AOP 2 Flashcards

1
Q

Persoonlijkheid

A

Hoe een individu reageert op en interacteert met anderen, om iemand te classificeren en te beschrijven

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Persoonlijkheid wordt bepaald door

A

Nature (geboorte) –> erfelijkheidsbenadering

Nurture (interactie met omgeving) –> omgevingsbenadering

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

De persoonlijkheidsmodellen zijn

A

De typologie van Ernst Kretschmer (lichaamsbouw en persoonlijkheid)
Myers Briggs Type indicator (obv 4 eigenschappen)
Big Five model: OCEAN

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Bij de typologie van Ernst Kretschmer hoort

A

Lichaamsbouw is gekoppeld aan persoonlijkheid

!! Picnisch (eivormig) heeft een vrolijk en extravert karakter

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Bij de Myers Briggs Type Indicator wordt geclassificeerd op basis van

A

Extravert - Introvert (energie halen uit met anderen of alleen zijn)
Sensing - Intuitive (focus op feiten of onbewuste processen)
Thinking - Feeling (logisch redeneren of afgaan op emotie)
Judging - Perceiving (touwtjes in handen of flexibel en spontaan)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Het Big Five model bestaat uit

A

Openness to experience (fascinatie voor nieuwe dingen)
Concentiousness (betrouwbaarheid)
Extraversion (gericht op anderen, energie uit contact)
Agreeableness (vriendelijkheid, vertrouwen in anderen)
Neuroticism (weerbaarheid tegen stress)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Andere kenmerken die gedrag beinvloeden zijn

A

Zelfbeeld
Risicogeneigdheid
Gerichtheid op anderen
Interne/externe locus of control (lot in eigen handen)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Waarden

A

Stelsel van overtuigingen en ideeën over wat goed en wenselijk is

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Eindwaarden

A

Doelen die iemand in de loop van zijn leven zou willen bereiken

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Instrumentele waarden

A

Gedragsvormen/methoden hoe men eindwaarden wil bereiken

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Perceptie

A

Proces waarin individu zintuigelijke indrukken ordent en interpreteert om zin te geven aan zijn omgeving

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Factoren die Perceptie beinvloeden

A

De waarnemer
Het object
De context

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Attributietheorie

A

Bij het observeren van gedrag proberen te bepalen of er interne of externe oorzaken zijn

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Bepalen van interne/externe factoren hangt af van

attributie

A

Kenmerkendheid: vaak voorkomend of uitzonderlijk
Consensus: of iedereen hetzelfde gedrag vertoont
Consistentie: hoevaak het gedrag terug komt

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

Mogelijke fouten bij de attributietheorie

A

Fundamentele attibutiefout: invloed extern onderschatten en intern overschatten
Vertekening (uit eigenbelang)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

Veelgebruikte beslisregels bij attibutietheorie

A
Selectieve perceptie (zien wat je wilt zien) 
Halo effect (positief beeld door 1 eigenschap)
Horn effect (negatief beeld door 1 eigenschap) 
Contrasteffecten (vergelijken met anderen) 
Stereotyperen (oordeel obv groep)
17
Q

Besluitvormingsprocessen

A
Rationele besluitvorming (volledig en onbevooroordeeld) 
Beperkt rationeel (vereenvoudigd) 
Intuitie (op basis van ervaring)
18
Q

Menselijke gevoelens (affect) bestaan uit

A

Emotie (intense gevoelens voor iets of iemand)

Stemmingen (minder sterk, geen prikkels voor nodig)

19
Q

De 6 basisemoties zijn

A
Woede 
Angst 
Verdriet 
Geluk 
Verbazing 
Walging
20
Q

Emotionele arbeid

A

Emoties uiten die je niet voelt maar passen bij interactie die je met anderen hebt

21
Q

EQ

A

Emotionele intelligentie

22
Q

Emotionele intelligentie is het vermogen om

A

Bewust te zijn van eigen emoties
Emoties bij anderen te bespeuren
Goede te reageren op emotionele hints