Week 4 Flashcards

1
Q

Wat is het huidige Nederlandse beleid ten aanzien van de tenuitvoerlegging van de levenslange gevangenisstraf?

A


Een levenslanggestrafte komt na 25 jaar detentie in aanmerking voor een herbeoordeling.

De eerste 25 jaar van detentie zijn gericht op standaardactiviteiten, zoals sport en arbeid, zonder recht op verlof of re-integratieactiviteiten.

Na 25 jaar brengt het Adviescollege Levenslanggestraften (ACL) advies uit over de mogelijkheid tot re-integratie.

De Staatssecretaris van Justitie en Veiligheid beslist op basis van het ACL-advies over toelating tot de re-integratiefase.

Na een positief besluit volgt een re-integratiefase van drie jaar, ter voorbereiding op een mogelijke gratieverlening.

Tijdens de re-integratiefase kan de gedetineerde verlof aanvragen om zich voor te bereiden op terugkeer in de maatschappij.

De uiteindelijke beslissing over gratieverlening ligt bij de minister, die adviezen inwint van het Openbaar Ministerie, de rechter en het ACL.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

In hoeverre is het Nederlandse beleid ten aanzien van de tenuitvoerlegging van de levenslange gevangenisstraf in overeenstemming met artikel 3 EVRM?

A


Artikel 3 EVRM verbiedt foltering en onmenselijke of vernederende behandeling of bestraffing.

Het Europees Hof voor de Rechten van de Mens (EHRM) heeft bepaald dat levenslange gevangenisstraf zonder mogelijkheid tot herbeoordeling en vrijlating in strijd is met artikel 3 EVRM.

Het EHRM vereist dat er zowel de jure als de facto een reëel perspectief op vrijlating moet zijn.

De Hoge Raad heeft geoordeeld dat de huidige herbeoordelingsprocedure in Nederland in theorie voldoet aan artikel 3 EVRM.

De Hoge Raad plaatst wel de kanttekening dat als de levenslange gevangenisstraf in de praktijk nooit wordt verkort, dit opnieuw een schending van artikel 3 EVRM kan opleveren.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Wat zijn de argumenten voor en tegen rechterlijke beslissingsbevoegdheid over de (voorwaardelijke) beëindiging van een levenslange gevangenisstraf?

A

Argumenten voor rechterlijke toetsing:

Onafhankelijkheid en onpartijdigheid: De rechter is onafhankelijk van politieke druk en kan een objectievere beslissing nemen.

Expertise: De rechter heeft de expertise om de complexe belangenafweging te maken tussen de belangen van de gedetineerde, slachtoffers en de maatschappij.

Procedurele waarborgen: Een rechterlijke procedure biedt meer procedurele waarborgen voor de gedetineerde.

Systematische inpassing: Een rechterlijke VI-regeling voor levenslanggestraften sluit beter aan bij de huidige VI-regeling voor andere gedetineerden.

Duidelijkheid voor slachtoffers en nabestaanden: De rechter kan bij de oplegging van de straf duidelijkheid verschaffen over de mogelijkheid van (voorwaardelijke) invrijheidstelling.
Argumenten tegen rechterlijke toetsing:

Rechter al betrokken: De rechter is al betrokken bij het proces via zijn advies in de gratieprocedure.

Politieke verantwoordelijkheid: De minister is politiek verantwoordelijk voor de tenuitvoerlegging van straffen.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Wat zijn de kritiekpunten op het huidige Nederlandse beleid ten aanzien van de levenslange gevangenisstraf?

A

Gebrek aan re-integratiemogelijkheden in de eerste 25 jaar: Levenslanggestraften zijn de eerste 25 jaar van hun detentie uitgesloten van re-integratieactiviteiten en verlof, wat hun resocialisatiekansen beperkt.

Onduidelijke en subjectieve toetsingscriteria: De criteria die het ACL hanteert bij zijn advisering zijn niet altijd even duidelijk en objectief, met name het criterium ‘impact op slachtoffers en nabestaanden en in de sleutel daarvan de vergelding’.

Politieke invloed: De minister staat onder politieke druk bij het nemen van beslissingen over re-integratie en gratieverlening, wat de objectiviteit van de beslissing kan beïnvloeden.

Gebrek aan vaste termijnen: Er zijn geen vaste termijnen voor de herbeoordelingsprocedure en voor de periode na een afwijzing van een gratieverzoek.

Te korte re-integratiefase: De huidige re-integratiefase van drie jaar is te kort om levenslanggestraften adequaat voor te bereiden op terugkeer in de maatschappij.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Wat zijn de aanbevelingen voor verbetering van het Nederlandse beleid ten aanzien van de levenslange gevangenisstraf?

A

Invoering van een rechterlijke VI-regeling: De RSJ adviseert om de beslissing over toelating tot de re-integratiefase en de uiteindelijke beslissing over (voorwaardelijke) invrijheidstelling bij de rechter te beleggen.

