Als opvoeden niet vanzelf gaat

Question 1

Opvoedingsimpasse

Answer 1

1) De opvoeder contrasteert voor tijdstip 1 dat de ontwikkeling van het kind niet in de door hem gewenste richting verloopt.
2) De opvoeder heeft tot op dat moment alles geprobeerd wat hij/zij kon om het kind in de gewenste richting te beïnvloeden.
3) Op tijdstip 1 is de opvoeder van mening dat dit niet gelukt is.
De opvoeder ziet geen bevredigende middelen om de ontwikkeling van het kind te beïnvloeden.
Dit gaat volgens hem ook niet lukken in overleg met mede-opvoeders.
Dit proces gaat gepaard met pijnlijke emoties bij de opvoeder.

Question 2

Pedagogische civil society (De Winter)

Answer 2

I.p.v. centra jeugd en gezin, jeugdzorg ect. die zich vooral richten op individuele opvoeding en problemen op dit gebied. Noemt De Winter juist de de invloed van de sociale kwaliteit van een wijk en sterke sociale netwerken, waarin ook anderen dan de ouders zich verantwoordelijk voelen voor het opgroeien van jeugdigen.

Question 3

Drie niveau van omgaan met problemen in de opvoeding (Strien)

Answer 3

Niveau 1: ouders, leerkrachten en andere opvoeders denken na over opvoeding en gedrag
Niveau 2: praktijkgerichte theorie (beroepskrachten)
Niveau 3: het wetenschappelijke niveau, het niveau waarop onderzoek wordt verricht dat bijdraagt aan algemene theorievorming.

Question 4

De overeenkomst tussen pedagogiek en orthopedagogiek

Answer 4

Dat ze zich beide primair richten op de opvoeding en de invloed daarvan op het kind.