Week 9 - Deelneming Flashcards

1
Q

Wat wordt bedoeld met het grondmodel voor strafrechtelijke aansprakelijkheid?

A

Het plegen van een gedraging waarmee een delictsomschrijving wordt vervuld.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Welke deelnemingsvormen kennen we?

A
  • Plegen
  • Doen plegen
  • Uitlokking
  • Medeplegen
  • Medeplichtigheid
  • Feitelijk leidinggeven en opdrachtgeven
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Wat houdt ‘doen plegen’ in?

A

Dit is wanneer iemand teweegbrengt dat een ander een strafbaar feit pleegt. Degene die dit doet is de middellijke dader. Dit komt vrijwel nooit voor.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Welke twee algemene voorwaarden gelden voor iedere deelnemingsvorm?

A
  1. Accessoiriteit (er is een strafbaar grondfeit gepleegd)
  2. Dubbel opzet (ten aanzien van de deelneming en van het strafbare grondfeit)
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Welke twee vormen van deelnemen kennen we?

A
  1. Simultane deelnemingsvormen (gelijktijdige betrokkenheid)
  2. Consecutieve deelnemingsvormen (voorafgaande betrokkenheid)
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Wat zijn voorwaarden voor uitlokking?

A
  1. Accessoiriteit
  2. Dubbel opzet
  3. Psychische omslag bij een ander
  4. Genoemde uitlokkingsmiddelen (art. 47 lid 1 sub 2 Sr)
  5. Uitgelokte zelf strafbaar (geen harde eis)
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Wanneer spreekt men van medeplegen?

A

Wanneer met één of meer anderen een delictsomschrijving vervuld wordt. Er moet sprake zijn van een voldoende nauwe en bewuste samenwerking, welke moet zijn gericht op het vervullen van een delictsomschrijving.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

In welke gevallen is er sprake van een nauwe en bewuste samenwerking tussen verschillende medeplegers?

A
  1. Er zijn uitvoeringshandelingen aanwezig, waarmee één of meer bestanddelen van de delictsomschrijving van het grondfeit worden vervuld.
  2. De rollen van de deelnemers zijn in hoge mate inwisselbaar
  3. Er is geen sprake van inwisselbaarheid van rollen, maar de bijdrage van de verdachte wel voldoende zwaar is geweest. Fysieke aanwezigheid is niet vereist.
  4. Er niet (tijdig) wordt gedistantieerd van de gedragingen van de ander onder omstandigheden.
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Kunnen medepleging en uitlokking plaatsvinden ten aanzien van culpoze delicten?

A

Ja, dit is mogelijk. Er moet in dit geval sprake zijn van opzet ten aanzien van de uitlokking/medepleging, en er moet culpa zijn ten aanzien van het grondfeit

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Wat zijn de voorwaarden voor medeplichtigheid?

A
  1. Accessoiriteit
  2. Dubbel opzet (op het misdrijf en op het bevorderen van het misdrijf)
  3. Ondergeschiktheid (ondergeschiktheid aan de pleger)
  4. Strafbaar grondfeit is een misdrijf
  5. Relevante behulpzaamheid
  6. Indien sprake is van consecutieve medeplichtigheid, dient er een in art. 47 lid 1 sub 2 Sr genoemd hulpmiddel te zijn.
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Deelneming veronderstelt parallel opzet. Wat gebeurt er als er sprake is van uiteenlopend opzet bij uitlokking?

A

Art. 47 lid 2 Sr
Alleen de handelingen die de uitlokker opzettelijk heeft uitgelokt, benevens hun gevolgen. De kwalificatie van de gedraging van de uitlokker volgt dus zijn eigen opzet.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Deelneming veronderstelt parallel opzet. Wat gebeurt er als er sprake is van uiteenlopend opzet bij medeplichtigheid?

A

Art. 49 lid 4 Sr
Bij het bepalen van de straf komen alleen die handelingen in aanmerking die de medeplichtige opzettelijk heeft gemaakt of bevorderd, benevens hun gevolgen. De kwalificatie van de gedraging van de medeplichtige volgt de opzet van de pleger.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

HR Wormerveerse brandstichting

A

Er is sprake van medeplegen wanneer de samenwerking tussen personen zo volledig en nauw is geweest dat het door de inwisselbaarheid van rollen min of meer toevallig was wie uiteindelijk het daadwerkelijke feit gepleegd heeft.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

HR Containerdiefstal

A

Wanneer geen inwisselbaarheid van rollen is, kan medeplegen alsnog worden aangenomen in geval dat samenwerking volledig en nauw is geweest. Zelfs de fysieke aanwezigheid is niet vereist ten tijde van het gepleegde feit.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

HR Levensverzekering

A

Wil er sprake zijn van medeplichtigheid, dan moet deze wel enige effectiviteit hebben gehad bij het bevorderen van het strafbare feit.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

HR Medeplegen doodslag

A

Ook wanneer verdachte niet degene is die daadwerkelijk het feit pleegt, is er sprake van medeplegen wanneer dit blijkt uit concrete omstandigheden van het geval die de voltooiing van het delict hebben mogelijk gemaakt. Denk aan strategisch opstellen en blijven hangen in de rol.

16
Q

HR Rijswijkse stoeptegel

A

Ook wanneer je stilzwijgend toekijkt en niet zelf bijdraagt aan het strafbare feit, kan je voldoen aan een nauwe en bewuste samenwerking met oog op deelneming, omdat je je niet hebt onttrokken uit die situatie. Het enkele wetenschap dat er een strafbaar feit gaat plaatsvinden en jij distantieert je hier niet van is echter niet voldoende om bewuste en nauwe samenwerking aan te kunnen tonen.

17
Q

HR Uiteenlopend opzet

A

Ook wanneer verdachte een andere opzet voor ogen had dan degene die het feit heeft gepleegd, kan er van medeplichtigheid worden gesproken wanneer er voldoende verband is met het gronddelict. Dit verband bestaat als misdrijf waarop de opzet van de medeplichtige was gericht onderdeel vormt van het gronddelict.

18
Q

HR Onderscheid medeplegen/medeplichtigheid

A

Er is sprake van medeplegen in geval van voldoende nauwe en bewuste samenwerking die gericht is op de uitvoering van het strafbare feit en de vervulling van de delictsomschrijving.

19
Q

HR Medeplegen Bankoverval

A

Wanneer de rechter een overweging maakt om vast te stellen of tussen verdachten een nauwe en bewuste band is geweest, dan dient dit goed gemotiveerd te worden. Dit dient per situatie beoordeeld te worden. Dit kan bijvoorbeeld gedaan worden aan de hand van de onderlinge taakverdeling, of de karakter van de samenwerking.