Verduidelijking en objectivering van de toetsingscriteria: De criteria die worden gebruikt bij de herbeoordeling moeten worden verduidelijkt en geobjectiveerd, met name het criterium ‘impact op slachtoffers en nabestaanden en in de sleutel daarvan de vergelding’.

Verlenging van de re-integratiefase: De re-integratiefase moet worden verlengd om levenslanggestraften voldoende tijd te geven om zich voor te bereiden op terugkeer in de maatschappij.

Vaste termijnen voor herbeoordeling: Er moeten vaste termijnen worden vastgesteld voor de herbeoordelingsprocedure en voor de periode na een afwijzing van een gratieverzoek.

Meer aandacht voor resocialisatie: Er moet gedurende de gehele detentieperiode meer aandacht worden besteed aan de resocialisatie van levenslanggestraften, ook in de eerste 25 jaar.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Vereisten artikel 3 EVRM samengevat:

A
  1. Een perspectief op invrijheidstelling (‘prospect of release’);
  2. De levenslange gevangenisstraf moet zowel volgens de wet (‘de iure’)…
  3. … als in de praktijk (‘de facto’) verkortbaar zijn.
  4. Een herzieningsmogelijkheid (possibility of review’) is vereist op het moment van de oplegging
    van de levenslange gevangenisstraf.
    ▪ ‘of zich zodanige veranderingen aan de zijde van de veroordeelde hebben voltrokken
    en zodanige vooruitgang is geboekt in zijn of haar resocialisatie, dat verdere
    Art. 10
    - 18 moet veranderd worden naar art. 25
    Art. 4 besluit ACL
    Lid 3→uiterlijk 3 jaar later, in de literatuur staat 2 jaar maar dit is 3 jaar na wetswijziging

tenuitvoerlegging van de levenslange gevangenisstraf niet langer is gerechtvaardigd’ (de zogenaamde Vinter-toets).
- Vooruitzicht op invrijheidsstelling –> zowel wettelijk en ook in praktijk daadwerkelijk verkortbaar zijn. Dus moet ook mogelijk zijn in praktijk
- Dit moet worden getoetst -> herzieningsmechanismen. Niet na verloop van tijd geïntroduceerd worden. Je moet vanaf begin van je detentie al weten wat je moet doen om ooit weer in vrijheid t komen zodat je er actief aan kan werken. Dus vanaf moment van oplegging.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Sinds 2017 bestaat een nieuwe procedure voor de ambtshalve gratieverlening bij levenslang gestraften. Waarom is deze procedure ingevoerd, en hoe ziet deze nieuwe procedure eruit?

A

Nieuwe procedure:
1. Na 25 jaar wordt beoordeeld of je in aanmerking komt voor re-integratieactiviteiten→art. 4 van het Besluit. (Gaat nog niet om gratie, er wordt gekeken of je bijvoorbeeld met verlof mag) ▪ Advies ACL (adviescollege) (art. 4 Lid 1 en Lid 2 ACL)→art. 4 lid 4
▪ 6 maanden voor het advies word je onderzocht bij het Pieterbaancentrum (PBC)
* Persoonlijkheidsonderzoek en risicoanalyse ▪ Minister besluit: art. 7 ACL
2. Er komt een herbeoordeling (3 jaar later na het advies)→art. 4 lid 3. Dat gaat via de ambtshalve gratie (art. 19 Gratiewet)
▪ De Kroon beslist, maar uiteindelijk bepaald de minister (Minister voor rechtsbescherming)
→criteria art. 4 lid 4 ACL + ernst van het bewezenverklaarde feiten
▪ ACL brengt advies uit; adviezen ACL→art. 4 lid 1 sub b ACL (gratieprocedure)
▪ Rechter die de straf heeft opgelegd moet ook advies uitbrengen→art. 4 lid 1 Gratiewet)
▪ OM advies
ACL geeft advies
Wie beslist of gedetineerde mag re-integreren?→De minister
Als adviescollege zegt nee, geen re-integratie, dan kan minister het negatieve advies van het college toch volgen → art. 7 Besluit. Als het adviescollege negatief adviseert, dan beslist minister overeenkomstig. Als ze positief beslissen kan de minister gemotiveerd een ander beslissing te nemen. Dan mag minister daarvan afwijken.
Stel minister besluit positief na alle adviezen etc→dan kan gedetineerde onder voorwaarden of zonder voorwaarden worden vrijgelaten. Niet aan houden, dan kom je voor onbepaalde duur terug. Levenslange straf kan ook omgezet worden naar onbepaalde tijd (28 VI, 30 eruit) maar kan ook gratie.
Criteria ACL bij het advies (thans: art. 4 lid 4 besluit Adviescollege levenslanggestraften)
i. recidiverisico;
ii. delictgevaarlijkheid;
iii. het gedrag en de ontwikkeling van de levenslanggestrafte gedurende zijn detentie;
iv. de impact op de slachtoffers en nabestaanden en in de sleutel daarvan de vergelding;
v. (de ernst van het bewezenverklaarde feitencomplex) (=extra criterium bij gratieverzoek, af te leiden uit kamerbrieven).
Dus eerst kijken of er re-integratie mogelijk is, zodat ze kunnen voorbereiden op buitenwereld. Na 3 jaar kijken of er herziening kan komen. (Discussie over of 3 jaar genoeg is)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Bij het verlenen van gratie moet de minister zich laten adviseren door de rechter. In hoeverre kan de minister afwijken van het advies van de rechter?

