1. Inleiding Flashcards

1
Q

Veiligheidsbeleid

A

alle politieke beslissingen gemaakt om bepaalde groepen te beschermen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Negatieve veiligheid

A

afwezigheid van dreiging en gevaar

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Positieve veiligheid

A

aanwezigheid van bescherming en steun

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Conflict

A

situatie waarin partijen vinden dat ze onverenigbare doelen hebben

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Legitiem

A

gerechtvaardigd; in overeenstemming met verwachtingen, normen en waarden (principes en belangen) van een bepaalde groep

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Frame

A

perspectief op de werkelijkheid

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Categorieën bij framing

A

organiseren

betekenis geven

sturen van handelen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Organiseren bij framing

A

selectie / weging van informatie

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Betekenis geven bij framing

A

duiden en oordelen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Sturen van handelen bij framing

A

motiveren en legitimeren

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Framing

A

creëren, verspreiden en reproduceren van frames. Dit kan bewust en onbewust gaan

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Securitisatie

A

vorm van framing waarin het identificeren van een existentiële dreiging en exceptionele maatregelen om die tegen te gaan centraal staat

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Discours

A

dominante collectie van frames; gevolg van framing

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Discursieve benadering

A

hoe er over veiligheid, dreiging en gewelddadig conflict gesproken wordt, bepaalt hoe er gehandeld wordt

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

Kritische benadering

A

de manier waarop er over geweld, gevaar en oorlog gesproken wordt, dient altijd bepaalde belangen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

aspecten bij framing / legitimiteit

A

wie

hoe

waarom

17
Q

aspect: wie

A

actoren: overheid, private actoren, maatschappelijk middenveld en de media

18
Q

aspect: hoe

A

processen: framing en securitisatie

19
Q

aspect: waarom

A

redenen: normen en belangen op individueel en systemisch niveau

20
Q

constructief conflict

A

diplomatiek, poldermodel achtig, niet gewelddadig

21
Q

destructief conflict

A

niet luisteren naar elkaar, leid tot geweld