3A1 week 2 Flashcards

1
Q

In welke periode van de zwangerschap is de kans op teratogene afwijkingen het grootst?

A

in het eerste trimester tijdens de organogenese

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

hoe kunnen teratogene effecten tot stand komen?

A

directe beïnvloeding op de foetus (bijv. mutageen) of indirect via de moeder voor beïnvloeding fysiologische en biochemische processen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

waarvan hangt de passage van geneesmiddelen in de placenta af?

A

lipofiliteit, ionisatiegraad, molecuulgewicht (< 600gr/mol), eiwitbinding, membraandikte placenta, metabolisme geneesmiddel in placenta

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

wat is neonatal abstinence syndroom (NAS)?

A

baby’s van verslaafde moeders die geboren geworden verslaafd aan een middel.
tijdelijk behandelen met opiaten en sederende middelen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

wat zijn kenmerken van FAS (foetaal alcohol syndroom)?

A
  • groeivertraging
  • specifieke gelaatsafwijkingen
  • neurologische en psychomotorische afwijkingen
  • afwijkingen aan het hart en ledematen
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

waarvan hangt passieve diffusie af?

A

ionisatiegraad, eiwitbinding en molecuulgrootte (< 200)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

liever paracetemol of NSAIDs tijdens de zwangerschap?

A

paracetemol, veiling aan begin en einde van de zwangerschap.
NSAIDS, kunnen schadelijk zijn voor de pasgeborene

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

wat is de primaire neurotransmitter voor een erectie?

A

stikstofoxide (NO)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

wat is het globale mechanisme van een erectie?

A

resultaat van toename arteriele bloedtoevoer, een relaxatie van de gladde spiercellen van het corpus cavernosum en een afname van de veneuze bloedafvoer

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

hoe werkt het verslappen van de penis?

A

door adrenerge vasoconstrictie en tonusverhoging van de gladde spiercellen van het corpus cavernosum. adrenaline werkt hier als neurotransmitter

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

wat is een myoom?

A

een goedaardige bolvormige woekering van het gladde spierweefsel in de baarmoeder

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

welke 4 soorten myomen heb je?

A

submuceus, intramuraal, subsereus en gesteeld

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

wat is een EUG (extra-uteriene graviditeit)?

A

buitenbaarmoederlijke zwangerschap

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

wat is de gevaarlijkste complicatie van een EUG?

A

tubair ruptuur met fors bloedverlies

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

wat is een molazwangerschap/ mola hydatidosa?

A

bijzondere vorm van een miskraam waarbij de placentavlokken hydropisch zijn gezwollen tot kleine cysten (produceren hCG)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

wat zijn de symptomen van een molazwangerschap?

A
  • vaginaal bloedverlies en misselijkheid!
  • anemie, hyperthyreoidie, buikpijn, vergrote uterus, vergrote ovaria
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
17
Q

wat is de behandeling van een molazwangerschap?

A

Zuigcurettage

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
18
Q

is er een kans bij een EUG en een molazwangerschap dat de volgende zwangerschap ook problemen geeft?

A

EUG: grotere kans dat het nog een keer gebeurt
molazwangerschap: minimale kans op problemen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
19
Q

wat is subfertiliteit?

A

wanneer een koppel binnen 1 jaar geslachtsgemeenschap niet spontaan zwanger worden. (1 op de 6 koppels)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
20
Q

wat is het follikel window concept?

A

follikels groeien uit, in de laatste 10 dagen van de ontwikkeling spelen hormonen een rol. 1 follikel groeit uit en alle andere worden geremd door dalende FSH waarden

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
21
Q

welke laboratoriumonderzoeken doe je bij (vermoede) infertiliteit?

A
  • CAT (chlamydia antistoftiter) in serum
  • mid-luteaal progesteron
  • post-coïtum test (wordt niet meer gedaan, zegt weinig)
  • semenanalyse (vorm, concentratie, motiliteit)
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
22
Q

wat voor test doe je na een positieve CAT en het uitsluiten van een actieve chlamydia infectie?

A

laparoscopie met methyleenblauw in de folliculaire fase om te kijken of de tuba doorgankelijk zijn

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
23
Q

wat is een hysterosalpingografie?

A

zichtbaar maken van baarmoederholte en eileiders met röntgencontrastmiddel. vervelend onderzoek door prikkeling buikvlies

23
Q

wat is het doel van genetische counseling?

