2a puer - ad Flashcards

1
Q

puer

A

pueri
jongen, slaaf
zelfstandig naamwoord

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

-que

A

en

voegwoord

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

postea

A

daarna, later, nadien

bijwoord

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

ponere

A

pono
plaatsen, zitten, leggen
werkwoord

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

in

A

+abl.
in, op, tijdens
voorzetsel

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

sacer

A

sacra, sacrum
heilig, gewijd aan
bijvoeglijk naamwoord

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

via

A

viae
weg, straat
zelfstandig naamwoord

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

virgo

A

virginis
maagd, jong meisje
zelfstandig naamwoord

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

in

A

+abl.
in, op, tijdens
voorzetsel

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

arx

A

arcis
burcht, vesting, heuvel
zelfstandig naamwoord

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

sacer

A

sacra, sacrum
heilig, gewijd aan
bijvoeglijk naamwoord

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Iuno

A

Iunonis
Juno
zelfstandig naamwoord

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

ala

A

alae
vleugel
zelfstandig naamwoord

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

-que

A

en

voegwoord

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

arma

A

armorum
wapens
zelfstandig naamwoord

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

capere

A

capio
nemen, grijpen, vangen, veroveren
werkwoord

17
Q

et

A

en

voegwoord

18
Q

ceterus

A

cetera, ceterum
overige(n)
bijvoeglijk naamwoord

19
Q

amicus

A

amici
vriend
zelfstandig naamwoord

20
Q

ad

A

+acc.
naar, tot bij, bij
voorzetsel