2. Sexcounseling - basisinformatie Flashcards
Vertel iets over de visie op seksualiteit en hoe deze geëvolueerd is.
1920: seksualiteit in een biologische drift die in toom gehouden moet worden. Seksuele frustratie kan tegengegaan worden door deze drive te benutten in religie, kunst en wetenschap. Controle en repressiemodel.
Eind 1920: het is een positieve biologische drift die niet in toom gehouden dient te worden.
1970-1980: geen driftdenken meer maar vanuit het biopsychosociaal model. Er is een plaats voor de lichamelijke, psychologische en sociale aspecten die een rol spelen bij seksuele behoefte, beleving en gedrag. De nadruk wordt nu gelegd om de eigen verantwoordelijkheid. Cultureel leermodel.
1998: opkomst Viagra
2010: meer aandacht voor seksuele gezondheid
Geef de vrouwelijke uitwendige geslachtsorganen.
- Venusheuvel (mons pubis)
- Buitenste schaamlippen (labia majora)
- Binnenste schaamlippen (labia minora)
- Clitoris met voorhuid (preputium)
- Vaginale opening (vestibulum)
- Hymen
- Opening urethra
- Klieren van Bartholin (rugzijde)
Vertel iets meer over de clitoris.
Van de clitoris is enkel het topje zichtbaar, of de glans. Verder bestaat de clitoris uit:
- corpora cavernosa (schacht)
- crura (uitlopers schacht)
- bulbi vestibuli (zwellichamen)
Vertel iets meer over het hymen.
Een dun, elastisch weefselrandje dat zich ring rond de opening van de vagina bevindt. Het rekt meestal mee en bevat kleine scheurtjes. In 80% van de gevallen leidt de eerste penetratie niet tot bloedverlies.
Vertel iets meer over de klieren van Bartholin.
Deze liggen aan de rugzijde en scheiden enkele druppels vocht af tijdens de plateaufase.
Geef de vrouwelijke inwendige geslachtsorganen.
- Vagina
- G-spot
- Baarmoederhals (cervix)
- Baarmoeder (uterus)
- Eileider (tubae)
- Eierstok (ovaria)
Vertel iets meer over de vagina.
Deze ruimte bestaat uit elastische wanden die tegen elkaar liggen wanneer de vrouw niet opgewonden is, en is bekleed met geribbeld slijmvlies.
De vagina wordt vochtig door middel van vasocongestie.
Het voorste derde deel is nauwer door de bekkembodemspieren en prikkelgevoelig. De overige 2/3de is enkel drukgevoelig.
Vertel iets meer over de G-spot.
Er is twijfel of dit wel effectief een anatomisch orgaan is. Sommigen denk dat deze plek gewoon uitgeeft op een deel van het clitoraal complex.
Sommige vrouwen kunnen hiermee tot een orgasme komen, voor sommige vrouwen doet het helemaal niets.
Geef de mannelijke uitwendige geslachtsorganen
Penis
- Voorhuid (preputium)
- Eikel (glans)
- Urethra opening
- Corpora cavernosa
- Corpus spongiosum
Balzak
Geef de mannelijke inwendige geslachtsorganen;
- Testis
- Epididymis (bijbal)
- Zaadleider (ductus deferens)
- Zaadblaasjes (vesiculae seminales)
- Prostaat (prostata)
- Klieren van Cowper
Vertel wat meer over de bijbal.
De bijballen bevatten 5-6 meter aan kronkelige structuren waarin de zaadcellen opgeslagen liggen.
De zaadlozing verloopt: epididymis - zaadleider - lies - buikholte - onderkant blaas samen met zaadblaasjes - urethra (prostaat) - buiten
Het ejaculaat bestaat voornamelijk uit vocht uit de zaadblaasjes + vocht prostaat + zaadcellen
Vertel iets over de klieren van Cowper.
Deze klieren zijn verantwoordelijk voor het voorvocht.
Vertel iets over de cirkel van Basson
Dit is een alternatieve seksuele responscyclus voor vrouwen.
Seksueel verlangen kan ontstaan voor en door seksuele opwinding.
Het verwerken van seksueel competente stimuli kan resulteren in seksuele opwinding en in de neiging tot seksuele activiteit. Het biopsychosociale incentive motivatiemodel benadrukt het belang van de intensiteit en betekenis van stimuli.