A

zorgen dat mensen in staat zijn om een weloverwogen, goedgeïnformeerde, eigen keuze te maken op het juiste moment in het leven

23
welke hormonen worden er gemaakt in de embryo voor geslachtsontwikkeling van een jongetje? (week 7-12)
testosteron door de Leydigcellen, ontwikkelt de gangen van Wolff AMH (anti-muller hormoon) door de sertollicellen, vernietigd de gangen van Muller later: testosteron wordt omgezet in dihydrotestosteron en ontwikkelen externe genitalia
24
welke organen ontstaan uit de gangen van Wolff?
epididymis, vas deferens, vesicula seminales
25
hoe werkt de hypothalamus-hypofyse-gonaden-as van het mannelijk geslacht?
LH ontwikkelt de Leydigcellen in de testis die daarna testosteron maken. FSH zorgt ervoor dat de Sertollicellen in de testis Inhibine B maken Testosteron en inhibine B -> negatieve feedback op de hypofyse. Testosteron ook op hypothalamus
26
wat is het nut van de bloed-testis barriere?
de zaadcel heeft geen contact met het bloed anders ontstaat er een immunologische reactie
27
wat is de functie van de prostaat en de vesicula seminalis?
prostaat: vormt PSA, maakt het sperma vloeibaar, zaadcellen kunnen zwemmen, pH 5 vesicula seminalis: 65-75% ejaculaatvolume, ph > 8, fructose en smaakt zoet, zorgt voor gelvorming na ejaculatie
28
welke mannelijke pathologie is er in de tractus genitalis voor onvruchtbaarheid?
- azoospermie: geen productie zaadcellen -> obstructief of non-obstructief - aspermie:gebrek aan ejaculatie - hypogonadisme: verminderde testosteronaanmaak -> primair probleem testis, secundair probleem hypofyse/hypothalamus/anabolengebruik - testiculaire kiemceltumor
29
wat zijn mogelijke oorzaken van een non-obstructieve azoospermie?
- FH en LSH hoog - testiculaire dysgenesie - Klinefeltersyndroom - radiotherapie/chemotherapie
30
wat zijn mogelijke oorzaken van een obstructieve azoospermie?
- LH en FSH normaal - epididymitis - vasectomie - congenitale bilaterale agenesie vas deferens (CBAVD)
31
wat is primair en secundair hypogonadisme (man)?
primair: probleem in testis -> hoog LH en FSH, waardoor testosteron afwezig en geen spermatogenese secundair: probleem in hypofyse of hypothalamus -> laag FSH, LH en testosteron
32
wat is de behandeling bij primair en secundair hypogonadisme? (man)
primair: TRT, testosteron replacement therapy secundair: TRT of bij kinderwens LH(pregnyl) met evt. FSH (puregon) of GnRH-pomp. na 1 jaar optimaal spermatogenese
33
wat is de pathologie van een testiculaire kiemceltumor (zaadbalkanker)?
- 15 - 40 jaar, piek 30 jaar - oorzaak aanleg gonadale cellen, sinds begin GCNIS (germ cell neoplasia in situ), vanaf puberteit o.i.v. testosteron uitgroeien tot tumor
34
wat is de behandeling van zaadbalkanker?
- orchidectomie (verwijderen aangedane testis) - eventueel aangevuld met radiotherapie, chemotherapie - achteraf blijkt aangedane lymfklieren dan retroperitoneale lymfklierdissectie
35
wat is het Klinefeltersyndroom?
47XXY, komt vaak voor als mozaiek (niet in alle cellen en betere vruchtbaarheid)
36
wat zijn de kenmerken van het Klinefeltersyndroom?
47XXY lange ledematen, slechte baardgroei, gynaecomastie, osteoporose, testiculaire atrofie, lichtelijk vrouwelijke bouw,mogelijk iets verlaagd IQ
37
wat is Turnersyndroom en wat zijn de kenmerken?
- 45X (45%) of 45X;46XX of 47XXX (normale fertiliteit maar hoger risico ovariumkanker) - perifeer lymfoedeem bij geboorte, gepigmenteerde naevi, cubitus valgus, lage posterieure haargrens, coarctatie aorta, brede borstkas en afwijkende tepels gonadale dysgenesie -> eierstokken verschrompelen
38
wat is een reciproke translocatie?
2 niet-homologe chromosomen wisselen stukken DNA uit. bij gebalanceerde translocatie geen mentale retardatie of aangeboren afwijkingen vaak subfertiel
39
hoe oud moet je zijn om een vroege overgang te hebben?
onder de 40
40
