Filosofie Flashcards

1
Q

Wat doet een filosoof?

A

Structuur, orde en samenhang zoeken in de werkelijkheid adhv het rationeel denken.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Wat is filosofie en waar ligt de oorsprong?

A

Filosofie is een wetenschap met oorsprong in Griekenland.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Wie wordt beschouwd als de vader van filosofie?

A

Socrates

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Wat is ‘A priori’ (niet vooraf op te stellen) in de filosofie?

A

Datgene wat aan een ervaring vooraf gaat.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Wat is a posteriori?

A

Als er bij het filosoferen ongestelde en onbeantwoorde vragen zijn. Om die te beantwoorden ga je weer filosoferen.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Wie zijn presocratici?

A

De eerste filosofen.

|&raquo_space; Ze zorgen voor de overgang naar een meer verstandelijk denken.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

De presocraten bestaan uit 2 groepen…Welke twee?

A

De natuurfilosofen en de sofisten.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Over wie spreekt men vanaf Socrates?

A

Over de eerste Westerse filosofen.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Wanneer ontsond de filosofie?

A

In de 6e eeuw v.C.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Geef de 5 verschilende soorten van filosofie?

A

De metafysica, de ontologie, de natuurfilosofie, de wijsgerige antropologie en de ethiek.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

De ethiek is onderverdeeld in 4 subcategorieen…Welke?

A

De seksuele ethiek, de moraalfilosofie (wijsgerige ethiek), de epistenmologie en de taalfilosofie.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Wat is de metafysica?

A

De studie van de bovennatuurlijke zijnswereld, het transcendente, dat wat mensen en de kosmos overstijgt.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Van wat is de ontologie een onderdeel?

A

Van de metafysica.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Wat onderzoekt de ontologie?

A

Het wezen dat achter de waargenomen werkelijkheid schuilt.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

Wat is de natuurfilosofie?

A

De studie van de stoffelijke wereld tot voorwerp.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

Met wat houdt de wijsgerige antropologie zich bezig?

A

Met het beschrijven van wat de mens is.

17
Q

Over wat gaat de seksuele ethiek?

A

Over hoe de mens zich moet gedragen in seksuele relaties.

18
Q

Wat is de moraalfilosofie (wijsgerige ethiek)?

A

De filosofische reflectie op de fundamentele etische waarden die ons vertelt wat goed en slecht handelen is.

19
Q

Wat onderzoekt de epistemologie?

A

Alles over kennis en het weten.

Waneer is iets ‘weten’ en waneer ‘geloven’

20
Q

Wat onderzoekt de taalfilosofie?

A

De relatie tussen kennis van de mens en de gehanteerde taal waar in die kennis wordt gegoten.

21
Q

Filosofie begint bij verwondering, daarnaa volgt verwonding…Waneer komt verwonding voor?

A

Als de werkelijkheid tot onzekerheden leidt.

22
Q

Wat gebeurt er met mensen die verwondt raken?

A

Sommige willen niet meer verwond worden dus metselen een muur van valse zekerheden rond zich.
Andere leren leven met onzekerheid.

23
Q

Wat hebben de mensen die leren leven met onzekerheid?

A

Bewondering voor de hele werkelijkheid.

24
Q

Dus hoe gebeurt filosofie in 3 stappen?

A
  1. Verwondering
  2. Verwonding
  3. Bewondering voor de hele werkelijkheid
25
Q

Wat is een filosofische vraag?

A

Een vraag waarop je geen antwoord kunt hebben.

26
Q

Wat is een fundamentele (vraag)?

A

Een vraag die te maken heeft met de basis van dat gene waarover gesproken wordt.

Vb. Kan je gelukkig zijn als je ziek bent?

27
Q

Wat is een zelfreflectie (vraag)?

A

Een vraag die leidt tot weer een nieuwe vraag.

Vb. Wat is fitheid?

28
Q

Wat is een meerduidige (vraag)?

A

Een vraag zonder eenduidig antwoord.

Vb. Bestaat de waarheid?

29
Q

Wat doet een filosoof bij eposchaal?

A

Ze onderbreken praktische bezigheden en bekijken dingen van op een afstand.
> Ze zijn maatschsappij kritisch