2A1 week 1 Flashcards

1
Q

Eigenschappen bloedvormende stamcellen (6)

A
  • Zelfvermeerdering
  • Hoge delingspotentie, lage delingsfrequentie
  • Relatief ongevoelig voor genotoxische invloeden
  • Asymmetrische celdeling: 1 cel blijft stamcel, de ander ontwikkelt
  • Pluripotentie
  • Verantwoordelijk voor het lange termijn herstel van beenmerg en bloedcelvorming bij stamceltransplantatie
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Eigenschappen voorlopercellen (5)

A
  • Geen of beperkt vermogen tot zelfvermeerdering
  • Hoge delingsfrequentie, lage delingspotentie
  • Gevoelig voor genotoxische invloeden
  • Unipotent/multipotent
  • Verantwoordelijk voor het korte termijn herstel van bloedcelvorming bij stamceltransplantatie
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Wat is stamcel homing

A

Stamcellen ingespoten in het bloed vinden hun weg terug naar het beenmerg via chemo-attractie

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Functie regulerende niches

A

Beschermen stamcellen tegen toxische invloeden

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Differentiatie groeifactoren:
- EPO/erytropoëtine
- G-CSF
- TPO/trombopoëtine

A
  • Erytrocyten
  • Leukocyten
  • Trombocyten
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

10 hallmarks of cancer

A
  • Blijven delen
  • Remming ontwijken
  • Celdood weerstaan
  • Oneindige celdeling
  • Vorming van nieuwe bloedvaten
  • Invasie en metastase
  • Genoominstabiliteit en mutaties
  • Tumor bevorderende ontsteking
  • Deregulatie van de energievoorziening
  • Ontsnapping aan het immuunsysteem
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Prognostische biomarker

A

Voorspelt het natuurlijke beloop van een ziekte

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Predictieve biomarker

A

Voorspelt de kans op succes of falen van een behandeling

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

AML gevolgen en klachten (6)

A

Anemie: moeheid, dyspnoe, POB, bleek
Neutropenie: infecties, koorts
Trombopenie: bloedingsneiging, petechiën
Hyperleukocytose: dyspnoe, hoofdpijn, visusproblemen, longafwijkingen
Hepatosplenomegalie: palpabele lever en milt, verminderde eetlust
Extramedullaire lokalisatie: gezwollen tandvlees, vergrote lymfklieren, visusklachten, vergrote milt/lever

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Diagnostiek leukemie (4)

A
  • Cytomorfologie
  • Beenmergpunctie
  • Moleculaire diagnostiek
  • Cytogenetica
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Behandeling leukemie

A

2 sessies chemotherapie + evt. targeted therapie voor specifieke mutaties en stamceltransplantatie (<70 jaar) of nog 1x chemo.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Klinische toepassing van stamceltransplantatie (4)

A
  • Beenmergherstel na totale lichaamsbestraling en chemotherapie bij ziekten van het hematopoietisch systeem
  • Beenmergherstel bij patiënten met solide tumoren die zware chemotherapie
  • Experimenteel: behandeling van autoimmuunziekten
  • Experimenteel: gentherapie (repareren van stamceldefect) bij bv immuundeficiënties, stollingsziektes en rode bloedcel aandoeningen.
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly