Woordenschat p 178 Flashcards

1
Q

Bij uitstek

A

mogelijkheid om verder te zoeken.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Het bruin bakken

A

het erg maken

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

ongerept

A

ongeschonden

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

fragiel

A

onstabiel

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

sowieso

A

zeker

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

gigantisch

A

grote

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

de plak zwaaien

A

de baas zijn

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

met de voeten treden

A

bewust niet aan de regels houden

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

zich profileren

A

aandacht op jezelf stellen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

het beleid

A

de manier waarop je iets leidt

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

vatbaar zijn voor

A

gevoelig zijn voor

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

fossiele brandstoffen

A

brandstof die ontstaat uit oude planten en dierenresten.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

lobby

A

druk oefenen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

baat hebben bij

A

iets wat voordelig is

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

Abominabel

A

afschuwelijk

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

Riant

17
Q

gracieus

18
Q

decadent

19
Q

Decent

A

fatsoenlijk

20
Q

malicieus

A

kwaadaardig

21
Q

provocerend

22
Q

geraffineerd

23
Q

sereen

A

rustig, vredig

24
Q

denigrerend

A

neerbuigend

25
Hij gaat altijd... gekleed
decent
26
Ze geeft heel vaak... opmerkingen
denigrerende
27
De weg ligt er ... bij
abominabel
28
Wat een ... levenswijze!
decadente
29
Hij vertoond ... gedrag
provocerend
30
Hij is een ... persoon
sereen
31
De leider in de compositie zit in een ... positie
riante
32
Stop die ... opmerkingen
malicieuse
33
Hij is een ... oplichter
geraffineerde
34
Een zwaan is een ... dier
gracieus