10.1 Flashcards
1
Q
apply
place something somewhere
A
aanbrengen
2
Q
take, grasp, use
A
aangrijpen
3
Q
picturing
A
afbeelden
4
Q
abolish
A
de afschaffing
5
Q
the buoy
iron object to fasten smeone’s hands and feet
A
de boei
6
Q
gratitude
A
de dankbaarheid
7
Q
the diversity
A
de diversiteit
8
Q
the compulsion
A
de dwang
9
Q
the rememberance
A
de herdenking
10
Q
the nation
A
de natie
11
Q
the oppression
A
de onderdrukking
12
Q
the shadow
A
de schaduw
13
Q
the slave
A
de slaaf
14
Q
the celebration
A
de viering
15
Q
ethnic
A
etnisch
16
Q
revising
A
herzien
17
Q
counsciousness
A
het bewustzijn
18
Q
possession
A
het bezit
19
Q
the gift
A
het geschenk
= get cadeau
20
Q
the authority
A
het gezag
21
Q
the tool
A
het hulpmiddel
22
Q
colonialism
A
het kolonialisme
23
Q
object
A
het object
24
Q
resistance
A
het verzet
25
historical
historisch
26
entering
ingaan
27
colonial
koloniaal
28
societal
maatschappelijk
29
powerful
machtig
30
instruct
opdragen
31
to hand over
overhandigen
32
lawful
rechtmatig
33
compose
samenstellen
34
# s
stem from / of
stammen uit/van
35
inventing
uitvinden
36
renew
vernieuwen
37
conquer
veroveren
38
interpreting
vertolken
39
representing
voorstellen
40
