antidiabetica Flashcards
eerste stap bij behandeling diabetes
metformine
voordelen van metformine
geen hypo
werking metformine
remming gluconeogenese
verminderde glucose absorptie id darm
verhoogde perifere gevoeligheid voor glucose
indicaties metformine
DM2 en nierfunctie >30
kinetiek metformine
volledige uitscheiding door nieren (bij NI dus meer kans op lactaatacidose)
bijwerkingen metformine
MDL (diarre, braken, misselijk)
lactaatacidose
CI metformine
nierinsufficientie, leverinsufficientie, hartfalen, ernstige hypoxemie, jodiumhoudende contrasten (dag ervoor stop, na 48 uur herstart)
Tweede stap in DM2 behandeling
SU derivaten toevoegen aan metformine
gliclazide
kortwerkend SU derivaat
werkt onafhankelijk van het serumglucose gehalte
tolbutamide
kortwerkend SU derivaat
glibenclamide
langwerkend SU derivaat
glimepiride
langwerkend SU derivaat
bijwerkingen SU derivaten
hypo’s
RF voor hypo’s bij SU derivaten
onregelmatige voedselinname, inspanning, nierinsufficientie en langwerkende SU derivaten
welke medicatie kan de eerste sympotmen van een hypo maskeren
niet selectieve B blokkers
behandeling van een hypo
koolhydraten, glucose (oraal of IV), 1 mg glucagon (subcutaan of IM)
derde stap in behandeling DM2
SGLT-2 remmers
dapagliflozine
SGLT-2 remmer
werking SGLT-2 remmers
remming NaGluc cotransporter 2 in de nieren –> minder renale glucose reabsorptie –> meer uitscheiding in urine
indicaties SGLT-2 remmers
DM2, hartfalen
bijwekringen SGLT-2 remmers
! euglymische diabetische ketoacidose (EDKA) (glucose <14mmol)
RF voor een euglymische diabetische ketoacidose (EDKA)
koolhydraat arm dieet
behandeling EDKA
glucose en insuline
kortwerkende insuline
Humaline regular of insuman rapid
geven 30 min voor het eten
snelwerkende insuline
aspart (novarapid)
langwerkende insuline
lantus
bijkweringen van insuline
hypoglykemie (cave unawareness)
glargine
langwerkend insuline
SU derivaten stimuleren insulinesecretie: waar of niet waar
waar
Niet iedere vorm van bloedsuikerverlagende therapie kan bij iedere vorm van diabetes mellitus worden ingezet. Bij welke vorm van diabetes mellitus kan glicazide gebruikt worden?
Diabetesmellitustype2
Tijdens gebruik van een biguanide vindt insulineafgifte plaats, afhankelijk van de glucosespiegel. Waar of niet waar
waar
Lifestyle aanpassing kan als monotherapie gebruikt worden bij DM-II. Waar of niet waar
waar
Wat is de belangrijkste indicatie voor een biguanide?
DM2
Welke stof kan men (naast, of in plaats van glucose) toedienen om een patiënt met een hypoglycaemie adequaat te behandelen?
glucagon
Chronische hypoxemie is een contra-indicatie voor het starten van …
metformine
…. verhoogt niet het risico op een lactaatacidose bij metforminegebruik
onregelmatige intake
De belangrijkste bijwekringen van metformine is
een lactaatacidose
Bij welke groep geneesmiddelen is het ontwikkelen van een hypoglycaemie zeer onwaarschijnlijk
biguaniden
wat voor type medicatie is metformine
biguaniden
wat voor diabetes mellitus is type IV
zwangerschapsdiabetes
wat voor DM is type III
steroidgeinduceerde
Bij een GFR van 30-60 ml/min/1.72m2 is de maximale dosering metformine …
1000 mg/d
met welke groep geneesmiddelen bestaat door interactie het grooste risico op hypoglycaemie bij SU derivaatgebruik
betablokkers
Wanneer herstart je metformine na operatie of onderzoek
na 48 uur
Een patient met DM wordt gevonden met een laag bewustzijn, welke actie onderneem je
glucose oplossing IV of glucagon subcutaan/im