Werkworden met vast voorzetsel Flashcards
zich abonneren op
to subscribe to
afhankelijk zijn van
to be dependent on
antwoord geven op
to give an answer to
bang zijn voor
to be afraid of
beginnen met
to begin with
zich bemoeien met
to interfere with
bezig zijn met
to be busy with
bezorgd zijn over
to be worried about
bezuinigen op
to cut back on
boos zijn op
to be angry at
zich concentreren op
to concentrate on
condoleren met
to offer condolences for
deelnemen aan
to participate in
denken aan
to think of or to think about
discussiëren over
to discuss
het eens zijn met
to agree with
zich ergeren aan
to be annoyed by
ervaring hebben met
to have experience with
feliciteren met
to congratulate on
gebruik maken van
to make use of
geïnteresseerd zijn in
to be interested in
gek zijn op
to be crazy about (or to really love something)
geld overmaken naar
to transfer money to
geld uitgeven aan
to spend money on