wat zijn opvallende verschijnselen bij zwangere vrouwen met PCOS?
geen verhoogde mortaliteit of kans op miskramen wel verhoogde kans op zwangerschapsdiabetes, pre-eclampsie, vroeggeboorte en baby's hebben vaker astma en pulmonale problemen
41
hoe hebben vrouwen met PCOS verlaagde kans op hart en vaatziekten op latere leeftijd?
hogere AMH-spiegel(antimulleriaans hormoon), komen later in de menopauze en hun oestrogenen beschermen ze tegen H&V. wel geven de oestrogenen een hogere kans op endometriumkanker
42
Wat is de Hunault-score en waar kijk je naar?
kans op een succesvolle spontane zwangerschap in 1 jaar resulterend in een levend geborene bij een onbegrepen subfertiliteit - leeftijd vrouw - duur onvruchtbaarheid in jaren - aanwezigheid eerdere spontane zwangerschap - verwijzing - percentage zaad met goede motiliteit
43
wanneer doe je fertiliteitschirurgie (therapeutische laparoscopie)?
bij (verdenking) op tubapathologie -> endometriose, PID, een geperforeerde appendicitis of verklevingen CI: zeer ernstige tubapathologie, ernstige OAT, anovulatie of gevorderde leeftijd
44
welke ingrepen kan je uitvoeren tijdens fertiliteitschirurgie?
- adhesiolyse (verwijderen verklevingen) - coagulatie van endometriose - resectie endometrioom (cyste gerelateerd aan endometriose) - myoomnucleatie - therapeutische hysteroscopie
45
hoe werkt IVF?
eigen cyclus uitgeschakeld en LH-piek onderdrukken d.m.v. GnRH-pomp, voorkomen ovulatie. ovaria worden geovergestimuleerd d.m.v. FSH-injecties. wanneer de eitjes gerijpt zijn wordt er hCG gegeven waardoor ze loskomen van de wand en gepuncteerd kunnen worden.
46
bij welke vrouwen kan je ovulatie-inductie doen?
WHO I en WHO II WHO III niet want hebben al torenhoog FSH
47
welke vormen van vruchtbaarheidsingrepen zijn er?
- intra-uteriene inseminatie (IUI): semen ingespoten wanneer de vrouw vruchtbaar is - in vitro fertilisatie (IVF): eicel + zaadcellen in petrischaaltje, gekozen embryo teruggeplaatst - intracytoplasmatische sperma-injectie (ICSI): inbrengen van een zaadcel in een eicel en de embryo dan terugplaatsen
48
welke processen vinden er plaats tijdens de rijping van een follikel?
- de oocyt neemt toe in omvang - er wordt een zona pellucida gevormd - granulosacellen prolifereren verder en vormen meer lagen - tussen de granulosacellen vindt vloeistofophoping plaats (ontstane ruimte heet antra) - de antra's verbinden elkaar, de gehele holte wordt met vocht gevuld - Graafse follikel is de uitgerijpte follikel. Atretische follikel is de gestimuleerde maar niet uitgerijpte follikel
49
welke hormonen koppelen negatief terug op elkaar?
testosteron op LH en GnRH Inhibine op FSH
50
wat zijn mogelijke oorzaken van hypogonadotroop hypogonadisme (WHO I)?
- tumoren - Kallmann syndroom: geen GnRH neuronen. GnRH kan niet van hypothalamus naar hypofyse. Vaak ook anosmie (onvermogen ruiken) - Cysten, trauma, bestraling, hypofysectomie, antiandrogenen, anabolen
51
wat zijn mogelijke oorzaken van normogonadotroop man (WHO II)?
- onvolledige of late indaling testis - spatader in de testis - verhoogde temperatuur door beroep (kok) - dragen van verkeerde onderbroeken
52
wat zijn mogelijke oorzaken van hypergonadotroop hypogonadisme (WHO III)? (mannen)
- Syndroom van Klinefelter - trauma - doormaken van de bof - castratie - cytotoxische therapie
53
wat zijn de meest gebruikte medicamenteuze middelen tijdens de zwangerschap?
- analgetica - antacida - laxantia - antibiotica - anti-emetica - foliumzuur - aandoeningen waarbij behandeling voortgezet moet worden tijdens de zwangerschap - dermatologische middelen
54
wanneer spreek je van een hevige menstruatie?
meer dan 80 millimeter bloedverlies per menstruatie
55
welke 3 vormen van EUG heb je?
- intacte EUG: nagenoeg symptoomloos - tubair abortus: milde klinische symptomen - tubair ruptuur: ernstige klinische symptomen en potentieel levensbedreigend