2A2: longcarcinoom Flashcards

1
Q

ISS-score

A

staging systeem
parameters: beta-2-microglobuline en albumine

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

tumorsuppressorgen

A

zorgt voor controle celcyclus en stimulatie apoptose
Recessief: mutatie in 2 allelen zorgt voor disfunctioneel tumorsuppressorgen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

proto-oncogen

A

mutatie dominant (1 allel verandert)
Als mutatie > oncogen > ontregelde celgroei en -differentiatie

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

symptomen longkanker

A

pleuravocht
pleura/thoraxwand ingroei > pijn
ingroei nervus recurrens > heesheid
oesophagus compressie > passagestoornissen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

vena cava superior syndroom

A

tumor zorgt voor compressie vena cava > gezwollen hals, gelaat, halsvenen, hoofdpijn

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

syndroom Horner

A

ingroei sympathische grensstreng

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

pancoast syndroom

A

aantasting zenuwen richting arm

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

bloedonderzoek longcarcinoom

A

verhoogde leverenzymen en hypercalciëmie

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

EUS (endoscopic ultrasound systeem)

A

linkszijdig bovenste deel van mediastinum
onderste deel mediastinum beiderzijds
bijnieren
subcarinale klieren

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

EBUS (endobrochial ultrasound)

A

bovenste deel mediastinum beiderzijds
hilaire klieren
subcarinale klieren

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Plaveiselcarcinoom

A

centraal (uit bronchus)
necrose
mannen en roken

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Adenocarcinoom

A

perifeer (uit alveolair)
vrouwen en jonger
mutaties EGFR of K-RAS
intracytoplastisch slijm

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

grootcellig longcarcinoom

A

overal in long
sterke relatie roken

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

kleincellig longcarcinoom

A

centraal
roken
agressief
neuro-endocrien

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

mutatie longkanker rokers

A

K-RAS-mutatie

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

mutatie longkanker niet-rokers

A

EGFR gen wordt actief

17
Q

waar wordt pleuravocht op onderzocht?

A

klinisch chemisch onderzoek
kweek
cytologie