Werkgever- En Werknemersorganisaties In België Flashcards

1
Q

Wie zijn vakbonden?

A

Dat zijn de vertegenwoordigers van de werknemers in bedrijven en economische sectoren.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Waar staan vakbonden voor in?

A
  • Voor het verdedigen van de belangen van de werknemers.

+ voor de werkloosheidsuitkering en inschakelingsuitkeringen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Geef de drie werknemersorganisaties:

A
  • ACV: Algemeen Christelijk Vakverbond
  • ABVV: Algemeen Belgisch Vakverbond
  • ACLVB: Algemene Centrale der Liberale Vakverbonden van België
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Wat is de grootste methode waarop vakbonden invloeden uitoefenen?

A

Via de akkoorden die zij sluiten met de werkgevers en de overheid en waarbinnen de arbeidsomstandigheden worden vastgelegd.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Wat zijn de drie drukmiddelen van werknemersorganisaties? (Vakbonden)

A

Prikacties, stakingen en gerechtelijke procedures.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Wat wordt er gedaan bij prikacties binnen de werknemersorganisaties?

A

Dan wordt het werk even onderbroken/ er wordt stipt volgens voorschriften gewerkt zodat er vertraging ontstaat.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Wat wordt er gedaan bij stakingen binnen de werknemersorganisaties?

A

Het werk wordt dan voor langere tijd stilgelegd.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Wat wordt er gedaan bij gerechtelijke procedures binnen de werknemersorganisaties?

A

Dan leggen de vakbonden de situatie voor aan de rechter.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Wat doen werkgeversorganisaties?

A

Ze doen precies hetzelfde als de vakbonden (werknemersorganisaties) maar dan vanuit het standpunt van de werkgevers.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Geef de twee werkgeversorganisaties:

A
  • VBO: Verbond van Belgische Ondernemingen

- VOKA: Vlaams Netwerk van Ondernemingen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Wat is de grootste methode waarop de werkgeversorganisaties invloed uitoefenen?

A

Via akkoorden die ze sluiten met de vakbonden en de overheid en waarbinnen de arbeidsomstandigheden worden vastgelegd.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Wat zijn de drukmiddelen van de werkgeversorganisaties?

A
  • Dreigen met ontslag
  • Gerechtelijke procedures bij stakingen of andere acties
  • Dreigen met beknibbelen op bepaalde secundaire arbeidsvoorwaarden
    (zoals bonussen, privégebruik van privéauto’s …)
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly