2. Zelfregulatie en metacognitie 3 Flashcards
Coping modellen verbeterden de self-efficacy en prestatie van kinderen
meer/minder dan mastery modellen.
meer
Korte/lange termijn doelen leiden tot de meest productieve zelfregulerende oefeningen en
tot de hoogste self-efficacy en prestatie.
korte
Metacognitie (definitie)
Door Flavell (1976) wordt metacognitie gedefinieerd als ‘kennis over iemands eigen cognitieve
processen en producten of alles wat gerelateerd is daaraan/cognitie over cognitie/denken over
denken’. Er worden veel verschillende definities van metacognitie gebruikt. Over het algemeen
zijn er 2 componenten: kennis en controle over cognitie. Hoe kennis en controle gedefinieerd
wordt, verschilt per stroming/wetenschapper.
Hoe worden kennis en controle (de twee componenten van metacognitie) gedefineerd volgens Jacobs en Paris?
Jacobs en Paris hebben een cognitieve ontwikkelingsvisie, volgens hen zijn er drie aspecten van metacognitieve kennis:
- Declaratieve metacognitieve kennis: Kennis over cognitieve processen en factoren die cognitieve processen beïnvloeden.
- Procedurele metacognitieve kennis: Weten hoe je leerstrategieën moet toepassen.
▪ Conditionele metacognitieve kennis: Weten wanneer je welke leerstrategieën moet toepassen.
Jacobs en Paris beschrijven ook processen die over metacognitieve controle gaan:
Plannen: Het kiezen van een strategie of het maken van een actieplan om een doel te
bereiken.
• Evaluatie: De progressie ten opzichte van het doel evalueren/monitoren.
➢ Regulatie: Het aanpassen van de strategie of het actieplan om het doel te behalen.
Hoe worden kennis en controle (de twee componenten van metacognitie) gedefineerd volgens Nelson en Narens?
Nelson en Narens kijken er anders naar, volgens hun is er een verschil tussen objectniveau en meta-
niveau. Volgens hun zijn monitoring processen verantwoordelijk voor het toespelen van
informatie van het objectniveau, dit is de kennis/cognitie, naar het metaniveau.
Het meta-niveau geeft informatie over wat er gedaan moet worden door aan het objectniveau. Dit is een controle proces.
Dus het objectniveau is denken en het meta-niveau is denken over denken. Monitor proces kijkt naar objectniveau, het zien dat er iets fout gaat. Controleproces kijkt naar meta-niveau, proberen invloed te hebben, iets te veranderen.