6 - Pulmonale embolen en pulmonale hypertensie Flashcards
Juist of fout?
Slechts in 1/3e van de niet-fatale gevallen van longembolie wordt de diagnose en therapie correct gesteld.
Juist.
Wat zijn de sterke risicofactoren voor het ontwikkelen van een VTE?
- Fractuur van het onderste ledemaat
- Doorgemaakte VTE
- Schade aan het ruggenmerg
- Hospitalisatie voor hartfalen of AF / flutter in de voorbije 3 maand
- Heup- of knievervanging
- Majeur trauma
- Myocardinfarct in de voorgaande 3 maand
Bij hoeveel van de patiënten met een DVT komt een longembool voor?
40-50%.
Bij hoeveel van de patiënten met een longembool kunnen klonters in de onderste ledematen aangetoond worden?
Bij 50-80%.
Wanneer spreekt men van een massaal longembool?
Wanneer meer dan 60-70% van de longcirculatie afgesloten is.
Wat zijn de symptomen van een longembool?
Plots ontstande dyspnoe, thoracale pijn, prikkelhoest, hemoptoe, palpitaties en tachycardie, syncope.
Bespreek de verschillende presentatievormen van een longembool.
- Type longinfarct (2/3e): acute pleurapijn, hemoptoe, koorts, pleuraal wrijfgeruis
- Type onverklaarde dyspnoe (1/4e)
- Type acuut cor pulmonale (10%): acute dyspnoe, retrosternale oppressie, cyanose, rechter hart overbelasting, hypotensie en shock
- Kan ook silentieus verlopen
Welke parameters voorspellen een hoger risico op mortaliteit bij een longembool?
- Hemodynamische instabiliteit
- PESI (pulmonary embolism severity index) III-V
- RV disfunctie op TTE of CTPA
- Verhoogde troponines
Juist of fout?
In 50% van de gevallen van een longembool is de Rx normaal.
Juist.
Bij hoeveel procent van de patiënten met een longembool is het ABG normaal?
10%.
Wat zijn de matig sterke risicofactoren voor het ontwikkelen van een VTE?
- Artroscopische knie-operatie
- Auto-immune aandoeningen
- Bloedtransfusie
- Centraal veneuze katheters
- Chemotherapie
- Congestief hartfalen of respiratoir falen
- EPO-stimulerende medicatie
- Hormoontherapie, IVF, hormonale anticonceptie, post-partum
- Infectie, IBD
- Oppervlakkige trombose
- Trombofilie
Wat zijn zwakke risicofactoren voor het ontwikkelen van een VTE?
- Bedlegerigheid > 3 dagen
- DM, arteriële hypertensie
- Immobiliteit door lang zitten (vliegtuigreis, lange autorit)
- Oudere leeftijd
- Laparoscopische chirurgie
- Obesitas
- Zwangerschap
- Varices
Hoe schat men de klinische probabiliteit in van een longembol?
Er is een hoge klinische probabiliteit wanneer er risicofactoren aanwezig zijn, onverklaarde dyspnoe, tachypnoe of pleurapijn en onverklaarde Rx of ABG afwijkingen.
Beschrijf de probabiliteit van een longembool aan de hand van de resultaten van de ventilatie / perfusiescan.
Er is een hoge probabiliteit wanneer > 2 grote segmentale perfusie-defecten met mismatch te zien zijn.
Er is een intermediaire probabiliteit wanneer er 1-2 segmentale perfusiedefecten met mismatch te zien zijn of wanneer er 1 gematched defect met normale Rx is.
Er is een lage probabiliteit bij
- niet-segmentale perfusiedefecten
- perfusiedefecten met belangrijke Rx afwijking
- gematchte defecten met normale Rx en zones met normale perfusie
- kleine perfusiedefecten met normale Rx
Bespreek het diagnostisch algoritme voor een longembool bij een patiënt die hemodynamisch onstabiel is.
Men doet een bedside transthoracale echografie. Als er geen RV disfunctie te zien is moet men zoeken naar andere oorzaken van de shock of instabiliteit.
Wanneer er wel RV dysfunctie te zien is, en er CTPA beschikbaar is, doet men dit. Wanneer de CTPA positief is, heeft men genoeg bewijs voor de behandeling van een longembool. Indien de CTPA negatief is, zoekt men naar andere oorzaken. Wanneer er geen CTPA beschikbaar is, gaat men uit van een longembool en behandelt men dit.