AOP 5 Flashcards
Leiderschap
Het vermogen om een groep te beinvloeden, zodat die zich inzet voor een visie of serie doelstellingen
Management
Zorgen voor orde en samenhang, door het genereren van formele plannen, het ontwerpen van organsatiestructuur en de voortgang van de plannen te bewaken
Invloeden op leiderschap
Karaktereigenschappen
Theorieën over gedrag
Contigentietheorie
Gemeenschappelijke eigenschappen van leiders
Ambitie en energie Verlangen om leiding te geven Oprechtheid en integriteit Zelfvertrouwen Intelligentie Zelfkennis Werkgerelateerde kennis
De belangrijkste Big Five eigenschappen voor leiders
Extraversie (!)
Concentiousness (plichtsgetrouwheid)
Openness to experience
Ohio State University onderzoek
Dimensies van leidersgedrag zijn:
Consideratie (vertrouwen en respect) –> mensgericht
Structuur (planning en informatie) –> taakgericht
Managerial Grid (Michigan)
Country Club Improverished Middle of the road Team Produce or Perish
Contigentietheorie (Fiedler model)
De wijze waarop de leider met zijn werknemers omgaat moet aansluiten op de hoeveelheid invloed die de situatie hem geeft
Verschillen in leiderschap worden volgens het model van Fiedler bepaald door
Leider-groepslid relaties
Taakstructuur
Positiemacht
Situationeel leiderschap
Vier stijlen van leiderschap bij verschillende ontwikkelingsniveaus:
- Instrueren (opdrachtgeven, controleren)
- Overtuigen (begeleiden, coachen)
- Participeren (mee laten denken)
- Delegeren (medewerkers bepalen)
Leader Member Exchange (LMX)
Leiders maken onwillekeurig onderscheid tussen volgelingen, vertrouwelingen krijgen betere beoordelingen en zijn tevredener
Charismatisch leiderschap (eigentijds)
Brengt visie en verduidelijking
Neemt persoonlijk risico
Gevoelig voor behoefte van volgelingen
Vertoont onconventioneel gedrag
Transactioneel leiderschap (eigentijds)
Motiveren volgelingen door rol en taakvereisten te verduidelijken (wisselwerking)
Laisser faire
Management by exception
Prestatiebeloning
Transfomationeel leiderschap (eigentijds)
Inspireren an volgelingen om eigenbelang te overstijgen en succes van de organisatie boven alles te stellen Geindividualiseerde consideratie Intellectuele stimulans Inspirerende motivatie Geidealiseerde invloed
Authentiek leiderschap
Weten wie ze zijn, waar ze in geloven en waarde aan hechten en handelen daar oprecht en open in