Week 4: Knie en onderbeen Flashcards
Traumatologie
Welke van onderstaande onderdelen behoort niet tot de essentiële onderdelen van het synoviale gewricht?
A hyalien kraakbeen
B meniscus
C synovia
D cavitas articularis
E membrana synovialis
F gewrichtskapsel
B, meniscus
Noem twee bewegingen die minder krachtig worden als de m. tibialis posterior losgemaakt wordt van zijn insertie.
- Plantairflexie
- Supinatie
- Adductie
Een patiënt kan de voet niet meer plantair-flecteren.
Welke zenuw is het meest waarschijnlijk aangedaan?
n. tibialis
Welke zenuw is dit?
N. suralis
Welke zenuw is dit?
N. suralis
Welke structuur is dit?
Tractus iliotibialis
Welke spier is dit?
M. peroneus (fibularis) brevis
Welke spier wordt aangegeven met de letter A
m. vastus intermedius
Welke spier wordt aangewezen met nummer 2?
m. extensor digitorum longus
Van welke arterie is de a. femoralis de voortzetting?
a. iliaca externa
Welke structuur is gemarkeerd met de pijl?
m. soleus
**
Wanneer spreekt men van een comminutieve fractuur?
A Als de fractuur uit meerdere botfragmenten bestaat.
B Als de fractuur tot in een aangrenzend gewrichtsvlak doorloopt.
C Als een deel van de fractuur op enig moment door de cutis gepenetreerd is.
D Als er bijkomend letsel van een zenuw met neurologische uitval is opgetreden
Als de fractuur uit meerdere botfragmenten bestaat
Dit is een voorachterwaartse röntgenfoto van de rechterknie van een patiënt met een gesloten tibiaplateau fractuur.
De fractuur wordt beschreven aan de hand van bepaalde radiologische kenmerken. Drie van die kenmerken zijn: intra-articulair, impressie en gedisloceerd. Er is ook een medische term om aan te geven dat er meerdere botfragmenten zijn.
Wat is die term?
Comminutief fractuur
Welke drie van de radiologische beschrijvingen passen het beste bij deze laesie?
A sclerotisch
B epifysair
C smalle overganszone
D solide periostale botappositie
E geografisch begrensd
F corticale doorbraak
- Sclerotisch
- Solide periostale botappositie
- Corticale doorbraak
Lokaliseer het ligament van Lisfranc
Onderstaande afbeelding toont een laterale x-enkel met een laesie in de calcaneus.
Welke drie van de radiologische beschrijvingen passen het beste bij deze laesie?
A Codman’se driehoek
B epifysair gelokaliseerd
C excentrische lokalisatie
D geografisch begrensd
E smalle overgangszone
F lytisch
G lamellaire botappositie
H permeatieve botaantasting
- Geografisch begrensd
- Smalle overgangszone
- Lytisch
Wat is het verschil tussen een Gustillo graad 3A en een graad 3B fractuur?
Bij 3B is er periost-stripping
De meest gebruikte classificatie van groeischijfletsels is die van Salter-Harris. Deze classificatie kent 5 types. Bij welke drie van deze typen fracturen is per definitie de proliferatieve zone van de groeischijf beschadigd?
Type III, IV en V
Groene streep is proliferatieve zone
Welk type wordt vaak NIET herkend op conventionele röntgenfoto’s?
Type V
Welke standsafwijking is dit?
verkorting en exorotatie van het aangedane been
Wat is het doel van een trekschroef bij een fractuurbehandeling?
Om interfragmentair compressie te krijgen
Wat treedt op bij secundaire botgenezing?
Callus vorming
In welk gewricht van de voet vindt voornamelijk de varus kanteling plaats?
Articulatio talocalcaneare, onderste spronggewricht
Meerdere gewrichten in de voetwortel hebben vlakke gewrichtsvlakken.
Welk type kracht/moment wordt het beste overgebracht door deze vlakke gewrichtsvlakken?
Buigend moment