2-1 BASISFORMULE Flashcards

1
Q

Wat is het doel van een strategie?

A

Strategie moet ervoor zorgen dat er rendement gemaakt wordt door een omzetgroei te realiseren met een aanvaardbaar en leefbare marge en dat de operationele kosten onder controle blijven.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Hoe kan winstoptimalisatie worden bereikt?

A

2 WINSTOPTIMALISATIE KAN DOOR:
1. Verhogen van de omzet
2. Verhogen van de marge
3. Verlagen van de kosten

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Op welke manieren kan de omzet worden vergroot? (meer verkopen)

A
  1. Omzetgroei oud-oud
    Meer verkoop in bestaande winkels ->Geen nieuw personeel, panden, … lage groeikost.
  2. Omzetgroei franchise
    Relatief lage groeikost (franchisevoorwaarden en controle)
    Relatief lage margeopbrengst (deel gaat naar franchisenemer)
  3. Expansie
    Nieuwe verkoop in nieuwe vestigingen
    Dure groeikost
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Op welke manier kan je de marge verhogen ? (meer TGW)

A
  1. Betere inkoopcondities
    Betere aankoopprijzen, staffelkortingen,
  2. Optimaliseren van de margemix
    Assortiment herbekijken in functie van marge. Push op producten met hoge marge (vb. supermarkt: ooghoogte facings)
  3. Leveranciersbijdragen
    (Jaar)kortingen, winkelinrichting fee, marketingbijdragen, diefstalbijdragen
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Hoe kan je de margemix verbeteren? (anders verkopen)

A

De marge is niet eenduidig te berekenen binnen de retail maar een complexe optelsom van 100-den productmarges.
Om marge te optimaliseren dienen we dus een goed zicht te hebben op de assortimentssamenstelling.

Zelfde assortiment, zelfde marges, andere samenstelling -> andere globale marge. Dit speelt ook binnen de productcategorieën.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Hoe kan je de kosten verlagen?

A

1.Loonkosten
Hoogste kostenpost, efficiëntiewinst vaak direct voelbaar: -1% loonkost = +7,5% rendement
2. Vaste kosten
Optimalisatie van huur, energiekosten, …(soms 10% omzet op A-locaties)
3. Vermindering van voorraad
- Vooral rentewinst

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Leg uit waarom factoren beïnvloeden elkaar?

A
  1. Bij stijgende vaste kosten wordt de winstmarge op korte termijn verhoogd, wat echter een omzetdaling en daling van variabele kosten veroorzaakt. Dit kan op lange termijn het rendement beïnvloeden.
  2. Logische acties op korte termijn kunnen negatieve langetermijngevolgen hebben. Inactiviteit wordt beschouwd als struisvogelpolitiek.
  3. Balans vinden tussen het handhaven van winstgevendheid op korte termijn en het behouden van concurrentiekracht en groei op lange termijn.
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Welke combinaties zijn mogelijk voor winstoptimalisatie?

A

Alle variabelen spelen op elkaar in. Veel combinaties en oplossingen mogelijk: Intern en externe mogelijkheden.
-> intern: hoe organiseer ik me zo efficiënt mogelijk / Hoe verlaag ik snel mijn kosten?
-> extern: hoe versterk ik mijn positie in de markt? Hoe realiseer ik snel verkoop?
-> Korte en lange termijn wrijvingen = frictiematrix

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Wat is de schaar/strategic gap?

A

(arbeids)kosten stijgen sterker dan prijzen van consumptie.
Hierdoor ontstaat er een steeds groter gat (zoals bij een schaar) tussen prijsniveau kosten en consumptie.
= strategic gap (dit gat moet de retail steeds overbruggen)
Met dezelfde omzet draaien we dus steeds minder rendement.
Retail moet steeds meer volume draaien om hetzelfde rendement te bewaren of ieder jaar kosten verlagen.
Morgen beter doen dan vandaag. Groei is een verplichting!

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Leg me uit marktpenetratie. (oud oud groei)

A

Verder uitdiepen van de bestaande markt met het bestaand assortiment.

Zelfde klantengroep meer en vaker doen kopen binnen het zelfde concept/assortiment.
Inzetten op extra verkoop: cross-selling, actie & promo, marketinginspanningen
Inzetten op de relatie met de klant: zorgen voor trouwe (vaak kopende) klanten
Toevoegen online kanalen en omnichannel aanpak passen binnen de strategie van marktpenetratie. (bestaande klanten vaker en meer laten aankopen)

Marktconsolidatie = behouden van het marktaandeel = de minimale strategie
Omzet maximaliseren binnen bestaande markt.
Oud-oud groei = graadmeter voor de sterkte van de formule.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Leg me uit marktontwikkeling (oud nieuw groei)

A

Nieuwe doelgroepen opzoeken met het bestaand assortiment.
Nieuwe klantengroep(en) aanboren
Regionaal, inkomensgroepen, leeftijdsklasse, …
- Verkopen via nieuw kanaal
Regionaal: nieuwe filialen openen (expansie, internationalisering)
Inkomensgroepen:
Lagere inkomens aantrekken: downgrading van de formule
Hogere inkomens aantrekken: upgrading van de formule
Focus op bekendheid formule en werving nieuwe klanten

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Leg me uit: Productontwikkeling: nieuw-oud groei

A

Verder aanboren van de bestaande markt met een vernieuwd concept of assortiment.

Zelfde klantengroep anders en meer laten aankopen.
Focus op vernieuwd assortiment of formule die voor meer aantrekking en conversie moet zorgen.
Assortimentsontwikkeling = zelfde formule maar extra assortiment (bv. Aldi met warme bakker)
Formuleontwikkeling = nieuw winkelconcept maar zelfde doelgroep (bv. Outletstore La Bottega)
Formuleontwikkeling = sprong in het diepe (niet zonder grondige voorbereiding en analyse)
Assortimentsontwikkeling als stapsgewijze formuleontwikkeling.
Efficiëntie parameters steeds op de voet opvolgen.
Consumentenonderzoek en research & development zijn essentieel voor slagen.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Leg me uit: Diversificatie: nieuw-nieuw groei

A

Nieuwe doelgroep bereiken met een nieuwe formule of assortiment.
= betreden nieuwe markt met nieuw concept.
Hoog risico.
Vaak experimenten voor productontwikkeling en/of marktontwikkeling.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Wat is het break-even mechanisme?

A

Break-even = geen verlies / geen winst -> werkzaam op KT en LT
- Minimaal mikpunt op LT.
- Gezien de grotere stijging van de kosten is er steeds omzetgroei nodig om op LT boven het break-even punt te blijven.
- Wanneer we op KT beslissingen nemen of met veranderende omstandigheden worden geconfronteerd zal dit steeds een invloed hebben op ons Break-even punt.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

Van welke factoren is het break-even afhankelijk?

A

Externe factoren:
- eigen marktàprijsconcurrentieàmarge
- arbeidsmarktàloonstijgingàvaste kosten
Relatief kleine veranderingen leiden tot substantiële verschuivingen van BE(q)
Als de marge daalt, loonkost stijgt en mijn variabele kost stijgt ga ik sneller verlies maken en is mijn sterkte tegen marktwisseling veel lager.

Interne factoren:
- verkoop-aankoopàTGWàmarge
- eigen productiviteitàvariabele kosten - eigen situatieàvaste kosten
Relatief kleine veranderingen leiden tot substantiële verschuivingen van BE(q) Als de marge en efficientie stijgen en de vaste kosten dalen is mijn kracht tegen marktverandering sterker.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

Wat is een strategic gap?

A

Binnen de retail zal een passief beleid ertoe leiden dat ons BE(q) steeds verder komt te liggen door de werking van de schaar (loon/prijsontwikkeling) en het break-even mechanisme (kleine aanpassingen op marge en kosten hebben grote invloed op winstgevendheid).

Wat vandaag een voldoende goed beleid blijkt om ons doel te bereiken wordt op termijn ingehaald door de werkelijkheid.
->strategic gap moet overbrugd worden.
vb: goedkopere leverancier voor mijn verzendingen, ik onderhandel een beter energie contract, ik verbeter mijn aankoopcondities.

17
Q

Wat is mijn weerstandvermogen?

A

Hoe sterk is mijn huidige onderneming?
Kan mijn onderneming tegen een stootje?
hoe ver lig ik van mijn break-even punt?
WV% = O – O(be)/O x 100

18
Q

Wat is mijn omzetmonitor?

A

HOE BENUT IK HET POTENTIEEL/DOELGROEP VAN MIJN WINKEL OPTIMAAL? - Maximaal bereik
- Maximale aankoop
- Maximale trouw