4.1 Flashcards
Pluriforme samenleving
Een samenleving waarin veel verschillen tussen mensen bestaan in levensstijl, godsdienst en andere cultuurkenmerken.
Cultuur
Alle waarden, normen, gewoonten en andere aangeleerde cultuurkenmerken die mensen binnen een groep of samenleving met elkaar gemeen hebben en als vanzelfsprekend beschouwen.
Cultuurkenmerk
Een eigenschap of gedraging die voortkomt uit de cultuur van mensen zoals waarden, normen en gewoonten.
Socialisatiefunctie van cultuur
Het proces waardoor de cultuur van de groep waar iemand bij hoort een deel van zijn persoonlijkheid bepaalt.
Gemeenschappelijk referentiekader
Alles wat mensen gezamenlijk bezitten aan kennis, ervaringen, normen, waarden en gewoonten.
Gedragsregulering
Sturing van het gedrag van mensen zodat het geordend en voorspelbaar verloopt.
Dominante cultuur
Alle waarden, normen en gewoonten en andere cultuurkenmerken die de meerderheid van de bevolking met elkaar deelt en als vanzelfsprekend beschouwt.
Subcultuur
Een cultuur waarin sommige waarden, normen, gewoonten en andere cultuurkenmerken afwijken van de dominante cultuur.
Culturele diversiteit
Het naast elkaar bestaan van veel verschillende subculturen en levensstijlen.
Gender
Culturele verschillen tussen mannen en vrouwen.
Rolpatronen
Algemene verwachtingen en opvattingen over hoe iemand zich hoort te gedragen.
Etnische subcultuur
Cultuur van een groep mensen die zich onderling verbonden voelt door hun land van herkomst en de daarbij horende waarden, normen, gewoonten en andere cultuurkenmerken.
Tegencultuur
Cultuur van groepen die zich verzetten tegen (delen van) de dominante cultuur en die willen veranderen.
Sociale cohesie
De mate waarin mensen zich verbonden voelen met elkaar.