Seksuele neutraliteit > seksuele stimuli > seksuele opwinding > seksueel verlangen en opwinding > emotionele en lichamelijke bevrediging > emotionele intimiteit > seksuele neutraliteit
Objectieve opwinding: onbewust proces
Subjectieve opwinding: bewust proces
Wat zijn de lichamelijke veranderingen bij de seksuele respons? (algemeen)
Aspecifieke veranderingen
- verhoogde spierspanning
- verhoogde hartslag
- vasocongestie in bekkengebied en erogene zones
Vrouw
- wijdere en vochtige vagina
- clitoris zwelt op
- opwinding die in golven opkomt en afneemt
Man
- erectie door vasocongestie
- teelballen worden groter
Welke lichamelijke veranderingen treden op tijdens de plateaufase?
- Moment van maximale opwinding (kan tot orgasme komen)
- (on)willekeurige spierspanning
Vrouw
- vagina nog vochtiger
- labia majora zwellen op
- labia minora donkerrood
- glans trekt zich terug onder voorhuid
- uterus richt zich op (cervix minder goed voelbaar)
Man
- volledig stijve penis
- eikel donkerrood
- tests opgetrokken
- vocht door klieren van Cowper
Welke lichamelijke veranderingen treden er op tijdens de orgasme-fase?
- 5-30 seconden in duur
- 5-15 ritmische contracties van bekkenbodemspieren
- ontspanning van lichamelijke veranderingen hierna
- subjectieve beleving is afhankelijk van psychische en relationele factoren
Man
- valt samen met ejaculatie (emissie en expulsie)
Welke lichamelijke veranderingen treden er op tijdens de herstelfase?
- lichaam komt tot rust
- relatief snel bij mannen
- staat van opwinding kan na een orgasme bij een vrouw hoog blijven
- man heeft een langere refractaire periode
Welke lichamelijke veranderingen zien we bij ouderen?
Vrouw
- veranderingen hangen samen met menopauze
- afname oestrogeen en testosteron
- dunner vaginaal slijmvlies en minder snelle vochtafscheiding
- seks kan pijnlijker worden hierdoor
Man
- geen eenduidig veranderingsmoment, meer geleidelijk
- minder harde erectie
- langzamere ejaculatie
- vervlakking tussen emissie en expulsie
- langere refractaire periode
Wat is het verschil tussen een seksuele disfunctie/stoornis en seksueel probleem/moeilijkheid?
Disfunctie: ontbreken of verminderen van fysieke seksuele respons ondanks adequate stimulatie en bij seksuele pijnklachten
Probleem: iemand beleefd ten aanzien van seks niet wat die zou willen beleven en/of niet kan beleven.
Hoe deelt DSM 5 seksuele disfuncties op?
Seksuele disfuncties
- erectieproblemen
- vroegtijdige ejaculatie
- vertraagde ejaculatie
- hypoactief seksueel verlangenstoornis man
- orgasmestoornis vrouw
- seksuele interesse/opwindingsstoornis vrouw
- genitopelviene pijn, penetratiestoornis
Parafilie
Genderdysforie
Wanneer is er sprake van een seksuele disfunctie volgens de DSM 5?
- symptomen bestaan minstens 6 maanden
- in 75% van alle seksuele activiteiten
- significant lijden
- niet verklaard door niet-seksueel psychische stoornis, relatieproblemen, middelenmisbruik
Geef de LOPS opsomming.
Problemen met verlangen
- verminder verlangen
- overmatig verlangen
- aversie
- andere
Problemen met opwinding
- erectieproblemen / onvoldoende vochtig worden
- subjectieve opwinding
- andere
Problemen met orgasme
- orgasmeproblemen
- voortijdig orgasme
- anhedonisch orgasme
- ejaculatieprobleem
Pijnproblematiek
- dyspareunie
- vaginisme
- andere lichaamsdelen
- verminderde gevoeligheid geslachtsdelen
- andere
Seksuele ontevredenheid
- frequentie
- aard
- derden
- uiterlijk
- seksuele oriëntatie
- ontbreken van partner
- andere
Wat zijn de meest voorkomende seksuele problemen?
- verschil in seksuele interesse tussen partners
- verminderde seksuele interesse/opwinding/lubricatie bij de vrouw
- seksuele opwindingsproblemen bij man
- orgasmeprobleem, anhedonisch orgasme bij vrouw
- voortijdig orgasme bij de man
- dyspareunie, vaginisme bij vrouw
‘Verminderde seksuele interesse’. Hoe verschillen DSM 5 en LOPS van elkaar?
DSM: seksuele interesse/opwindingsstoornis
LOPS: verlangen, subjectieve opwinding, erectie/lubricatie
In de seksuele responscirkel van Basson zien we dat verlangen en opwinding niet te scheiden van van elkaar. Ontbreken van spontaan verlangen is niet disfunctioneel.