificiteit, toegankelijkheid, sociale druk en directe ervaring
Werktevredenheid
Een positief gevoel over het werk obv een beoordeling van kenmerken
Beoordeelde kenmerken bij werktevredenheid
Het werk zelf salaris, promotie, superieuren, collega's algemeen
Gevolgen van (on)tevredenheid
Exit (vertrek),
Stem (poging situatie te verbeteren),
Loyaliteit (afwachten, vertrouwen),
Verwaarlozing (minder je best doen)
Werkbetrokkenheid
De mate waarin iemand zich identificeert met zijn werk en een prestatieniveau neerzet dat wenselijk is met het gevoel van eigenwaarde
Bevlogenheid
Energie, toewijding en enthousiasme waarmee iemand zijn werk uitvoert
Bevlogenheid wordt gekenmerkt door
Vitaliteit, toewijding en absorptie
Job Demand Resources model wordt ook wel genoemd
Model van bevlogenheid
Onderdelen van het JDR model
Werkgerelateerde hulpbronnen, persoonlijke hulpbronnen, taakeisen, bevlogenheid, prestatie en feedback
Werkgerelateerde hulpbronnen (JDR) zijn
Autonomie
Feedback
Sociale steun
Coaching
Persoonlijke hulpbronnen (JDR) zijn
Optimisme
Eigen effectiviteit
Stressbestendigheid
Eigenwaarde
Taakeisen (JDR) zijn
Werkdruk
Emotionele taakeisen
Mentale taakeisen
Fysieke taakeisen