A

Advies van de rechter is van zeer groot gewicht en in beginsel leidend. Afwijking van het advies alleen mogelijk op basis van ‘bijzondere omstandigheden’, die in de beslissing moeten worden vermeld
Bij wat voor soort afwijking is het belangrijk dat beslissing door minister wordt gemotiveerd?
- Advies van de rechter, minister zegt ik ga er niet in mee→motivering
- Als de beslissing voor levenslanggestraften in hun nadeel is

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Als de minister het verzoek tot gratieverlening afwijst, kan de gedetineerde hiertegen een kort geding aanspannen bij de civiele rechter. Wat toetst de rechter in dat geval? En wat gebeurt er als de civiele rechter tot de conclusie komt dat de afwijzing van het gratieverzoek onvoldoende is gemotiveerd?

A

Of de afwijzing genoeg is gemotiveerd. De beslissing genoegzaam is gemotiveerd. Daarbij wordt gekeken naar criteria van art. 4 lid 4 Besluit en art. 3 EVRM→arrest 6 november 2020
- Is het genoegzaam gemotiveerd?
- Zijn de criteria van art. 3 EVRM meegenomen in de beslissing?
Indien de burgerlijke rechter tot het oordeel komt dat de afwijzende beslissing op het gratieverzoek niet genoegzaam is gemotiveerd, dan kan deze de Staat veroordelen tot het nemen van een nieuwe beslissing (zie vraag 2) èn dat de minister daarbij acht zal moeten slaan op de overwegingen in het vonnis→mag niet op grond van precies zelfde redenen afwijzen. Overwegingen van de rechter meenemen (Minister).
* Indien de minister het gratieverzoek daarna opnieuw zou willen afwijzen, dan mag die afwijzing niet enkel op de eerder gegeven redenen berusten, maar zal de minister nieuwe redenen moeten aanvoeren, dat wil zeggen nieuwe argumenten met betrekking tot de bijzondere omstandigheden.
* De burgerlijke rechter mag niet van de minister verlangen dat deze zich voor de afwijking van het rechterlijk advies uitsluitend baseert op ‘nieuwe feiten’.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Welk laatste middel heeft de rechter als de Kroon gratieverlening blijft weigeren? Vindt u dit wenselijk?

A

(Heb je in de facto in Nederland geen geval dat je nooit vrij kan komen), Als er in de praktijk nooit gratie wordt verleend dan kan de Burgerlijke rechter een einde maken aan verdere tenuitvoerlegging van de gevangenisstraf→Paragraaf 5.5→Noodremprocedure
Uiteindelijk grijpt rechter in, terwijl beslissing bij minister ligt.
- Dit kan wenselijk zijn→extra controle op minister. Rechter staat niet onder politieke druk
- Onwenselijk→rechterlijke macht bemoeit met burgerlijke macht. HR zegt kan niet bij minister
liggen.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

In Nederland ligt de beslissing over een mogelijke verkorting of beëindiging van de levenslange gevangenisstraf bij de minister. Onder andere door de RSJ wordt gepleit voor een rechterlijke toetsing. De Minister voor Rechtsbescherming heeft o.a. naar aanleiding van een advies van de RSJ uit 2022 (NB. niet voorgeschreven) aangegeven over te willen stappen op een rechterlijke toets. In de werkgroep gaat u over de voor- en tegenargumenten van deze beide opties in discussie met uw medestudenten. Het is daarom van belang dat u de voorgeschreven literatuur goed hebt bestudeerd.

A

Rechter
Over toelating tot die re-integratiefase beslist nu de minister, op basis van een zwaarwegend advies van het Adviescollege levenslanggestraften.
- De RSJ adviseert om deze beslissing bij de rechter te beleggen, die daarbij het onafhankelijk advies van het Adviescollege levenslanggestraften betrekt. De rechter heeft bij uitstek de expertise om alle belangen te wegen en doet dit vanuit een onafhankelijke positie. Daarbij blijft de minister verantwoordelijk voor de tenuitvoerlegging van de re-integratie en de beslissingen die in dat kader worden genomen.
- Minister staat onder grote politieke en maatschappelijke druk.
- Nu de minister voornemens is de beslissing over voorwaardelijke invrijheidstelling bij de rechter
te beleggen, ziet de RSJ het als een logische stap om de rechter ook te laten beslissen over toelating tot de re-integratiefase. Het gaat immers om een complexe afweging van verschillende en soms tegenstrijdige belangen van zowel slachtoffers en nabestaanden als de levenslanggestrafte.
- Geen media druk
- Tenuitvoerlegging van straf, rechter meer bevoegd om te beslissen om individuele gevallen.
Minister
- Rechter is al genoeg betrokken bij het besluit. Niet per se nodig om het te verplaatsen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly