1.1 Flashcards

1
Q

waar zitten bladgroen korrels

A

in alle groene delen van een plant

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

wat doen bladgroenkorrels

A

zonder bladgroenkorrels kan een plant niet groeien ze maken glucose en belangrijke voedingsstoffen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

soorten weefsels van planten

A

opperhuid met huidmondjes
weefsel met bladgroenkorrels en vaatbundels

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

fotosynthese

A

alleen in bladgroenkorrels vindt fotosynthese plaats door fotosynthese worden koolstofdioxide en water omgezet in glucose en zuurstof

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

huidmondjes

A

door huidmondjes worden voedingsstoffen uit der lucht gehaald

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

stevigheid opperhuid en weefsel

A

dat komt door vacuolen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

vacuolen

A

een soort zakje met vocht dat naar buiten duwt

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

huidmondjes open en dicht

A

dat komt door de sluitcellen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

nerven

A

vertakking van de vaatbundels
nerven zitten in de bladeren

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

nodig voor de fotosynthese

A

glucose en zon

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly