1.2 Flashcards

1
Q

vaatbundels

A

zorgt voor het transport in zaadplanten
vaatbundels is een bundel met hele kleine buisjes de lopen vanaf de wortels tot in de bladeren

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

houtvaten

A

vervoeren water en mineralen van de wortels via de stengel naar de (bloem)bladeren en knoppen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

bastvaten

A

vervoeren water en energierijke stoffen (vooral suiker) van de bladeren naar alle delen van de plant

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

opbouw stengel

A

binnenste vaatbundels met de houtvaten binnenin en de bastvaten aan de buitkant
daar om heen heb je vezels
aan de buitenkant opperhuid

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

opbouw houdvaten

A

bestaan uit boven elkaar liggende dodo houtcellen de dikke verticale celwanden van houtcellen bestaan uit de stoffen cellulose en houtstof

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

wortelharen

A

uitstulpingen van de opperhuidcellen van de wortels

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

transport houtvaten

A

houtvaten transporteren water omhoog door de zuig kracht van de bladeren

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

vezels

A

vezels zorgen voor de stevigheid

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly